„OUWE HART" PLOTSELING OVERLEDEN
X0
DE LAATSTE DER MOHICANEN!
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMH
Een uitgave van
Fenno Schoustra's Publiciteitskantoor
Vredeman
de Vriesstraat 1
Warme lunch
Koffie
0{yptc^M>
op de korrel
Redactie,
administratie en
advertentieafdeling:
Vredeman de
Vriesstraat 1
a.d. Emmakade
Telefoon 20302
Postgiro 98 10 62
Bankrelatie:
Raiffeisenbank
VIERDE JAARGANG
'T KLEINE KRANTSJE
Abonnements
prijs:
f 3,75 per half
jaar
f 7,50 per jaar
v. h. buitenland
f 10,- per jaar
OSSE NUMMERS
40 CENT
1968
NUMMER 82
In zijn piepkleine huisje aan
de Van Blomstraat in Hui-
zum is de vorige week plot
seling overleden de heer
Hart de Vries, bij alle Leeu
warders welbekend als
„Ouwe Hat". Ouwe Hat kon
in Leeuwarden als vermaard
stadstyppe de laatste der
mohikanen worden genoemd
- hij was het laatste nog le
vende type van de straat, dat
wij allen kenden. „Kiek, daar
hè je Ouwe Hat", zeiden de
jongens, wanneer hij op z'n
gammele fiets voorbij snelde,
maar ook de ouderen atten
deerden elkaar altijd even
op de aanwezigheid van
Ouwe Hat, zodra ze hem in
de gaten kregen: „Tsjong,
Ouwe Hat is er oek nog
Het merkwaardige met Ouwe
Hat is altijd geweest, dat hij he
lemaal zo oud niet was: hij was
zes en zestig geworden in okto
ber van hei vorige jaar. Maar
dertig jaar geleden, toen hij dus
nog niet eens veertig was, spra
ken we ook al van Ouwe Hat -
Hat heeft zeker altijd een oud
gezicht gehad.
Hart de Vries was een Waldsjer
- hij werd geboren op 15 okto
ber 1901 in Zwaagwesteinde. In
november 1927 kwam hij naar
Leeuwarden en van die tijd af
hebben de Leeuwarders hem le
ren kennen als een speelman
van de straat. Op alle mogelijke
manieren heeft Hat de mensen
willen verblijden met zijn mu
ziek - nu eens met een minus
cuul draaiorgeltje in een kin-
Zekere stadgenoot A. S., grond
werker van beroep, werd al ja
ren door heftige hoofdpijnen
gekweld, maar kon er maar niet
toe komen zich tot een arts te
wenden. Eindelijk riedden vrien
den hem aan eens bij een hel
derziende te informeren naar de
oorzaak van die last. Zo gezegd
zo gedaan: de gekwelde heer S.
hoefde maar een briefje van
vijf gulden en iets van zijn
hoofdhaar, in een enveloppe op
te sturen en mevrouw de hel
derziende zou dan wel haarfijn
de diagnose stellen. Die kwam
ook inderdaad per kerende post
en niet zonder verbazing kon de
stoere grondwerker lezen wat de
oorzaak van z'n voortdurende
hoofdpijnen was: „De oorzaak
van uw hoofdpijn ligt in het
sterk aanrijgen van uw corset.
Ook moet u vooral niet te dik
ke rokken dragen. Tenslotte
raad ik u aan u niet te zeer te
vermoeien: uw gewone dagwerk
moet bestaan in een beetje ma
zen, breien of iets dergelijks".
derwagen, dan weer met een
wonderlijke muziekdoos achter
op de bagagedrager van zijn
fiets.
exemplaar van die krant. Wij
begaven ons dus naar de Eek
hoffstraat, waar Hat toen nog
woonde en trokken enthousiast
„Noait sa'n ding hawn
bij hem aan de bel. „Kiek Hat"
zeiden we, „een krant met een
mooie foto van jou
Hat nam de krant in z'n hand,
bekeek aandachtig die foto en
wat hij toen zei - half in het
Leeuwarders, half in het Fries -
vergeten we nooit: „Tsjonge
nog oan ta, hoe bestiet het, der
stean ik mei een trekharmonica
en ik haw nooit een trekhar
monica ynne hannen hawn -
wat kinnen de meensken dan
toch al wat, prakkeseare ze je
sa mar sa'n trekharmonica yn
ne hannen, ho bestiet het en
wat doarre ze al wat oan -
nooit sa'n ding hawn, nooit
sa'n ding hawn
„Ja, dat is dan sterk" antwoord
den wij en toen hebben we die
krant maar weer in de zak ge
stoken. „Nou, goeie Hat".
„Goeie".
Later hebben we begrepen, dat
de familie van Hat - in beter
doen - het niet zo erg op prijs
stelde, dat de broer in Leeuwar
den muciserend door de straten
trok en omdat Hat niet wou
weten, dat het tóch nog wel ge
beurde, zal hij wel hebben ge
zegd van „nooit sa'n ding
hawn
Honderd jaar
Tijdens een ander onderhoud,
eveneens op de stoep voor zijn
villa in de Eekhoffstraat, kwam
Hat ook met enkele opmerkelij
ke uitspraken. Sprekend over
zijn oude moeder, die toen even
eerder overleden was zei Hat:
„Ja, mien mem is hünderd jier
wudden „Honderd jaar
vroegen wij verbaasd. „Ja, hün
derd jier op toalf jier nei", ant
woordde Hat. „En hoe oud bin-
ne jou nou zeif vroegen wij.
„Sawntig", zei Hat, „Sawntig op
seis jier nei".
Enkele jaren eerder, toen moe
der nog leefde, onthulde het
oude mensje ons, dat Hat in het
bezit van een prachtig orgeltje
was, dat niemand minder dan
de Amsterdamse rechter Mr.
Romke de Waard dolgraag zou
willen kopen. „Maar" zei ze,
„Hart lacht om de driehonderd
gulden, die meneer al heeft ge
boden - hij krijt 't oargeltsje
net
De laatste jaren hebben we
Ouwe Hat nimmer meer met
een muziekinstrument in de
stad gesignaleerd, maar wel za
gen we hem zo nu en dan in
de zon zitten voor zijn huisje in
de Van Blomstraat; zijn nieuwe
huisvesting sinds het slopen van
de huizen van de Eekhoffstraat.
Dood op bed
Bewoners van deze Van Blom
straat viel het de vorige week
op, dat ze Hat al in een paar
dagen niet meer hadden gezien
en toen ze geen gehoor kregen
op hun kloppen op de ramen
en de deur hebben ze de politie
gealarmeerd. Donderdag heeft
een rechercheur zich toegang
tot het woninkje verschaft en
wat de omwonenden al vrees
den bleek toen droeve werkelijk
heid: Hart lag dood op z'n bed.
Zo zullen we Hart de Vries
dus niet meer in de stad
kunnen tegenkomen - de
herinnering aan deze schil
derachtige figuur zal alleen
nog voortleven in de verha
len over oud Leeuwarden.
En dat zal dan de herinne
ring aan de laatste der laat-
sten zijn, want volledig uit
gestorven is nu het leger
van de uitgesproken stads-
typen in Leeuwarden, de
mannen en vrouwen van de
straat, die op hun eigen, dik
wijls uitzonderlijke en op
vallende wijze een stempel
drukten op het leven in de
stad.
Slanke Willem, Rooie Mien-
kes, Zwatte Willem, Ouwe
Hatwat zullen htm na
men nog vaak vallen, wan
neer er Leeuwarders en oud
Leeuwarders in een gezelli
ge kring verenigd zullen
zijn
Op de foto
De hierbij ter herinnering aan
Ouwe Hat afgedrukte foto heb
ben wij omstreeks i960 tijdens
een kermisweek op de Nieuwe-
stad gemaakt. Hat bewoog zich
toen zeer actief met een wel
luidende trekharmonica door
het stadsgewoel, maar hij bleek
best bereid even te pauzeren om
ons de gelegenheid te geven
hem met zijn instrument voor
het nageslacht te vereeuwigen.
Terwijl hij zich keurig opstelde
op de parkeerplaats langs de
gracht, maakten wij een reeks
opnamen.
Een paar jaar later drukten wij
een van deze foto's in 't Kleine
Krantsje af en toen meenden
wij er goed aan te doen Ouwe
Hart te verrassen met een
neem dan
(Verlengde Schrans-hoek Julianalaan
naast V.W. Garage)