VAN DE HAK OP DE TAK DOOR LEEUWARDEN 9 'T KLEINE KRANTSJE De mooie kermissen van vroeger Tegenover Luilekkerland wordt op dit moment het hoekhuis ge sloopt van de Nieuweburen en de Opgang, tegehjk met het be lendende pand aan de Nieuwe buren. Daarmee komt er een eind aan het bestaan van het buurtje met de wonderlijke naam Achter de Witte Hand, want zonder deze beide laatste huizen, bestaat dit steegje ge woon niet meer. In feite is het al langer verdwenen; de slopers hebben hier de laatste maanden zodanig huisgehouden, dat er al enige tijd van een Achter de Witte Hand geen sprake meer kon zijn op een paar na zijn nu alle huizen tussen de Opgang en het Schoenmakersperk met de grond gelijk gemaakt. Dat hoekhuis van de Nieuweburen en de Opgang moet in vroeger jaren als uithangteken een witte hand hebben gehad; vandaar heetten de huizen, die echter dit pand werden gebouwd: Achter de Witte Hand. Het uithangbord is al wie weet hoe lang geleden verdwenen, de straatnaam bleef bestaan en prijkte nog kort ge leden op de muur tussen het steegje en het plein van de oude ulo-school. Maar ook dat muur tje is er al niet meer: wie nu over de Nieuweburen loopt ziet hier een grote vlakte, waarop straks, aansluitend aan de even eens zeer breed geworden Groe- neweg, een nieuwe royale weg kan worden aangelegd. Afbreken en opbouwen het gaat altijd door. Maar gelukkig wordt er ook nog wel eens wat (ouds| gerestaureerd. Met Lui lekkerland bijvoorbeeld schiet het al heel hard op: misschien komt deze restauratie aan het eind van dit jaar wel klaar. Vier woninkjes zijn al practisch ge reed; ze hebben en dat is toch wel leuk sanitaire voorzienin gen, die dit buurtje nimmer heeft gehad. De belangstelling van de kant van toekomstige huurders schijnt nogal groot te zijn, maar de huren zullen wel aardig pittig zijn. Een ander verheugend restaura tienieuwtje: de financiering van de restauratie van het Boshuizen Gasthuis is rond: zodra Luilek kerland klaar is zal ook dit schil derachtige gasthuisje in het hart van de Leeuwarder binnenstad worden aangepakt. En dan de Oldehove in het begin van het volgende jaar komt de toren in de steigers te staan. Dat betekent nog niet, dat er dan ook direct met een restauratie begonnen wordt, maar heel lang zullen de her stelwerkzaamheden toch wel niet meer cp zich laten wach ten. Op de rse juli r939, nu precies dertig jaar geleden dus, brak er brand uit in het pand van het Nationaal Reddingsleger aan de Tuinen, waarbij enkele bij het leger horende meisjes op het nippertje het vege lijf konden redden. Al vrij spoedig bleek, dat de eigenaar van het pand, de bouwkundige S., de brand had gesticht. In de enge ruimte tussen zijn en het belendende pand had S. een vernuftige in stallatie gebouwd met ongeblus te kalk, celluloid en fosfor door „ais voorbijganger" argeloos aan een touwtje te trekken, kie perde de installatie om en ont- Tuinen 7: bijna dooi brand verwoest stond de brand. De rechtbank veroordeelde S. tot een gevan genisstraf van vier jaar, maar in hoger beroep voor het Hof werd er niet minder dan vijftien jaar tegen de brandstichter geëist. Het werd tenslotte een arrest van zeven jaar. Stadgenoot C. K. moest bij solli citatie kleine test afleggen en ook simpel rekensommetje ma ken: hoeveel is 9 x 9? 's Avonds thuis, nog eens alles rustig over denkend, realiseerde hij zich, dat hij 82 had ingevuld. Maar dat had toch 8r moeten zijn? Stom me fout! Toch kreeg K., die zich in veld van 23 concurrenten al kansloos achtte, oproep om te rug te komen. En tot zijn ver bazing kreeg hij de baan! Maar mag ik nog wat vragen zei hij toen. Hoe kunt u mij nemen, terwijl ik toch een fout heb ge maakt. 9 x 9 is toch 8r en ik heb 82 ingevuld. Jazeker, ant woordde de directie, weten we wel, „mar jou waren er het dichtste bij gewicht, ja te veel om op te noemen. En weet je wat zo heer lijk is? Die fijne geur van pof fertjes en wafels, fruit en ijskar- kes vermengd met die typische reuk van de stoom-machine der caroussels van Wolf en Nizet. Een unieke geur, niet te vervan gen. Krek as natuurbutter. Oek niet. De kermis op 't plein is prak tisch gebouwd. Als 't ware in twee groote vierkante blokken. Een wandeling in de vorm van een 8 brengt ons dus langs alle bezienswaardigheden. Op het pleinsje, tussen „Mercu- rius" en „Amicitia" staan de zware materiaal-wagens van Wolfs en Nizet. Wanneer we eindelijk ons kermis-dubbelsje hebben verboemeld, dan binne het disse wagens die ons, jon gens, nog een groote napret ver schaffen. Deur van de eene wa gen op de andere te klauteren of op die zware kettingen te schommelen. En vansels, je naam en woonplaats der op te schrieven met een stompke pot lood. De naam wudt dus lezen deur jongens in Alkmaar, Breda ja, van overal, 't Hele land deur. Over kermis-dubbelsje gespro ken. Lieve deugd, wat konnen je daarvoor al niet krije. Je draafden natuurlijk allereerst naar de draaimolen van Panbak- ker. „Voor 'n sent oppe lieuw" seiden we dan. Maar ik gaf meestal de voorkeur an een peerd. Sun „appelschimmel". En dan onder 't draaien, inne stijg beugels staan, anne leidsel rukke en maar andrieve.hup vTuit hort sik As 't eindsignaal, de draaimolen bel, luidde, dan was je beginkapitaal geslonken tot 90%. Dan een ieswafelsje bij Cladder of Piet v. d. Laan, oek één cent. Vervolgens een olie koek. Eén cent. As je 't een beet je economisch uutkiende, kon nen je ro keer lol hewwe van je dubbelsje. Maar late we es een kuierke ma ke over de kermis om te kieken wat voor moois ze ons dit jaar brengt. Hier, achter de Beurs, een schouwburgtent, met meest ernstige stukken. Zoals: „op hoop van zegen" van Heij er- mans, „Mottige Janus" van Jus tus van Maurik, „de Vodde- raper van Parijs" e.d. Voor 't weeshuus twee draaimo lens. Ze wudde draait deur „paardekracht" in de letterlijke zin. In dit geval dus heusche paarden als trekdier. De arme dieren loope van 's middags 2, tot 's avonds ro, elf uur, toe- sjöer in 't rond. Zou nou mis schien onder dierenmishande ling valle, toen 1912) heel ge woon; krek as trekhounen vóór of onder zwaar beladen karren. Verder 't Zaailand vervolgende, voor de H.B.S. hebben we hier allereerst het koek-bakkers-tent- sje. Speciaal iets voor de jeugd, 't In me tenminste nooit opval len dat de burgemeester, wet houders of andere „hoge Pieten" zich met disse sport bezig hiel den. En.wat hewwe hier? Admiraal Wilson! magge we de explicateur gelove, dan is admi raal Wilson de sterkste man van Europa, mitsgaders een onover winnelijk worstelaar. Hoe 't komt, dat een beroemd admiraal op de kermis verzeild raakt? 't Ja, misschien aangespoeld? 'k Weet het overigens oek niet. Geliekenis Wel weet ik dat deze admiraal, met zijn getatoueerde en ge- kruuste armen voor de borst, een frappante geliekenis ver toont met een zeer bekende Liw- wadder medeburger. Die, wan neer de kermissen achter de rug zijn, een bete broods tracht te verdienen met het maken van straatmuziek, in meer afgelegen wijken der stad en in de stillere straten want, de Liwwadder vroe- devaderen n.l. zijn gespeend van eenig muzikaal gevoel, weten zijn muzikale talenten niet naar waarde te schatten en weigert categorisch hem hiervoor een vergunning te verstrekken. It 't niet zóó, dat een profeet in eigen land nooit wordt geëerd? Niet temin zet medeburgers, krach tens zijn friesche koppige aard, zijn licht beslist niet onder de korenmast, maar blijft doorgaan met het maken van de schoon ste solo's uit een piston, waar- uut normaliter een enorme groo te rooie zakdoek puilt; als ge luidsdemper. Je wete nooit pre cies waar die verrpliesje uut- hange. Soms wordt het geheel uutbreidt tot een éénmans-or kest" met op de rug een turk- sche trom en een breed gerande cowboy-hoed met een rand bel letjes. Door nou, tijdens en on der 't pistoneeren, uitdrukkelijk „ja" te knikken of „nee" te schudden ontstaan er, u raad het al, lieflijke teere klankjes. Maar afijn, late we niet afdwa- le. Terwiel explicateur voor noemd, met verve, enthousias me en luider stemme blijft deur gaan de bijzondere capaciteiten van Sir Wilson te verkondigen, laat deze, ongevoelig voor vlei erij, sien blikken ongeinteres- seert dwalen over de menigte, die hem vol bewondering aan gaapt. Krachttoeren De loftuigingen binne ten einde en het geacht publiek stroomt de enkele vierkante meters jute- tent binnen. De krachttoeren, je hore het buten, verwëkke een daverend applaus. Het hoofd- numer is een partij worstelen met een „vrijwilliger" uut het publiek. Een rijksdaalder belo ning voor wie de onoverwinne lijke kan overwinnen. Boze ton gen beweren, dat Admiraal Wil son eens in een zodanige onont koombare omknelling zat van een pootige boerenjonge, dat hij in arrenmoede sien tegenstander in 't oor fluusterde: „Och buur man, buurman, laat je asjeblieft valle, want 't is mien brood". K. Op de vijftiende juli was het 27 jaar geleden, dat vanuit het concentratiekamp Westerboik de eerste Nederlandse joden naai Polen weiden gedeporteerd. In diezelfde tijd in 1942 dus werd in Leeuwarden deze foto gemaakt van leerlingen van H.B.S. erf Gymnasium, die op last van de Duitsers bij elkaar waren gebracht in wat toen het Joods Lyceum weid genoemd. Verscheidene van de op deze foto voorkomende leerkrachten en leerlingen zijn later eveneens via Westerbork naar Polen gedeporteerd en door de Duitsers vermoord. Van links naar rechts, op de eerste rij, zittend: Mej. G. Frank, lerares, mej. R. Weijl, S. E. Cohen, mej. J. de Wit, H. Beem, leraar, mej. S. de Jong, A. Beekman, leraar, E. Hoek, leraartweede rij: Van dei Roer, leraar, L. Cohen, Coster, leraar, mej. B. Cats, W. Velleman, mej. B. de Bruin, S. Stoppelman, D. de Wied, D. Muller, A. Kuyt, conrector, L. de Wied, W. Kuyt, mej. 1. Rozenberg, mej. S. de Wied, B. Cohen, mej. M. Kats, H. Reindorp, congierge, L. Leefsma; derde rij: A. Krammer, M. Woudstra, J. de Jonge, S. Turksma, A. Israels, J. de Vries; vierde rij: M. Troostwijk, mej. S. Stoppelman, mej. S. Kuyt, P. Dwinger, mej. E. Pinto, mej. H. Troostwijk, J. Israels, mej. G. Velleman en mej. R. Feitsma.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1969 | | pagina 9