OVERWEG SCHRANS: CHRONISCH KNELPUNT IÉ.Ifcèéfe VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OHHE er wordt wel eens gezegd, dat alles went en daar zit een kern van waarheid in, maar waar we in leeuwar den nooit Aan kunnen wennen is het chronische knelpunt bij de overweg in de schrans, met het steeds in tensiever wordende verkeer blijven we de behoefte voelen aan een viaduct op deze plaats, zoals onze nabuurstad groningen een viaduct heeft op het zelfde punt, aan de zuidkant van de stad. op de hierboven afgedrukte foto is de nog veel benarder situatie afgebeeld uit de tijd, toen de overweg nog niet was gebracht op de breedte, die ze nu heeft. deze foto is vlak voor het uitbreken van de tweede wereldoorlog gemaakt, in 1939 dus. ook de toegang naar de hollanderdijk, vanaf de schrans, zag er toen nog heel anders uit - we zien op deze foto nog het blokje huizen met de bekende touwhandel van meyer, tot voor enkele jaren een lelijke sta in de weg. enfin, die hinderpalen zijn opgeruimd, maar op dat viaduct zullen we nog wel lang moeten wachten. en dat laatste schreven onze journalistieke collega's in het onderschrift bij deze foto ook: „voorlopig is het nog niet zoo ver. toch is een voorziening hier dringend noodzakelijk...'' Redactie, administratie en advertentieafdeling: Vredeman de Vriesstraat 1 a.d. Emmakade Telefoon 20302 Postgiro 98 10 62 Bankrelatie: Raiffeisenbank Zevende jaargang 'T KLEINE KRANTSJE Een uitgave van Fenno Schoustra's Pübliciteitskantoor Vredeman de Vriesstraat 1 Verschijnt eenmaal in de veertien dagen Abonnementsprijs: f5.- per half jaar f 10.- per jaar v.h. buitenland f 12.50 per jaar (alles bij voor uitbetaling) LOSSE NUMMERS 65 CENT 21-8-1971 Nummer 149 Ergens in Limburg stond een man nenklooster. 't Was een zeer strenge orde. Er heerste o m. een absolute zwijgplicht. Maar de niet te stuiten moderne tijd drong ook tot dit klooster door. Er kwam een opzienbarende .door braak", in dier voege dat eens per jaar op Driekoningen", slechts één enkele korte mondelinge opmerking mocht worden gemaakt. Het behoeft geen betoog dat hier van, van stonde af aan, een gretig gebruik werd gemaakt. Op Driekoningen" 1968 klaagde broeder Adrianus: ,,De soep tegen woordig is ook knudde". Op Driekoningen" 1969 reageerde broeder Bastianus: ,,'n Flauw lodde rig goedje... bah". Op .Driekoningen" 1970 zei broe der Christianus: ,,Geef mijn portie maar aan Fikkie". Op Driekoningen" 197/ vermaan de de klooster-overste: „Dat gezeur over de soep mot ophoue. ld WADDER

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1971 | | pagina 1