TAL VAN ONTVLUCHTINGEN
UIT DE LEEUWARDER BAJES
8
IN DE LOOP VAN DE JAREN
DOOR
J.C. VAN DAM
v J
't Sifeme ^Crantóje leeót iedereen
De Leeuwarder gevangenis, eens de toegewezen verblijfplaats van de zwaarst gestraften in Nederland,
heeft deze reputatie moeten afstaan aan Breda waar nu de tot lange straffen veroordeelden worden
ondergebracht.
Het bekende en vaak in Holland gebezigde gezegde van: „pas maar op, of je gaat naar Leeuwarden!"
ter waarschuwing aan iemand met kwade bedoelingen is nu niet meer van toepassing.
Tot dusver is de gevangenis voor de slopers gespaard gebleven: de Leeuwarder „Bajes" staat er nog
zoals ze er uitzag in mijn jeugd, ruim zeventig jaar geleden.
Op het Blokhuisplein, waar zich de
- toegang tot de gevangenis bevindt,
siert nog de fraaie gevangenispoort
dit massieve bouwsel.
In verband met de gevangenis speelt
het Blokhuisplein in de stadsge
schiedenis nogal een rol. Hier n.l.
moeten hebben gestaan: schavot,
pijnbank en andere folter-werktui-
gen. In de Middeleeuwen werden
hier tal van mensonterende wreed
heden op gestraften en verdachten
toegepast. In een tijd die nu geluk
kig tot het verleden behoort.
Het plein voor de gevangenis heeft
in de loop der jaren nogal verande
ring ondergaan.
Kortgeleden is het Stadsziekenhuis
gesloopt, zodat straks dit plein weer
een geheel andere aanblik krijgt.
Als kind vond ik het gevangenis
gebouw nogal belangwekkend. Van
af de Zuidergrachtswal zag ik dat
imponerend gebouw daar staan, om
geven door een brede gracht. De
spitse torens en de kale muren
met de zwaar betraliede ramen trok
ken mijn aandacht. Maar wel het
meest vroegen de schildwachten die,
met het geweer aan de schouder
rond het gebouw liepen mijn be
langstelling. Deze soldaten bewaak
ten het heiligdom zodat de gasten
daarin zich volkomen veilig konden
gevoelen en 's nachts rustig hun
hoofd konden neerleggen.
AFLOSSEN VAN DE WACHT
Het aflossen van de wacht vond ik
ook het aankijken waard. Het ging
hier wel niet zo stijlvol en gewichtig
toe, zoals ik het later in Londen
zag voor het Koninklijk paleis,
maar ik vond de vertoning toch
aardig.
Nog iets vermakelijks vond ik, wat
je >s avonds, wanneer het donker
werd, vanaf het Blokhuisplein te
zien kreeg. Hier verscheen dan een
inwoner van ,,'t gevang".die belast
was met het aansteken van de gas
lantaarns op de smalle ringmuur.
Grimassen makend en dekijklustigen
toewuivend verrichtte hij z'n ge
vaarlijk werk. Het leek een waag
stuk, zoals de Fransman „Blondin"
eens vertoonde - ook in mijn tijd -
door op een koord over de Niagara
watervallen te lopen.
Toen was de Keizersgracht nog niet
gedempt. Liep je langs die gracht
dan hoorde je de machines, de
weefgetouwen ratelen. Katoen en
linnen werd hier vervaardigd. De
opbrengst dekte een weinig de
kosten van de strafinrichting.
Op zaterdagavond kon je vanaf de
Keizersgracht wel genieten van het
zingen van de gevangenen. Ze vorm
den een mannenkoor. Heel mooi
klonken dan die zware stemmen en
velen die langs liepen, bleven even
staan luisteren.
BINNEN KIJKEN
Ik heb eens het genoegen gehad
binnen de muren van de gevangenis
te mogen kijken. Met slager Van
der Wees uit de Slotmakersstraat
mocht ik mee. Hij leverde er vlees,
zoals de heer Fokkema van de
Oosterkade, grossier in aardappelen
en groente, de leverantie had van
deze levensbehoeften.
Door de „Huismeester", de heer
Busser werd alles, wat binnen kwam
gecontroleerd.
Dat bezoek viel mij niet mee. Alles
was er even triest en somber. Blij
was ik dan ook, toen de poort weer
open ging en de portier-bewaker
ons weer uitliet.
Voedselschaarste scheen in de ge
vangenis niet voor te komen.
Als jongens slenterend door de
Leeuwarder straten, zongen wij dan
ook:
„In Neerland, mijn Neerland, daar
is het goed, daar worden de boeven
met melk en eieren gevoed!"
Toch hebben er in de loop der jaren,
tal van ontvluchtingen of pogingen
daartoe zich voorgedaan. Zeer ge
raffineerd werden deze vaak op
touw gezet. In gevangenschap heeft
men tijd alles tot in de finesses te
doordenken.
Slechts een enkele ontvluchting uit
de Leeuwarder Gevangenis zal ik
trachten te beschrijven.
Waar de Kruisstraat uitmondt op
de Keizersgracht stond vroeger een
ijzeren hek, dat daar uit veiligheids
oogpunt was geplaatst. Dit hek
speelde een rol in de ontvluchting
van drie gevangenen, die aaneenge
knoopte lakens, tot polsdikte, in
elkaar gerold en hiervan een soort
koord hadden gemaakt. Aan het
eind was een ijzeren haak bevestigd.
Ze slingerden toen het koord met
haak om een stang van het hek.
Hierdoor kregen ze een lijn van
verbinding vanuit het gevangenis-
raampje, waarvan de tralies waren
verbogen, zodat ze zich er door
konden wringen. Voorzichtig gleden
toen de drie mannen langs het
koord en kwamen zo op de wal-
muren van de Keizersgracht, waar
de vrijheid hen toelachte.
NIET BELOOND
Hun vernuft en durf zijn echter niet
beloond. Even buiten de stad wer
den ze weer ingerekend.
Een grappig geval was dat-van een
andere gevangene, die ook kans
gezien had zijn verblijfplaats te
ontvluchten. Op zijn wandeling door
de Schrans kwam hij een bewaarder
tegen. Hij, de ontsnapte, groette
beleefd en zo deed de bewaarder.
Maar pas waren ze elkaar gepasseerd
of de bewaarder dacht: „he, dat
gezicht heb ik eerder gezien, ik
moet mij al raar vergissen, als dat
niet een van mijn jongens uit de
gevangenis is. Hij de man achterna
en een gesprek volgde dat zeker
tactvol geweest moet zijn, daar de
bewaarder het gedaan kreeg, zijn
cliënt weer in de gevangenis terug
te brengen.
Veel leed is er geleden in de Leeu
warder Gevangenis, waar schuldigen,
maar zeker ook onschuldigen opge
borgen zijn geweest. Denk aan de
gebroeders Hoogerhuis die, toen het
socialisme wortel schoot en dit de
kop moest worden ingedrukt, er
jaren onschuldig zaten.
IJJE WIJKSTRA
Ook, maar wel degelijk schuldig,
heeft in de Leeuwarder Gevangenis
opgesloten gezeten IJje Wijkstra, die
op gruwelijke wijze vier politie
agenten vermoordde. Dit drama in
1929 in Grotegast, vulde toen als
sensationeel nieuws hele pagina's
van de dagbladpers.
Vlucht uit de Leeuwarder gevangenis - even een lijn naar beneden en dan
maar zakken...