HET IS ALLEMJ!
BONNE: DE LAJ
DER MOHIK,
DE EEN ZAL HET BETREUREN, DE ANDER KAN ER OM JUICHEN,
MAAR LEUK OF NIET: ER ZIJN HAAST GEEN STADSTYPEN MEER,
MANNEN OF VROUWEN VAN DE STRAAT, DIE ER WAT UITLOPEN,
DIE WE ALLEEN KENNEN EN VAN WIE WE EVEN GLIMLACHEND
DE NAMEN MOMPELEN, WANNEER ZE ONS VOORBIJSCHRIJDEN
IN DE STAD. DE TIJD, DAT WE OP EEN WANDELINGETJE
DOORLEEUWARDEN FIGUREN KONDEN TREFFEN ALS OUWE
TIETSJE, JENTSJE TIT, SLANKE WILLEM, SNORREWIETS, BRANDE-
WIENTSJE. HEILIGE MARIE EN HOMME OLIEKONTSJE LIJKT
DEFINITIEF VOORBIJ. MET HET HEENGAAN IN DE LAATSTE
JAREN VAN POPULAIRE MANNEN ALS MANUS, OUWE HART,
ROOIE MIENKES EN BLAUWE HANNES IS HET TIJDPERK VAN DE
STADSTYPEN AFGESLOTEN. EEN POPULAIRE POMMERANT ALS
BONNE LIJKT DE LAATSTE DER MOHIKANEN TE ZIJN, MAAR
HOEVELE DUIZENDEN LEEUWARDERS ZOUDEN ER ZIJN DIE
NIET EENS WETEN, WIE BONNE IS, DIE HEM NOG NOOIT HEBBEN
GEZIEN, DIE ER GEEN FLAUWE NOTIE VAN HEBBEN, DAT
DUIZENDEN STADGENOTEN OVER VEERTIG, VIJFTIG JAAR
ELKAAR OP VERJAARSPARTIJTJES NOG STERKE STUKJES ZULLEN
VERTELLN VAN BONNE; "IK HET ES EEN KEER BELEEFD" EN
"WEEST NOG WEL
Slanke Willem
t .kLlcine ^.rantóje leeót iedereen
sTRDSTVPEn En Bunnms
In een tijd van toenemende
welvaart en een steeds voort
schrijdende vervlakking kan er
geen plaats meer zijn voor
figuren met een meer of minder
afwijkend gedrag - hoewel: het
populaire stadstype leeft niet
uitsluitend bij de gratie van
armoede en slechte sociale
omstandigheden. Ook de zoge
naamd betere kringen hebben
in vroeger jaren kleurrijke
kerels voortgebracht, die we
zonder schroom tot de populai
re pommeranten rekenen. Maar
de wereld van vandaag lijkt de
mensen geen tijd meer te
gunnen tot bekende stadsfigu-
ren uit te groeien. Afgezien
daarvan: de stad wordt ook te
groot, want hoe kleiner de
gemeenschap, hoe meer de man
of de vrouw met het afwijkende
gedrag in de gaten loopt.
Kunnen we de tijd van de
stadstypen dus wel als voorbij
beschouwen, ook voorbij lijkt de
tijd van de bijnamen en dat ligt
dan ook wel wat voor de hand,
want bijnamen hebben vrijwel
altijd te maken met iets, dat
afwijkend is; het afwijkende
moest worden gekarakteriseerd,
zodat we niet spraken van Ytsje,
maar van Gekke Ytsje, niet van
Joris, maar van Rooie Joris, niet
van Albert, maar van Skrieme-
rige Albert, niet van Jan, maar
van Malle Jan.
GEMEENSCHAPPELIJK
BEZIT
OuweTietsje
naam kreeg: De Milieuveront-
reiniger en wel om het feit, dat
hij als schipper in een van onze
stadsgrachten al z'n vuilnis
overboord pleegt te gooien.
Alleen in dat gezin wordt die
schipper De Milieuverontreini-
ger genoemd; verder zal er
niemand zijn, die hem onder
deze bijnaam kent.
Zo zullen er zo nu en dan nog
nieuwe bijnamen ontstaan,
maar aan een algemene bekend
heid komen ze niet meer toe, ze
blijven intern, in dat ene gezin,
in die ene fabriek, in die enkele
straat.
De bijnaam Snorrewiets hebben
de Leeuwarder as van vroeger
allen gekend, omdat de eigena
resse van deze naam zich
geregeld tot in alle hoeken van
de stad liet zien, zoals Jentsje
Tit overal rondging met z'n
simpele handelswaar, maar een
naam als De Hartige- (of de
m
'W.
In de kleine gemeenschappen
van vroeger werden zulke bij
namen het gemeenschappelijke
bezit van allen; nu blijven
bijnamen meer beperkt tot
bepaalde buurten, tot een
bepaalde straat, tot een bepaald
gezin, of, wat natuurlijk ook
kan, tot een bepaald bedrijf, een
kantoor, een school, een fabriek.
Toevallig kennen we een mooi
voorbeeld van een man, die van
de leden van één gezin een
toepasselijke (en moderne!) bij-