UIT DE ANNALEN VAN DE POLITIE Dagorders uit vorige eeuw TOEN WE NOG OP DE SCHOOLBANKEN ZATEN 3£(ei/ie Z^.ranteje leeet iedereen PRAAT NIET OVER JE SELS. DAT GEBEURT WEL AT JE FUT B1NNE. WAT OLIE DOET VOOR EEN MOTOR. DOET ENTHOUSISAME VOOR JE WERK. HET GAAT ER GESMEERD DEUR. MAAK ER EEN GEWOANTE VAN EN JE HEWWE ER GIEN WILS KRACHT MEER VOOR NOADIG. HARD WERKE IS MISSCHIEN GIEN TALENT. MAR EEN GOED VERVANGINGSMIDDEL IS HET DAN WEL. HET VEREISTE VAAK MEER WIESHEID VAN EEN GOED AD VIES TE PROFITEREN. DAN HET TE GEVEN. GIEN MEENS IS SU DOL OP GE HEIMEN AT DEGENE. DIET NIET VAN PLAN IS SE TE BE WAREN. AT JE WERK NIKS MEER VOOR JE BETEKENT. DAN WAT JE ER MET VERD1ENE. SALLE JE ER NOAIT EEN SOAD MET VER DIENT. DE BESTE BRUG TUSSEN WAN HOOP EN HOOP IS EEN GOEIE NACHTRUST. LAAT DE PRATER MAR PRATE, AT JOU MAR DENKE. LEZE SONDER NADENKE IS AS ETESONDER VETERF.. DE GROOTSTE S1ELSZIEKTE IS EEN KOUD HART. NEGEN VANNF. TIEN MEENSEN. DIET NOAIT FOUTEN MAKE. BINNE LUI. OM WIES TE WUDDEN MUTTE JE EERST ONTDEKKE, DAT JE HET NIET BINNE. NET TE LAAT IS VEUL TE VEUL TE LAAT. WIET HELEMAAL RADELOOS WEZE WIL. MUT SICH DEUR IEDEREEN RADE LATE. AT JE VOOR ANDEREN WERKE. MUTTE JE SO IEVER1G WEZE. A I OT JE VOOR JE SElg BEZIG WAREN. (Door R. Visser, oud-adj. van gemeentepolitie). De Commissaris van Politie te Leeuwarden, Overwegende, dat op gisteren bij de gehouden meeting groote volksoploopen hebben plaats gehad, met steen- en geworpen, hier en daar glas ruiten zijn vérbrijzeld en de geest onder de mindere burgerij zeer slecht te noemen was, Overwegende, dat er toen van het geheele politiekorps belangrijke inspannenden arbeid en dienst is moeten gevorderd worden. Gezien eene missieve door hem ontvangen van den Heer Burge meester, waarin deze zijne bizon- dere tevredenheid heeft betuigd over het optreden der politie en daarin met groote waardeering over het optreden der politie zegt. dat er met bezadigdheid en groote kalmte is opgetreden en eerst toen krachtdadig met den stok is geageerd, toen het bleek noodig te zijn. Overwegende dat hij, Commis saris van Politie, zich geheel kan aansluiten bij de woorden door den heer Burgemeester gebezigd. Geeft het ganse politiekorps zijne groote tevredenheid en dank te kennen voor den krachtdadigen steun, welke hij op gisteren van al de politiebeambten alhier heeft ondervonden. 2 Mei 1892 De Commissaris van Politie A. Doyer. Met het oog op het gevaar dat de besmettelijke ziekte cholera door de scheepvaart binnen deze ge meente wordt gebracht, zullen tot nader order op de navolgende bruggen politiedienaren zoveel mogelijk der 2e klasse, worden geposteerd, die betreffende deze zaak instructiën van mij zullen ontvangen om gevaar voor deze gemeente zooveel mogelijk te keeren. Noorderbrug en Verversbrug (kippeloop): deze agent posteert zich hoek Eebuurt bij het Dok kumer Veerhuis om zoodoende beide bruggen te kunnen be waken. Verlaatsbrng, Potmargebrug en Poppebrng: De bezetting der bruggen heeft plaats gedurende den tijd van den vollen dagdienst, dus van 's morgens 8 tot 's avonds 10 uur, en niet ge durende den nachtdiens. In verband met dezen tijdelijken maatregel vervalt tot nader order het genot van den vrijen dag en om de posten zoo min mogelijk te ontblooten zal ook de contröle- dienst tijdelijk moeten ophou den. De Commissaris van Politie, A. Doyer. a 'T KLEINE KRANTSJE LEEST IEDEREEN Omstreeks 1921 is deze foto gemaakt van leerlingen van verschillende klassen vin de lagere school aan de Schoolstraat bij de Harmonie. Zittend op de grond: Henk, Auke, Bertus Wielinga; knielend: Munsterman; op de bank: Hein Veenstra, de Vries, Mebius, van Zomeren, Jan van Tuinen, Walstra, Klaas, Jan Olivier; knielend: Griet Veenstra. Daar achter van links naar rechts: Riemersma, Boukje Nagel, Jellie Wierstra, Jans Munsterman, Sippie van Tuinen, Akke Olivier, Trijn Sijtsma, Riemersma, Djoeke Akke Ferwerda, Dirkje Olivier, Pietje Ferwerda; bovenaan: Tetje de Boer (kwekeling), Gerlof Mebius, Hannes Wielinga, Wiep Walstra, Tonnes de Vries, Gerrit Meijer, Tjitze van Nimmen, Mindert Nagel en meester Haenen.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1974 | | pagina 5