MUZIEKHANDEL DE CITY
GAAT IN VLAMMEN OP
C NIEMAND BEGREEP HOE HET VUUR ONTSTOND 7)
Alweer brand bij S
't T^Cleine 3^.rar\tóje leeet iedereen
Een veelbesproken brand in de oude binnenstad van Leeuwarden is die geweest van de vijftiende
februari 1939, toen de bekende muziekhandel "De City" in de Sint Jacobsstraat geheel door het vuur
werd verwoest. Eigenaar en exploitant van deze zaak was een meneer G.S., wiens broer op dat moment
bezig was wegens brandstichting een lange gevangenisstraf uit te zitten - enkele jaren daarvoor had hij
de brand gestoken in een pand aan de Tuinen, waarbij zelfs mensenlevens in gevaar waren gebracht.
Deze nieuwe brand, alweer in een pand van de langzamerhand berucht geworden familie S., gaf volop
voedsel aan veronderstellingen, dat er wel weer wat aan de hand zou zijn. Maar aanwijzigingen, dat ook
deze brand door opzet was ontstaan, vond men nu niet; de heer Gü. ging vrijuit en kon later bij de
Onderlinge aan de Eewal z'n verzekeringspenningen gaan innen.
De brand in de Sint Jacobsstraat
ontstond omstreeks half zes, en
toen de eerste brandweerauto er
arriveerde, was er een rode gloed
van vlammen in de winkel
zichtbaar.
De auto was het pand nog maar
net voorbij, toen de etalageruit
met een oorverdovend gerinkel
barstte en de vlammen over de
straat sloegen.
Hoe groot de kracht van deze
uitbarsing was bleek wel hieruit,
dat de etalageruit van de firma
"Express" aan de overzijde van
de straat door de geweldige hitte
in scherven sprong. Het hout
werk van dit perceel werd
geblakerd, de verf droop op het
trottoir. Ook in het etalageraam
van de firma Kalsbeek sprong
een groote barst. Lange steek
vlammen schoten over de straat.
GROTE VUURZEE.
Omwonenden vertelden het vol
gende: "Omstreeks half zes
hoorden we plotseling een luid
glasgerinkel op straat. We ren
den naar buiten en zagen tot
onze grote schrik, dat de winkel
van de "City" een grote vuurzee
was. Het vuur laaide tot aan de
overkant van de straat. De ruit
van "Express" sprong met ge
raas en gerinkel in scherven."
De brandweer was aanvankelijk
voor een binnenbrand gealar
meerd, maar onmiddellijk werd
door de brandweer-comman
dant, inspecteur Dreeuws, de
oproep: middel-alarm afgegeven,
zodat het vuur met twee spuiten
en een magyrus-ladder bestreden
kon worden. Vijf slangen werden
uitgelegd, drie naar de voorzijde
van het pand, één over de ladder
de vlammen.
De rookontwikkeling was ont
zettend. In de St. Jacobsstraat
dreven dikke rookwolken. In de
Grote Hoogstraat en de Klok-
straat hing de rook als een dikke
grijze mist, welke het ademhalen
belemmerde. En tot ver over de
mm
de ladder werd omhoog gedraaid en van bovenaf richtte de waterstraal zich op de vlammen
om het vuur van boven af aan te
grijpen en één door de steeg,
tussen de zaken van Hermans en
Dijkstra.
Zodoende kon ook aan de
achterzijde, waar eveneens de
vlammen uitsloegen, water gege
ven worden. Met de drie stralen
aan de voorzijde was het vuur
gelijkvloers, spoedig bedwongen.
Gemakkelijk was de strijd echter
niet. Telkens en telkens laaiden
de vlammen weer met vernieuw
de kracht op, ondanks de grote
hoeveelheid bluswater, dat als
het ware in de vorm van kleine
beekjes over het asfalt stroomde.
Inmiddels had het vuur zich
meegedeeld aan de bovenverdie
ping. Ook deze brandde totaal
uit. Even over zessen sloegen de
vlammen boven het dak uit. De
pannen werden van het dak
verwijderd, de ladder werd
omhoog gedraaid en van boven
af richtte de waterstraal zich op
stad was de brand- en rooklucht
waar te nemen.
Telkens laaiden de vlammen
weer op; het vele voorradige
papier en de instrumenten,
vatten overal, waar een bran
dend stuk hout naar beneden
stortte, weer vlam. Maar de
brandweer won de strijd, om 6
uur 25 werd het sein "brand
meester" gegeven.
Tot negen uur bleef de brand
weer met twee slangen nablus
sen. Het papier smeulde nog, en
wanneer het droog werd laaiden
kleine vlammetjes weer op.
Het pand brandde totaal uit.
Er bleef slechts een ruïne van de
winkel over. De étalage, anders
helder verlicht, was nog slechts
een gapende ruimte, waar zware
rookwolken uit te voorschijn
kwamen.
Niets, maar dan ook niets heeft
men kunnen redden.
OORZAAK ONBEKEND
De oorzaak van de brand bleef
onbekend.
De eigenaar zei te vermoeden,
dat er kortsluiting is ontstaan,
met zekerheid kon niets omtrent
de oorzaak worden medege
deeld.
De heer S. was op de bovenverdie
ping toen de brand uitbrak.
Plotseling hield de radio op met
spelen. Om de oorzaak hiervan
op te sporen begaf hij zich naar
beneden.
Tot zijn grote schrik sloegen
hem de vlammen reeds tege
moet. Hij rende de winkel door,
de straat op. Enige seconden
daarna barstte de etalageruit en
daarmee was het vuur meester
van het terrein.
GELUK BD ONGELUK
Een gelukkige omstandigheid
was, dat het pand geheel vrij
stond van de belendende perce
len. Hierdoor, en doordat de
brandweer als het ware een
waterscherm oprichtte, bleven de
naastgelegen panden gespaard.
Ook de windrichting was een
gunstige factor.
Bij de brand waren o.a. aanwe
zig: de Commissaris der Konin
gin; mr. P. A. V. Baron van
Harinxma Thoe Slooten; de
burgemeester van Leeuwarden,
jhr. mr. J.M. van Beijma en de
Commissaris der Politie C. Kool.
Honderden nieuwsgierigen lie
pen uit om deze felle brand te
zien. Ze werden echter door de
politie op een veilige afstand
gehouden.
Belangrijke getuigen bij de brand: Jhr. van Beyma, burgemeester van Leeuwarden, commissaris van politie. Ook zij begrepen er geen sikkepit van. Hoe kon deze brand
Baron van Harinxma thoe Slooten, Commissaris der Koningin en de heer Kool, nu ontstaan