OVER HET MUZIEKLEVEN
VROEGER IN LEEUWARDEN
T LOOPT ALTIED ANDERS AT JE DENKE
8
f 3i/eme 3£rantaje leeót iedereen
Graag geven wij vandaag weer
het woord aan Aid Ljouwerter
voor het vervolg van zijn
herinneringen aan het muziekle
ven van vroeger in Leeuwarden.
Ook aan "De Volharding" be
waar ik bijzonder prettige herin
neringen. Het was een machtig
fanfarekorps van tussen de 50 en
60 leden, voor een fanfare een
sterke bezetting Ook dit korps
bezocht concoursen met groot
succes. Zo herinner ik mij een
bezoek aan Bolsward. Het mars
concours werd gehouden aan
een grachtje, waarbij de mars
route geheel vrij was gehouden
van publiek. Dit publiek stond
rijen dik aan de andere kant van
de gracht. We speelden een
Amerikaanse mars "March of
the Herald" en dat klonk daar
aan die gracht en gespeeld door
zo'n machtige fanfare wel zo
prachtig, dat ik durf te zeggen
het zelden zo goed te hebben
gehoord terwijl ik er toch zelf
tussen liep en mee moest blazen.
Dat het uitstekend was bleek
ook wel uit de dikke eerste prijs
die we er wegsleepten We
trokken er toen naar toe met
zo'n echte ouderwetse stoom
tram
VROUWEN EN KINDEREN
MEE
We zijn ook een keer naar
Vlieland geweest. Alles ging
mee, vrouwen, kinderen en
verdere familieleden. "Volhar
ding" had een grote aanhang in
Huizum en omstreken en de
boot naar Vlieland was dan ook
behoorlijk vol. Natuurlijk waren
ook de instrumenten mee en
werd er dus op het eiland naast
plezier ook muziek gemaakt.
Traditioneel was de jaarlijkse
kaatswedstrijd. Ook daarvoor
bestond een grote belangstelling
en praktisch alle leden deden
daar aan mee. Nu was ik
helemaal geen kaatser, maar als
lid wou ik niet achterblijven en
gelukkig trof ik als partuurgeno
ten een paar uitstekende kaat
sers. Die twee waren zó goed, dat
we nog een heel goede plaats in
het eindklassement bezetten Ik
kreeg een mooie, groen glazen
drijfschaal, die ik nog steeds
bezit en die mij zo nu en dan
nog even doet herinneren aan
mijn optreden als kaatser, maar
meer nog aan mijn tijd bij "De
Volharding". Het was wat dat
betreft een mooie tijd, ondanks
de vaak belabberde omstandig
heden in die dertiger jaren In
de muziekverenigingen heerste
over het algemeen een vriend
schappelijke sfeer. Zo nu en dan
was er een feestavond, waar
donateurs en familie naar toe
kwamen.
Begonnen werd met muziek
door de vereniging zelf. Vaak
kwam dan na de pauze een
toneelstuk of een cabaretgroepje,
terwijl tot in de kleine uurtjes
nog gezellig werd gedanst op de
gezellige muziek uit die tijd
zonder geluidsinstallaties, die
tegenwoordig op volle sterkte
een aanslag doen op je gehoor
"De Volharding" gaf deze avon
den in het zaaltje van "Tivoli",
waar ze ook repeteerden. Het
was eigenlijk voor zo'n uitvoe
ring wat te klein, maar ja, in
Huizum had je niet anders en
men wilde het toch wel zo dicht
mogelijk bij huis houden. Ook
van deze muziekvereniging her
inner ik mij diverse oud-muziek-
vrienden. Daar was de muzikale
familie Kuipers, waarvan in mijn
tijd zeker vijf zoons deel uit
maakten van het orkest, terwijl
daarvóór ook de oude heer
Kuipers muzikant was geweest.
Zoon Jelle is later "beroeps"
geworden en bekend in de
muziekwereld als trompettist in
het "Frysk Orkest". Dan waren
cr twee jongens van beddenma
gazijn de Jong uit de Schrans.
Epema, die naar ik meen in die
tijd voorzitter/sopraan-saxopho-
nist was, kapper Zondervan op
de hoorn, nog een de Jong naast
mij op de sopraan-saxophone,
Piet Runia op de trom en vele
anderen. Ook Leendert Kramer
z'n vader speelde toen nog mee.
Ja. zo komen er steeds meer
namen in je gedachten van
mensen, die op één of andere
manier een rol of rolletje in je
leven hebben gespeeld en die je
naar alle waarschijnlijkheid nooit
meer zult tegenkomen. We
hadden bij "De Volharding"
zowaar een begin van een
uniform, n.l. een zwarte pet met
een verzilverd harpje voorop Ik
geloof niet, dat we in de
vooroorlogse jaren in Leeuwar
den al een muziekkorps in
uniform hadden. Tegenwoordig
is het ene uniform nog mooier
en kleurrijker dan het andere 1
Er waren natuurlijk meer mu
ziekkorpsen in Leeuwarden en
omgeving. Een korps, dat eigen
lijk een beetje als een elite-korps
werd beschouwd en dit ook
eigenlijk was, was het muziek
korps van de "Lijempf', een
bedrijfsorkest dus van de melk
fabriek van Achter de Hoven
achter de Fabrieksteeg. Dit
korps heeft vele jaren onder
leiding gestaan van de militaire
kapelmeester S.P. van Leeuwen,
die voor de repetities vanuit
Assen naar Leeuwarden moest
komen en dat was nogal wat in
die jaren Maar het was dan
ook een uitstekend orkest waar
de anderen eigenlijk niet aan
konden tippen. Maar als fa-
brieksorkest konden dan ook de
beste muzikanten worden aange
trokken. Ze traden maar weinig
op de voorgrond en ik geloof,
dat zij ook niet meeliepen in
optochten of zo. Gaven ze een
concert dan kon je ervan
verzekerd zijn dat je een uitste
kend stuk muziek te horen
kreeg. Een ander goed korps was
de Arbeiders Muziekvereniging
"Ons Genoegen", destijds onder
leiding van de kleine dirigent de
Ruiter, een pittige dirigent met
een rossige haardos, die uit zijn
korps veel en goede muziek wist
te halen
CORPS VAN DE ROOIEN
"Ons Genoegen" werd in die tijd
het korps van "de rooien"
genoemd en men zag hen dan
ook altijd bij alle evenementen
van de socialisten voorop gaan,
zoals b.v. op de le mei, wanneer
een enorm grote optocht met
alle socialistische organisaties en
met veel vlaggen en vaandels
door de straten van Leeuwarden
trok met als eindpunt het
Zaailand, waar dan meestal
Harmen de Boer nog een kort
toespraakje hield en met de
Internationale werd besloten.
"Ons Genoegen" had dan een
drukke dag, want in de avond
uren was er dan nog meestal een
bijeenkomst in de Harmonie,
waar ook nog strijdliederen
moesten worden gespeeld.
Ik geloof niet, dat "Ons Genoe
gen" in die tijd medewerking
verleende aan de viering van
Koninginnedag. Wel gaven ook
zij zo nu en dan een openlucht
concert en deze openluchtcon
certen trokken altijd vrij veel
belangstelling, dit in tegenstel
ling met tegenwoordig "Ons
Genoegen" repeteerde aan het
Schavernek, als ik mij niet vergis
was dit in een zaaltje van het
"Café Duinkerken"
Ziehier de Arbeidersmuziekvereniging Ons Genoegen met in het midden dirigent P. de Ruiter. De foto is
gemaakt in 1930, toen het corps tien jaar bestond.
Omke Dooit zen had na twee en
tachtig jaren skreppen en skeu-
ren de put er uut.
Op een avond had ie nog teugen
Janke. zien huushoudster, zeid.
ik gaan naar bed. Janke en Janke
hadden as gewoonlik zeid. welte
rusten Dooitzen. tot morgen.
En daarmet. met dizze woorden
was de dialoog tussen dizze twee
meensen tot een eind komen.
Omke Dooitzen was inslapen om
niet weer wakker te wuden.
„In minske libben is 'n wounder-
baarlik minnesterie" zei een neef
met een zwat petsje op. toen ze
omke Dooitzen begraven hadden
Dat hawwe jou tige mooi seid
zei een andere neef. oek met een
zwat petsje op.
„Tige mooi", zei ie nog es.
„Hij het een mooi leven had", zei
een neefuut de stad.
Dizze neef had gien zwat petsje
op maar een hoed en daarom
konnen je zien. dat dizze neefuut
de stad kwam. ,£n een mooie
dood", zei de vrouw van de neef
mette hoed.
,Ja", zei de neef met de hoed
„daar hewwe jou puur geliek an
vrouw".
Ze atten met mekaar in de kamer
van de notaris Bollema. Notaris
Botlema kon een paar van de
neven van Omke Dooitzen en
had nou niet bepaald een „hoge
dunk" van dizze neven.
Ajje zo de koppen van de
familieleden van Dooitzen van
der Werf. van beroep veehouder
en gewoond hebbende aan de
Trekvaart, bekeek, dan konnen
je wel op je blote vingers nagaan
wat er gebeure zu as et testament
van genoemde Dooitzen. van
beroep veehouder. voorlezen
wudde.
Janke. de huushoudster van
omke Dooitzen. zat een bitsje
achteraf.
Ze kon de meensen amper want
in de veertig jaren, die ze bij
Dooitzen weest was as huushoud
ster. had ze sommigen één of
twee keer zien en de anderen
helemaal niet.
En dat gajus zat hier nou omme
tafel bij de notaris om de erfenis
van Dooitzen te verdelen.
Veertig jaren was ze huushoud
ster weest bij Dooitzen.
As jonge vrouw was ze op de
boerderij komen.
Dooitzen had een advertentie
inne krant zette laten, zij had er
op skrewen en ze was annomen.
Dooitzen had direkt teugen har
zeid. "één ding wil ik je wel zegge
trouwe doen ik niet. zet dat maar
uut dien kop".
Waarop Janke antwoord had.
„daar zal je mij oek nooit over
hore".
Dat probleem was dus afpraat.
Nee. an trouwen docht Dooitzen
niet.
Vroeger, toen ie nog jongfeint
was. had Dooitzen verkering had
met een faam afkomstig uut de
contreien van Menaldum.
Et was een mooie faam en
Dooitzen was tot over zien oren
verliefd.
Et was de eerste keer dat
Dooitzen werkelijk verliefd was.
De eerste liefde, die een man of
een vrouw ondergaat, is iets dat
je nooit vergetr
Je hele leven niet.
Maar an de eerste liefde van
Dooitzen was na een jaar vrijen
een wreed einde komen.
Oppen dag kreeg Dooitzen een
brief met et poststempel Menal
dum.
Et was een brief van sien faam
waarin met niet mis te verstane
woorden te kannen geven wudde.
dat de verkering uut was.
Dooitzen had de bons kregen.
Hij was zo razend, dat ie een
jonge stier, die oppet erf ston.
inne horens beet.
Vanaf die tied keek Dooitzen et
vrouwvolk niet meer an.
Ze konnen allemaal verrekke.
De tied gong radder en de tied
kwam. dat Dooitzen alleen kwam
te staan.
Hij was toen twee en veertig jaar.
Janke kwam op de boerderij en
ze bleef er.
Ze zorgde prima voor et huus-
houwen.
Alles was altied skoon en helder
en ze regelde alles voor Dooitzen.
En Dooitzen was daar dankbaar
voor en dat bleek wel uut et
testament.
Want wat ston erin dat testament
van Omke Dooitzen
Dat wuden de neven met hun
zwatte petsjes en de neef met de
hoed en hun respectieve vrouwen
wel es wete.
De hebzucht straalde van hun
koppen.
Geld is een raar ding
Meensen vermore meensen der
om.
Ze slaan mekaar dood-
Ze steke mekaar overhoop
Ze vergiftige mekaar.
Dat doet de hebzucht.
Wel. de hebzuchtige familie van
Omke Dooitzen kwam vanne
kouwe kermis tuus.
Ze kregen gien cent.
Nog gien nutske.
De boerderij met have en goed
must verkocht wudde en de
opbrengst was voor Janke. de
huushoudster.
Ik zal maar niet meer vertelle
wat er vedder gebeurde inne
kamer van notaris Bollema.
Alleen nog dit.
Veldwachter de Vries must er an
te pas komme en die het ze er let
terlik en figuurlik uutslagen.
Ja. meensen.
In minskelibben is 'n wounder-
baarlik minnesterie.
De neef met et zwatte petsje had
geliek toen ie dat zei.
Et loopt altied anders as je
denke.
Bart van de Weerdt.