G. DIEPENMAAT W MORREMA SPORT FA. ALEX COPINI lammert de vries LEEWADDERS, WAAR IS DIT SCHOORSTEENVEGER Transporten naar overal Firma door A. Niemendal Alle sportmensen ontmoeten elkaar bij: 'T Brillant Gero Cassettes e Goud Uurwerken e Zilver e Omega dealer ZWEMMERS ontmoeten elkaar in het water BASKETBALLERS BOKSERS ontmoeten elkaar in de zaal ontmoeten elkaar in de ring VOETBALLERS SCHAATSERS ontmoeten elkaar op het veld ontmoeten elkaar op het ijs Voorstreek 40 - LEEUWARDEN - 20244 Merken met reputatie! GAZELLE - RALEIGH HUSQVARNA REVALIDATIE - APPARATUUR 75 JAAR JONG VOORSTREEK 65-67 LEEUWARDEN TEL. 05100-36235 EINSTEINWEG - POSTBUS 1184 TELEFOON 05100 - 36335 Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag Leewadders waar is dit?" We gaan weer drie 'antieke afbeeldingen" verloten onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven. Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen veertien dagen naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vries- straat 18921 BP Leeuwarden. Illllllllllll vervolg van pag. 7 Had hij daarvoor leeren klimmen als een eekhorentje? Maar de meester was onverbiddelijk. Toen hij bene den was, was hij even vuil als de schoorsteen zelf. Bij het naar huis gaan, zag niemand hem meer aan. Nog erger! De jongens bespotten hem en riepen hem een geksche rend: boe! boe! na; de meisjes gin gen, zooveel zij konden, voor hem uit den weg, en de kinderen begon nen te huilen, als zij hem zagen. Hij had ook wel willen huilen. - Het is waar, 's middags kreeg hij goed eten, beter dan hij in langen tijd gehad had: maar het smaakte hem niet van de rooklucht, die hij nog altijd in de neus had. Alles, wat hij in den mond stak, smaakte naar roet. En dit verwonderde hem niet meer, toen hij bemerkte, dat hij ze ker in den schoorsteen zijn kapje Je begriepe eilijk niet, hoe't be staat, mar der binne meensen, die verhuze voor hun plesier. Die woane een jaar hier en twee jaar daar en dan sitte se warempel al weer op een ander plak inne stad. Sommigen verhuze in hun leven wel twintig keer, de laaste verhuzing naar't Skapediekje nog niet eens metrekend. Ik hew es van een echt paar hoord, dat op sien ouwedag nog uutmekaar gaan is na een aller- lulligst heibeltsje: de man sei, dat se in hun trouwen zestien keer ver- huusd weest waren en de vrouw hield stokstief vol, dat het mar vief- tien keer weest was - en daar kwam sowat slaande rusie van. Toch wi'k niet love, dat er in heel Leewadden een is, die so vaak ver- huusd is as Gerrit G., alias Gekke Gerrit. Je kanne hier hast gien wiek opnoeme, of Gekke Gerrit het er woand. Hoe vaak ie verhuusd is, su k niet wete, mar bij de gemeente salie se nog wel nagaan kanne of ie inne sport van't verhuzen werkelijk een recordhouder weest het. Wat het ie er an vonnen, suden je segge, mar' t leek er veul op, dat Gekke Gerrit altied doende was naar weer wat anders uut te sien. Liep ie deur een straat, dan keek ie met sukke groate ogen bij de huzen op, dat de bewoaners al dochten, die hewwe de volgende week as nije buur. En hoe vaak fietste hij niet gewoon met een volle bakfiets met handel deur de stad, dat de meensen vroe gen: "Alweer an't verhuzen, Ge rrit?" "Ja, een kist vol luzen!" hoorden ze Gerrit dan soms ant woorden. Ouwe stadgenoaten vanne Ouwege leien salie Gerrit nog wel herinnere as bewoaner vanne Kloastersteeg of van 't Pieterseliewaltsje en 't vroe gere volk vanne Landbuurt weet nog wel, dat ie daar oek een poaske woand het. Mar oek inne Houtstraat het ie woand, inne Witte Kousebuurt, inne Kustbietersteeg, in't Brandsje- kloaster, zelfs an't Skoaldiekje in Hiizum, in't Rooie dorp, inne Lin- debuurt, an't Hoogpad vanne Weerklank, in't Werkmanslust, er gens bij Camsraburen, inne Molen buurt, oppe Nijeburen, inne yArendsstraat, nou ja, so.kanne je had laten afvallen, want zijn mooi zwart haar zat vol van een dik en vetachtig roet, zoodat hij het half moest afsnijden. Het was jammer van de mooije lokken, waar ieder zoo'n zin in gehad had. Arme schoorsteenveger! Wel ge wende hij langzamerhand aan de guurheid van het land, even als aan de lasten zijner betrekking. Maar toch kon hij zijn vaderland niet ver geten. Dikwijls, wanneer hij zijn dagwerk had afgedaan, kroop hij naar de vliering, kreeg daar zijn mandoline en marmot, die zijn meester hem vergund had te behou den, en speelde nog eens een Savo- yaardsch deuntje. En dan werd het hem zoo won derlijk wel en wee om het hart, dat de kop van zijn diertje nat werd van tranen. Ook hield hij van ie mand in het geheele land half zoo veel, als van zijn marmot. Hij spaarde voor haar zijn lekkerste beetjes uit den mond. Het was nu voor hem zijn geheele gezin, zijn vaderland, zijn wereld! Als 't maar altijd winter gebleven ware! Doch dan werd het lente. Een Noordsche lente! Maar toch, de ontwakende natuur en zijn eigen gestel zeiden hemdat het lente werdlente in zijn waterland. Dan bruiste hem het Ita liaanse bloed heftig door de aderen. Dan werd het hem in Holland te eng, als een gevangen vogel, die tegen den verhuistijd van zijn ge slacht, met den kop tegen de tralies stoot. Dan droomde hij eiken nacht van Savoye, en voelde de laauwe zuiderzon, en zag de bloeijende amandeltakken, en dronk den geur der oranjebloesems, en hoorde het gegons der bijen, en ontwaakte op het gezag van den nachtegaal nog wel vieftien straten of stegen be denke, Gerrit het er woand. Mar noait lang vanself. Meestal dreef sien ongedurige aard hem al gauw weer naar een ander huus. Of suu't miskien oek vaak een spultsje van huurskuld weest hewwe? Eén keer mut het inne Landbuurt ge beurd weze, dat hij de gedierten nog niet eens ophongen had - toen klapte hij sien hele hutsje en mutsje alweer oppe bafkiets en trok vol goeie moed naar't volgende adres. Meensen, die hem as buurman naast sich kregen, mochten niet moppere, want Gerrit was gewoan 't sontsje vanne straat, altied opge wekt, altied te vienen voor een goeie grap en behulpsaam as gien ander. Kwam er siekte of ongemak, dan skoat Gerrit te hulp, dat was so se- ker as't opgaan vanne son. Vroe gere buurlui, die dit lese, salie het bevestige. Toch het Gekke Gerrit eenmaal dikke bonje had, mar die buurman, een sekere De Jong, was dan oek een etter van een vent, sikkeneurig en sagrijnig en so lastig as een loopse hon. Een kerel, die heibel maakte met iedereen, honsbrutaal en hadstikke onredelijk. Disse De Jong en Gerrit G. woon den naast mekaar an't Pieterselie waltsje, waar die kerel Gerrit het leven suur maakte met een nachten lang blaffende bouvier, met een stinkende bok, die Gerrits bleekje vertrapte, met het oortergende la waai van een valse harmoanica, met het altied mar timmeren oppe tussenmuur, meteen rotgeskreeuw, as ie savonds dronken tuus kwam. Wat Gerrit oek probeerde om De Jong tot rede te brengen, het gaf allemaal niks - de man keek hem mar wat gremietig an en skudde dan sien grauwe dikke kop. Dan was't krek een aap, een aap met rinkjes, want hij was oek nog so mesjogge, dat ie een paar koperen ringen in sien oren had. Toen Gekke Gerrit begreep, dat ie toch niks met die vent beginne kon, had ie voor de soveulste keer ver huze kannen, maar dat deed ie nou net niet. Plotseling besefte hij, hoe hij dizze Akeligsma te pakken nimme must. Mar daarvoor had ie de hulp noadig vanne krant. So trok Gekke Gerrit de stoute sku- nen an en stapte naar de Leewadder Krant, ontvouwde daar sien plan en vroeg om een fotograaf. Mar de meneer, die hem te woord ston - Landstra was sien naam - gaf hem nul op het rekest. Hij maakte een rare grimas met sien geweldige snor en sei toen op hoge toon: "Nee, hoor, daar begint de Leeuwarder Courant niet aan" Gekke Gerrit evensugoed nog flui tend de trap af en toen op naar't Leewadder Nijsblad inne Ga- lileër Kerkstraat. Daar kreeg ie van een meneer Hoekstra - een heel wat kammeraadskappelijker ont vangst en potdikkie, die beloofde hem, dat ie sorge su voor een foto graaf: "Morgenmiddag twaalf uur komt meneer Gombault bij je thuis!" En die het toen de foto nomen, die de volgende dag in 't Leewadder Nijsblad ston: Gekke Gerrit in sien voortuuntsje met een paar gediene- ringen in sien oren en oek nog een groate ring in sien neus. "De bekende Gerrit G." ston er onder, "door onzen fotograaf voor zijn woninkje aan het Pieterselie- waltje gekiekt. Gaat Gerrit weer eens verhuizen, maar nu naar don ker Afrika? Het lijkt er op!" En laat er nou een paar dagen later wel degelijk een verhuzing weze in dit Pieterseliewaltsje! 't Was Gerrit niet, mar die verrekte De Jong, die hem smeerde. Mét sien hon en mét sien stinkende bok. Mar sonder ringen an sien kop! Nog jaren het ie ergens anders in Leewadden woand, mar met die rare ringen in sien oren hewwe se hem nooit meer sien. En Gerrit Gerrit het miskien uuteindelijk ner- ges so lang woand as just hier op't Pieterseliewaltsje! Kees Brol Maar neen! het was de nachtegaal niet, het was de meester, die hem kwam roepen om op te staan: want het was voorjaar! er was veel werk aan den winkel. Er moesten met het schoonmaken veel schoorsteenen geveegd worden. Daarom moest hij vroeg aan den gang. ,,De lente was de beste tijd voor schoorsteenver- gers"! zeide zijn meester. Arme schoorsteenveger! Zoo duurt het met hem reeds vele jaren achter een. Maar toch heeft het dus 't langste met hem geduurd. Hij heeft door oppassendheid en spaarzaam heid een klein sommetje bijeenge gaard. Nog 3 jaren, dan is de som rond. Dan verlaat hij Holland en keert naar Savoye terug. Dan koopt hij daar een kleinen wijnberg en een huisje. En als buurmans Elsje dan nog zoo mooi en lief is als toen hij wegging, dan maakt hij haar zijn vrouw. En in hare armen, vergeet hij voor altoos het leed van den ar men schoorsteenveger! lagen er drie zogenaamde „trapke- bruggen" over het Vliet, de Witte Brug, de Blauwe Brug en de Poppe- brug. De Witte en Blauwe Brug, kennelijk genoemd naar hun kleur, waren van particulieren, de Poppe- brug hoorde aan de gemeente toe. In het midden van de vorige eeuw nam de gemeente ook de beide particu liere bruggen over in eigendom en onderhoud. PEPERSTRAAT 11 - TELEFOON 26880 - LEEUWARDEN

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1979 | | pagina 9