BELEVENISSEN VAN EEN JONGSTE BEDIENDE OP DE BANK AAN DE WIRDUMERDIJK LEE W ADDERS, WAAR IS DIT DE OUDE WEERKLANK Dit is het vervolg van het verhaal van onze medewerker Bart van der Weerdt uit Haarlem over zijn bele venissen als jongste bediende op het kantoor van de Nationale Bankver- eniging aan de Wirdumerdijk - her innering aan het begin van de twin tiger jaren. Fedde Doomspleet zat op de cou ponafdeling tegenover meneer Witteveen. Meneer Witteveen was procuratiehouder en was dus een belangrijk man op de bank. Hij was vroom katholiek en daarom werd hij Pius genoemd, naar de toenmalige Paus Pius. Fedde was vrolijk van aard en kon erg snel werken en wanneer het werk dan goed liep dan neuriede hij zachtjes in zichzelf. Daarbij gebeur de het nogal eens dat hij zo op zijn gemak zat, dat hij met zijn ene been over het andere zat en dan met bo venste been onder zijn bureau zat te wippen. Dat dit wel eens op de ze nuwen van de vrome procuratie houder werkte was begrijpelijk. PIUS Fedde werd dan ook nogal eens tot de orde geroepen. Op een keer toen Fedde weer zo zat te werken schopte hij bij het verzitten Pius tegen het scheenbeen. Deze werd daarop zo nijdig dat hij, onder de tafel Fedde terugschopte. Hij deed dit zo venij nig en hard, dat hij tegen de onder kant van zijn eigen bureau schopte, waardoor de inkt uit de inktpot vloog en op de brieven en papieren die op zijn tafel lagen, terecht kwam. Woedend was hij. Hij was wat je noemt witheet. En wat deed Fedde? Fedde keek niet op of om. Hij lachte ook niet. Nee, hij zat zachtjes te grinniken. En dat was helemaal om uitje vel te springen. Hij heette Koos van Hulzen en kwam uit een gezin met tien kinde ren. De boodschappen en de kar- Voor diverse relaties te koop gevraagd WOONHUIZEN, FLATS EN BUNGALOWS ►MAKELAARDIJ I NOORD-NEDERLAND I Wijbr.de Geeststr 33o Leeuwarden Tel 05100-33331 I lb g g 37346) R T. Kuipers. I Makelaar taxateur o g weitjes op kantoor deden we nu ge zamenlijk. Ik kreeg er ander, meer kantoorwerk, bij te doen. Ik was nu meer bij de verzending van de post betrokken. Toch werd de situatie anders nu Koos er bij was. Daar was de kwes tie van de fooien, bijvoorbeeld. Meneer Burg, die blijkbaar meer met een dergelijk bijltje had gehakt, bond ons op het hart de fooien die we kregen samen te delen. De sa menwerking met Koos is altijd goed- geweest. Fooien, of liever fooitjes, kregen wij bij de z.g. couponklan ten. Regelmatig moesten we cou- pongeld bij de klanten brengen en dan viel er wel eens wat af voor ons. ACHT GULDEN Meestal was het één of twee kwar tjes. Eenmaal kreeg ik van een rijke klant acht gulden fooi. Acht gulden. Ik wist niet wat ik zag. Dat was dus vier gulden voor mij en vier gulden voor Koos. Een andere keer moest ik naar de directeur van de Rijks Landbouw Winterschool coupon- geld brengen en ik werd door de congiërge van de school naar de kamer van de directeur gebracht. Hij zat achter zijn bureau en ver zocht mij in de zetel voor het bureau plaats te nemen. Toen ik hem de envelop met het geld en de „com plimenten van de heren", dat waren de directeuren, had overgebracht en hij de bijgevoegde kwitantie voor ontvangst had getekend vroeg hij opeens: rook je ook? Ik bedacht mij geen ogeblik en zei, ja meneer. Hierop pakte hij uit een bureaulade De oude Wirdumerdijk met links het kantoor van de Nationale Bankvereni- ging, waar de jonge Bart van der Weerdt z'n "avonturen" beleefde. courant mocht hebben als de „he ren" hem hadden ingezien, en ja, na twee dagen in de directiekamer te hebben gelegen, mochten Koos en ik de prijscourant hebben. Koos en ik hadden allebei twee jaar Franse les op de Mulo gehad en we konden gezamenlijk en eendrachtig er aar dig in wegwijs worden. We over legden of wij wat zouden bestellen. En wat dat dan zou zijn. We hadden niet veel geld maar we bestelden voor tien gulden: padvindersmes sen, een schemerlamp, die notabene brandde op carbid. Ik zie dat ding nog voor mij, het waren bloemen van parelmoer met daarbinnen in de brander. We konden via de bank Franse francs kopen en het geld en de bestelling van de gevraagde goe deren werd door ons aangetekend verzonden. De padvindersmessen waren we zo kwijt en de schemer lamp was voorde familie van Koos. Nog één keer hebben wij een be stelling gedaan - ik weet niet meer wat - maar toen was het afgelopen. De handel leverde niets op. BART VAN DER WEERDT een doosje Simon Artz, maakte het open en liet er tien sigaretten uitrol len en zei, neem maar. En ik nam ze alle tien. Wat heb je gehad, was het eerste wat meneer Burg vroeg, toen ik weer op kantoor kwam. Tien si garetten, zei ik. Tien sigaretten? Ja, zei ik, tien si garetten Simon Artz. Meneer Burg keek of hij het in Keulen hoorde donderen. Hoe kan dat, vroeg hij ongelovig. Ik vertelde toen hoe het gegaan was. Nou, zei meneer Burg, in het vervolg, als zo iets weer ge beurt, dan neem je één sigaret en geen tien, begrepen. Ja meneer Burg. De heren van de afdeling boekhouding hadden veel belang stelling voor de Simon Artz siga retten en ik was ze zo kwijt tegen drie cent per stuk. VREEMDE POSTZEGELS Met de post kwamen regelmatig brieven uit het buitenland en de vreemde postzegels waren voor Koos en mij. Wij verkochten deze postzegels of ruilden ze met andere jongste bedienden. Maar op een dag kwam met de post een envelop met een Franse postzegel. Deze post stukken werden bij een procuratie houder gebracht die de post open maakte en dan verdeelde over de afdelingen. Nu zat in "de envelop met de Franse postzegel een prijs courant van het Parijse warenhuis „Les Grands Magazins Du Prin- temps". Ik vroeg of ik die prijs- vervolg van pag. 3 Vries. Hiernaast nog het aardappel pakhuis van Fokkema. Hoor, wat roepen ze daar? A, ja: "Aan de Oostersingel ligt een boot met schol - acht, tien en twaalf cent het pond!" Nu gaan we op de hoek even naar binnen, waarachter het leven van hardwerkende mensen, meest uit de onderste laag van de bevolking, verborgen gaat. Mensen, die bezig zijn zich te ontplooien, wat geluk kig zeer velen zal lukken ook. Sommigen hebben dikke armoede gekend, maar velen hebben ook heel wat plezier met elkaar beleefd. De een helpt de ander vaak zonder bijbedoelingen. Ik weet, dat ik niet voor honderd procent alles heb weergegeven, maar neem dit maar van mij aan, het was wel voor honderd procent waar, al heb ik geen schandaaltjes verteld - die heb ik als prater bij me zelf gehouden, daar ik zelf ook Weerklanker was en wel van 1907 tot 1923. Met de meeste hoogach ting voor alle personen, die ge noemd zijn. O. Hollander P.S. Zijn er nog leerlingen van de zesde klas van de school van Mees ter Kuipers aan de Oostersingel, die geboren zijn in 1907 of in (906? Stuur eens een kaartje naar O. Hol lander, Ijsvogel 44 in Dokkum of bel, telefoon 05190 - 3544. Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag 'Leewadders waar is dit?" We gaan weer drie 'antieke afbeeldingen'verloten onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven. Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen veertien dagen naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vries- straat 18921 BP Leeuwarden. WONING INRICHTING Nleuwestad 95-97 LEEUWARDEN

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1979 | | pagina 7