POSTKANTOOR KWAM
OP PLAATS RIJTJE HUIZEN
STERKE STUKJES
VROEGER.
LEEWADDERS,
WAAR IS DIT
MOOIE JEUGDHERINNERINGEN
9
MET OF ZONDER
BAARD
Kom, dachten wij een paar weken
geleden, laten we het onze abonnees
nu eens gemakkelijk maken met on
ze fotoprijsvraag Leeuwarders waar
is dit. Laten we nu eens een hele rij
huizen zien in plaats van het gevel
tje van maar één pand. Stellig, dat er
dan meer goede oplossingen bij ons
binnenkomen. Maar nee hoor, de
opgave in nummer 345 was kenne
lijk moeilijker dan hij ooit was ge
weest, want slechts zes, zegge en
schrijve zes lezers bleken het gefo
tografeerde punt in de oude stad te
hebben herkend.
En drie inzenders gokten ditmaal
verkeerd door ons te melden, dat het
rijtje huizen respectievelijk aan de
Nieu weburen, het Zuid vliet en
nogmaals aan de Nieuweburen had
gestaan. In werkelijkheid stonden
de panden aan de Tweebaksmarkt
en wel op de plaats, waar later het
postkantoor verrees.
"Uit eigen aanschouwing heb ik de
situatie, zoals die op de foto voor
komt, niet gekend" aldus schreef
ons onze abonnee, de heer S. de
Jongh te Leeuwarden, die ons ech
ter wel wist te berichten, waar de
panden hebben gestaan.
Mevrouw A. Meyer te Leeuwarden
schreef ons wel ongeveer tachtig
jaar te moeten zijn om te kunnen
zeggen de afgebeelde woningen nog
met eigen ogen te hebben gezien,
"maar" - voegde ze er aan toe,
"gelukkig zijn er nog boekjes, waar
veel over vroeger in staat. Sinds
1904 staat op deze plaats het post
kantoor".
De heer S. Klaver te Stiens wist ons
nog te berichten, dat het pand uiterst
links op de foto het sigarenmagazijn
van Vinken was.
BUITEN MEDEDINGING
Onze abonnee, de heer J. Efdée te
Leeuwarden schreef ons het vol
gende:
"Uw fotoprijsvraag "Leewadders.
waar is dit?" werd tot nu toe door
mij steeds "buiten mededinging"
opgelost.
De reden waarom ik mijn antwoor
den nooit aan U opzond is, dat ik
steeds meende: 'Er zijn nog vol
doende zestig- tot zeventigjarigen
die de afgebeelde toestand in hun
geheugen kunnen herkennen", en
deze jonge generatie moet een kans
krijgen.
Maar met de afbeelding in 't Kleine
Krantsje no. 345 van 29 september
1979 is het anders gesteld.
Om de in dit nummer afgebeelde
gevelwand nog in zijn geheugen te
hebben moet men toch echt wel de
90 jaren hebben bereikt.
Dit rijtje panden stond aan de
Tweebaksmarkt en werd al in 1902
afgebroken om plaats te maken voor
een nieuw postkantoor, dat daar
destijds werd gebouwd naar het
ontwerp van Rijksbouwmeester C.
H. Peters en onder leiding van
Hoofdopzichters. A. Koldijk werd
uitgevoerd. De bouw was aanbe
steed voor 143.784,-. Op I au
gustus 1904 kwam het nieuwe ge
bouw gereed."
Tot zover de heer Efdée met onze
dank voor zijn informaties.
En dan nu de gelukkige prijswin
naar, dat werd de heerG. Sierksma,
Zenegroen 161 te Leeuwarden.
Te Bameveld kwam de 27jarige
boereknecht G. v. K. wonende on
der Nijkerk, ten gemeentehuize om
te trouwen. Daar men vermoedde,
dat hij iets zou afweten van den
moord op den 82jarigen schaapher
der C. van Harten, heeft de burge
meester hem een streng verhoor af
genomen, waarbij K. volledig be
kend heeft den moord te hebben ge
pleegd. Het zal den moordenaar om
het geld te doen zijn geweest; de
oude herder schijnt vaak een vrij
belangrijke som geld bij zich gehad
te hebben. Van K. is gevankelijk
naar Utrecht overgebracht. Deer
niswekkend was de toestand van het
bruidje, dat van niets schijnt gewe
ten te hebben, toen zij vernam, met
welk een monster zij bijna in het
huwelijk was getreden.
(1912)
Hedenmorgen is een reiziger met de
boot, die om zes uur uit Vlissingen
vertrekt, naar Terneuzen gereisd.
Aldaar aangekomen bleef de man
aan boord en keerde wederom naar
Vlissingen terug. Tijdens de reis
hield de reiziger, die een Belgisch
bankdirecteur bleek te zijn, zich be
zig met het schrijven van brieven,
welke hij aan den hofmeester ter
verzending overhandigde. Toen de
boot te Vlissingen tegen de ponton
kwam te liggen, klonk plotseling
een revolverschot. Bij onderzoek
bleek, dut de reiziger zich door een
schot in het hoofd doodelijk had
gewond.
(1935)
Een tragische scene speelde zich op
een station van den ondergrond
spoorweg te Londen af. Een heer en
dame, van wie de laatste een kaartje
had genomen, stonden kalm te pra
ten, toen hij bij aankomst van een
trein de dame plotseling op de rails
sprong. De heer sprong haar na en
drukte haar tusschen de rails op den
grond. Toen de trein stil stond bleek
de dame slechts licht gekwetst. Den
man was de rechterarm afgereden.
Beiden werden naar het hospitaal
gebracht, doch konden nog geen in
lichtingen geven. Men vond tus
schen de rails een beurs met geld en
eenige speelkaarten. Ook in de zak
ken van den heer vond men speel
kaarten.
(1906)
Onlangs is te Weenen de kassier van
een bankiershuis onder zonderlinge
omstandigheden overleden. Hem
was opgedragen een pak bankbil
jetten te tellen en niettegenstaande
hij was gewaarschuwd, bevochtig
de hij daarbij telkens zijn vingers en
duim met speeksel. Des avonds de
den zijn lippen hem pijn, maar nie
mand gaf daar acht op. Den volgen
den morgen was een der lippen ont
stoken en raadpleegde hij een ge
neesheer doch drie dagen daarna
was de man reeds overleden.
(1895)
heeft er aan de Nieuweburen een
verenigingsgebouw gestaan, "Dc
Ontwikkeling". Het was het club
lokaal van de Leeuwarder Werklie
denvereniging. Die vereniging, in
1873 opgericht, stelde zich ten doel
de ontwikkeling van de werkman te
bevorderen en zijn belangen te be
hartigen. Ook andere verenigingen,
die van het lokaal gebruik wilden
maken, konden er terecht. Na de
eeuwwisseling werd het clublokaal
steeds minder bezocht en in 1908
moest de Werkliedenvereniging be
sluiten het pand van de hand te
doen
vervolg vitri pug. 3
In de zomer gingen wij z.g. zwem
men in een sloot richting Hempens.
Dat zwemmen bestond uit spartelen
in een vrij drabbige watermassa.
Ook liepen wij wel naar de Boxu-
merdam bij de spoorbrug. Daar in
de trekvaart naar Sneek zwommen
de grote jongens. Ik kon nog niet
zwemmen, maar mijn grootste ple
zier had ik wanneer een grote jon
gen mij vanaf de spoorbrug in het
water gooide. Een andere knaap
dook mij dan weer op en bracht mij
'naar de kant. Later leerde ik op z'n
hondjes zwemmen en kon dan zelf
naar de kant komen.
Met de winkel ging het niet best.
Mijn vader was geen koopman en
zijn liefste bezigheid was een ge-
"Zeg Lien" zei de chef, "ik hoor
de net, dat je woorden had met een
klant. "Zoiets doen we hier niet, we
blijven altijd beleefd en de klant
heeft altijd gelijk." "Weet ik wel"
antwoordde Lien, "hij zei, dat het
hier een oplichterstroep is".
zei lig praatje met de vrouwen die
boodschappen kwamen halen. O ja,
er was ook nog een meisje, Betty,
met wie ik, toen we al in Leeuwar
den woonden, een beetje „verke
ring" had. Een lief meisje, maar ik
was niet rijp voor „vastigheid",
dus dat ging weer uit. Op een dag
kreeg vader bezoek van een verte
genwoordiger, de heer Giliam, de
latere schoonvader van Geppy Ron-
ner, die de dochter van de heer Gi
liam trouwde.De hher Giliam wist,
dat er in de Klanderij, van de heer
Oebelede Vries, een Ie kelner werd
gevraagd. Mijn vader daar naar toe
en hij werd aangenomen. Mijn va
der kon de winkel van de hand doen
aan een weduwe met drie dochters.
Ze kwamen uit Steenwijkerwold.
Men had daar een slagerij gehad,
maar toen de man kwam te overlij
den kon de vrouw dit niet meer aan.
Mevrouw Onderweegs, zo was haar
naam, is later hertrouwd met boer
Keestra, die ook bij ons klant was,
hoofdzakelijk van tabak.
Een dodhter. Trijntje (Zus) is later,
(de familie Keestra woonde toen in
de Noorderstraat, in 1934 getrouwd
met onze onvergetelijke Frisiaan
Johan (Hannes) Brinkman, die he
laas te vroeg is gestorven. Hij was
een pracht mens. In 1948, bij het 65
jarig bestaan van de L.A.C. Frisia,
was ik tijdens de feestdagen hun
gast en jaarlijks tot aan het overlij
den van Johan is dit zo-gebleven.
Dit waren voor mij werkelijke
feestdagen en niet in het minst door
de hartelijkheid van de gastvrouw.
Nadien ben ik op verzoek van Jo-
han's zuster, Sophie, voor deze
reünistendagen liefderijk opgeno
men in hun gezin. Sophie is ge
trouwd met David Brada, met wie ik
in het derde van Frisia heb gevoet
bald. Ook hier weer dezelfde harte
lijkheid, die deze dagen voor mij
altijd tot een hoogtepunt in het jaar
maken.
Na de periode Smitsbuurt vertrok
ken wij tot groot genoegen van mijn
moeder naar de 5e Vegelindwars-
straat. Het huis van gele steen,
stond er nog, toen ik tijdens de reü
nie van het 60 jarig bestaan van de
Van Sytzemaschool (in 1921 nog
school 13), in 1977 in de buurt een
wandeling maakte, Het huis, nu
door jongelui bewoond zag er nog
redelijk uit. Verder was de gehele
buurt rijp voor afbraak om er goede,
woningen voor in de plaats neer te
zetten
Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag 'Leewadders waar is dit?'
We gaan weer drie antieke afbeeldingen" verloten onder de abonnees, die
ons het juiste antwoord geven. Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen
veertien dagen naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vries-
straat 18921 BP Leeuwarden. Uilslag over vier weken.