FRAAIE LANTAARN MOEILIJK TE VINDEN STOALEN WIE ONS NU EEN NIEUWE ABONNEE BOEKJE POPULAIRE LEEUWARDERS VOOR NIEUWE ABONNEES ONZE FOTOPRIJSVRAAG 1IIIIIIIIH 'T WARE VERHAAL OVER JOCHEN EN ANTJE 5 MANUS Als wij onze tweewekelijkse prijsvraag „Leewadders, waar is dit?" beschouwen als een wedstrijdje, waarbij het mogelijk is, dat niet alleen de abonnees, maar ook de redactie doelpunten kan scoren, dan hebben wij nu eens een dikke overwinning behaald. Want dit hebben we natuurlijk nog nooit beleefd: meer foute, dan goede antwoorden op onze traditionele vraag! Slechts vier, let wel vier abonnees hebben kans gezien ons exact te vertellen, waar in Leeuwarden de afgebeelde fraaie lantaarn hing en nog steeds hangt - alle andere inzenders wezen ons verkeerde plaatsen aan! En nu begrijpen we natuurlijk best hoe het is gegaan. Een foto van een fragment van een straat wil nog wel eens wat speurders op de been bren gen, die zelf gaan controleren of ze goed zitten met hun veronderstel ling, waar die foto kan zijn ge maakt. Maar bij het aanschouwen van dit plaatje met de lantaarn heeft vrijwel iedereen onmiddellijk een voor de hand liggende conclusie getrokken en die was nu net fout, want beste mensen, de monumentale lantaarn van onze foto prijkt niet aan de ge vel van het voormalige paleis van de Commissaris der Koningen aan het Hofplein, zaols haast alle deelne mers aan de prijsvraag hebben ge dacht, maar ze zit boven de trap van het voormalige belastingkan toor aan de Bollemansteeg. De heer Th. Weda te Leeuwarden verwoordde dan ook zeker de ge dachten van héél veel inzenders door ons te schrijven: ,,Mijn eerste gedachte was dat dit de vroegere woning van de Commissaris der Koningin moest zijn. Bij controle bleek dit niet te koppen. Maar die fout zullen misschien wel meer ma ken. Bij even zoeken bleek het de ingang van het voormalige belas tingkantoor in de Bollemansteeg, thans antiekzaak te zijn". DUIDELIJK 1-0 Goed, weinig goede en heel veel foutieve inzendingen dus en dat was duidelijk 1-0 voor onze krant, want het aantal juiste oplossingen was te verwaarlozen tegenover het aantal foutieve inzendingen. Dat was ditmaai dus duidelijk 1-0 voor onze krant, want dat kleine aantal goede oplossingen was te verwaarlozen tegenover de vele foutieve inzendingen. Eerlijk gezegd hebben we dan ook wel wat ondeugend zitten te genie ten bij het lezen van bijvoorbeeld het briefje, dat onze trouwe deel nemer. de heer Joh. de Jong uit Leeuwarden ons schreef: ,,De vraag was voor mij als oud lid van de gemeenteraad niet moeilijk te beantwoorden. Het is de lantaarn, als men het gebouw binnengaat, links van de ingang en bevestigd aan de muur van het voormalige paleis van de Commissaris der Koningin aan het Hofplein nummer 29". VOORZICHTIGER Ietwat voorzichtiger stelde onze abonnee de heer Nico Bom te Leeuwarden zich op door ons te melden: Volgens mij is het zoek- plaatje de hoek van het Gouver neurshuis aan het Hofplein. Ik heb daar jaren terug zowel binnen als buiten gewerkt en toen zijn die mooie lantaarns gesloopt. Wij moesten, mijn zoon en ik, de goten in de gevel dichtsmeren. Ook heb ben we gewerkt in de prachtige trouwzaal met dat oude stucadoor- werk, waar mijn jongste zoon en nog drie jonge leerling-stucadoors hun examen voor vakbekwaamheid moesten afleggen en daar slaagden ook. Ik kreeg toen van mevrouw Linthorst-Homan nog een antieke olielamp voor mijn caravan en die hangt nu nog bij mijn jongste zoon in de huiskamer." Net zo verbaasd als de heren De Jong en Bom zal mevrouw S. M. daCosta-Wijma uit Amsterdam wel zijn, nu ze hoort, dat de lantaarn op een andere plaats f f :p# y. 'J£.s zit dan op het Hofplein, zoals ze had gedacht. „Het is meer dan vijftig jaar gele den. dat ik daar op school ging" zo schreef zij ons, „op de Meisjes school bij Juf Heukel. Die werd ook wel de Hofschool genoemd en het dagelijkse vrije kwartier brachten wij door aan de voeten van Us Heit. Het is de eerste keer, dat ik iets herken van de talloze opgaven in Uw blad". „De oplossing is het pand Bolle mansteeg 64, voormalig Belasting kantoor" schrijft ons de heer H. de Boer te Leeuwarden en hij voegt daar aan toe: „Hoewel behalve de buitenlantaam weinig te zien is, zullen velen de plek herkennen." Welnu, dat laatste blijkt dus niet het geval te zijn geweest. Maar voor de winnares van deze week, mevrouw Tiemersma, Wiar- dastraat 6 te Leeuwarden, was de opgave ditmaal niet moeilijk, want wat schreef zij ons BU MIJN DOCHTER Wel, dit: „De vitrage links boven hangt bij mijn dochter voor 't raam en de lantaarn links boven en naast de voordeur zit boven het bordes van het pand Bollemansteeg-Grote Kerkstraat, waar vroeger de in specteur van de belastingen was en waar nu de antiekhandel Beuneker is". Jongeman, duidelijk niet voor een ministerspost in de wieg gelegd, staat in het Paleis van Justitie voor de Politierechter terecht. Diefstal van spullen van zijn baas. "Wist je niet verdachte" zegt de politierechter vaderlijk, dat zulk ge stolen goed geen geluk brengt?" "Nee" antwoordde de man, "mar hoe kon 'k oek wete, dat mien baas het stoalen had Dit is een van de meer dan honderd foto' s uit het boekje Populaire Leeuwarders door Fenno L. Schoustra opgeeft, die het abonnement betaalt tot 1 januari 1983 (drie en tachtig), totaal 50,-, krjjgt als premie GRATIS een exemplaar toegestuurd van het boekje POPULAIRE LEEUWARDERS VAN VROEGER ËN NU met meer dan honderd foto's van bekende stadgenoten. Vanzelfsprekend kan men zich zelf ook opgeven als nieuwe abonnee en zo voor het boekje in aanmerking komen. vervolg van pag. burgers, zowel jong as oud, op za terdag inne tobbe gingen. De fraaie gevelpartij van het voormalige Belastingkantoor, nu antiekhandel Beuneker. Ja, mannen, begon Arjen zien ver haal, et is echt waar gebeurd hoor. Jimme wille et miskien niet gelove, maar ik hew it zelf hoord. Ondanks et feit dat de kornuten hem wat ongelovig ankeken begon Arjen zien verhaal. Een eindsje buten Marssum, de kant uut rjaar Beetgum, wone een neef en een nicht van mien vrouw, Jochem en Antje. Ze wone op een klein boerderijke en vedder verdient Jo chem as los arbeider der nog wat bij. Nou is Jochem een goeie kerel, ik kon niet anders zegge. Hij het maar één gebrek, hij lust graag een bur- reltsje. Ja, ik kan wel zegge, hij lust heel graag een burreltsje. En dat valt bij nicht Antje niet altied in goeie aarde. Ze was daar helemaal niet content met. Iedere zaterdag avond zat Jochem in et café van Moeke Verf en dan kwam ie vaak na twaalven tuus in een toestand dat ie overal witte bloemen zag. Hij zag ze overat, oppe tafel, oppet behang en teugen et plafon. Een paar keer was et gebeurd dat ie et stuur niet goed recht houwe kon en met fiets en al inne sloot terecht komen was. Onder de drek en de smeerlapperij kwam ie dan tuus, bij Antje, die dan al op bed lag. Hooglopende ruzie vanzelf. Nicht Antje had heur geliefde echt genoot de stinkende, smerige kleren van et lief trokken en em daarna op een nogal hardhandige manier in et echtelik bed gooid. Maar nou was de maat vol bij Antje. Toen Jochem op een zaterdagavend weer anstalten maakte om huus en haard te verruilen voor et etablis sement van Moeke Verf kreeg ie van Antje in niet mis te verstane termen te horen, dat as ie om twaalf uur nog niet tuus was, dat ie dan de deur op slot von en dat ie dan zien roes in et bargehok uutslape kon. Met dizze waarskouwing in zien - nog nuchtere - achterhoofd vertrok Jochem in de richting van Moeke Verf. Antje deed al vast de deur op slot. Jochem zat even later op zien ouwe plekje by Moeke Verf. Hij zat druk te klasjeneren en burreltsjes in te nimmen. De klok tikte ondertussen deur en et moment kwam dat Moeke Verf de mannen zei, dat ze der uur musten omdat er slutingstied was. Jochem klom in een enigszins wan kele toestand op zien fiets en reed naar huus. Helemaal niet wetend wat em daar te wachten ston. Toen ie daar an- kwam was de deur op slot. Hij bonkte op de deur en hij bonsde op et raam en even later verskeen Antje voor et raam. Jochem zag op dat moment weer overat bloemen. Dat kwam deur de nachtpon van zien wederhelft. Laat mei der in, stamelde Jochem. Nee, zei Antje, dou bist te laat, dou slaapst vannacht dien roes maar uut innet bargehok en Antje verdween uut et gezichtsveld. Daar ston Jochem. Inweiulig en uurwendig vloekend zocht ie et bargehok op en legde zich te ruste naast de zeug. En toen ie naast de zeug lag en met de han langs de tepels streek zei ie, och Antje, hest nou al weer die nachtpon met al die knoopkes an! Bart van der Weerdl

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1981 | | pagina 5