HET OUDE WAGENPARK AAN
DE VOET VAN DE OLDEHOVE
WAT KON HET HIER GEZELLIG ZUN
STADSNIEUWS
VAN VROEGER
Weet u het nog, het wagen
park aan de voet van de 01-
dehove? Wat kon het daar in
vroeger jaren op vrijdagen
gezellig zijn. Het was een
centrum van bedrijvigheid,
een altijd boeiend hoekje in
de oude stad. In een krant
van 1940, verschenen kort
na de inval van de Duitsers
in ons land, vonden wij een
aardige impressie van dit
wagenpark. Wie de oude ge
zelligheid heeft gekend en
het verhaaltje leest wordt er
een beetje weemoedig van.
't Was het Oldehoofster Kerkhof,
waarop we verzeild waren, zoals u
begrepen hebt. Drukker dan anders
leek het ook; de oorlog is er schuld
aan. Maar wat blijft is de bijenkorf
Leeuwarden, waaruit alles zijn weg
vindt naar de provincie. Men zou op
zo'n vrijdagmiddag, een paartje met
trouwplannen zijnde, de inventaris
samen kunnen zoeken, plus nog de
nodige etenswaren, zodat men, 'n
beetje handig, rechtstreeks 's mid
dags van het Kerkhof het lege huis
kon meubileren en 's avonds nog
aan de gedekte tafel zitten.
Tafels en stoelen waren erte kust en
te keur, een mooi salontafeltje stond
parmantig op de autocabine. spie-
Wij zijn op een vrijdagmiddag ver
zeild geraakt in een Babylonische
verwarring. Een verwarring van
karren, auto's, bak- en transport
fietsen, kisten, pakken, zakken en
losse voorwerpen zonder tal. Af en
toe vormen ze barricaden of rijzen
ze omhoog als bergen.
Mannen schreeuwen, zwoegen on
der kisten, sjouwen iets op en van
wagens. Auto's toeteren, fietsen
bellen, paarden trappelen, pakken
ploffen neer, ijzer knettert op ijzer,
blik op blik en vaten rollen met ku
chend geluid.
VERWARRING
Midden in deze verwarring ver
koopt een ijscoman zijn ijsje en kij
ken de verweerde Oldehove en de
versleten dakjes aan de overkant
kalmpjes toe.
gels waren er voor de grootste ij
deltuiten, zelfs de baby was niet
vergeten, een wieg stond klaar, het
matrasje en het dekentje lagen er in.
Aan droogrekken, gieters, emmers
en matjes ontbrak het niet. Karpet
ten, kacheltjes en zelfs oude schoe
nen waren niet vergeten. En dan is
er het luilekkerland, er zijn balen
rijst, bussen cacao en vet, dozen
bonbons, doosjes koekjes en ge
bakjes en wat al niet meer, er zijn
kisten vol sappige sla, worteltjes,
tomaten aardbeien enz.
Zo'n vrachtwagenpark is, behalve
een luilekkerland, ook een bijenkorf
van geluiden, actie en problemen.
Hoe krijgt men bijvoorbeeld zonder
kraan 'n heel zware kist op de wa
gen? Hoe lost men een groot vat
petroleum van de wagen zonder
iosbomen en touw? Hoe krijgt men
die barricade in en op 't kleine wa
gentje? Hoe laadt u een zeven meter
lange reep smeedijzer op een wagen
van drie meter lengte? Hoe krijgt
iemand het in zijn hoofd om een
bosje bloemen per vrachtwagen te
sturen naar één of ander ver dorpje?
Aardrijkskunde van Friesland kan
men op deze markt leren, 't Is zo'n
beetje een blinde kaart van ons ge
weest. Een onderwijzer zou hier aan
zijn klas het levendigste aardrijks-
kunde-onderwijs kunnen geven.
IETS VAN VROEGER
En toch, ondanks al die drukte,
komt er iets van vroeger terug in het
wagenpark. Paardjes eten tussen de
wagens van hopen klaver. In het
gras aan de voet der Oldehove staan
de hitjes en wachten. De paarden
laten 't rumoer aan zich voorbij
gaan. hoogstens kijkt er een
nieuwsgierig om, om te zien. wat
het plotselinge geweldige lawaai
achter zijn staart nu toch wel te be
tekenen heeft.
Omstreeks vijf uur trekt een kara
vaan van trekdieren door de Toren
straat naar 't plein. Wagens, waar
van men het bestaan al lang verge
ten was, staan op de dieren te
wachten. Er zijn er bij met achter
wielen van 70 en voorwielen van 40
cm., met bakjes op het oog zo wan
kel, dat men zijn hart vasthoudt als
strakjes het geval aan het rijden
gaat, maar er zijn er ook bij met
luchtbanden, rechtstreeks van de
vrachtauto gehaald en geheel nieu
we bakken, die de vakkundige hand
van de dorpstimmerman en -smid
verraden.
ACROBATEN
De paardjes manoeuvreren tussen
de wagens en goederen door, maar
handiger zijn de acrobaten op de
transport- en bakfietsen, die altijd
nog wel een gaatje vinden om er
doorte glippen, al liggen erook, her
en der verspreid, ongelooflijk veel
stapels hoefijzers in de weg. Hier en
daar neemt alvast op de achterklep
van de wagens een passagier, te oud
om te fietsen, plaats met een gezicht
van: „wie doet me wat, ik ga in
ieder geval mee, ik kom vandaag
vast wel in mijn dorp".
Een voor een vertrekken de vracht
rijders, de paardjes. De auto's rij
den heel langzaam - waarom zou
den ze ook haast hebben - op de
Westerplantage kunnen ze toch niet
voort, de paardentractie beperkt
hier hun snelheids-capaciteit tot één
paardekracht.
Tijdens de uittocht der vrachtrijders
ziet men pas goed hoeveel paarden
al de motoren hebben vervangen, 't
Is heel wat en men kan, als stads
mensen, nu eens kalm bewonderen
wat er alzo in de wagens zit tot de
kist met hoereneenden en de mand
met ganzen toe. Op de Harlinger-
straatweg sukkelt een paard voor
twee aan elkaar gekoppelde wagens
uit. Een loopjongen roept tegen de
voerman: ,,'t Kan zo wel, maar 't
eaat langzaam."
Donderdagavond heeft een lade
lichter een bezoek gebracht aan den
winkel van den bakker U. Dijkstra,
op den hoek van de van Asbeck-
straat en Achter de Hoven. Hoe het
geval zich precies heeft toegedra
gen, valt moeilijk te zeggen, daar
niemand de bezoeker(s) heeft zien
komen of gaan.
Tijdens de schemering, tegen 5 uur,
had men in den winkel het licht ont
stoken, doch later, omdat het nog
niet zoo duister was, weer uitge
daan. Van deze gunstige gelegen
heid heeft de handige gauwdief ge
bruik gemaakt om den winkel bin
nen te sluipen en uit de toonbankla
de het geldkistje mee te nemen,
waarin zich een vrij aanzienlijk be
drag aan kleingeld bevond. Het was
de opbrengst van den winkelver
koop van de geheele week, alleen
het grootgeld was elders opgebor
gen. Een bedrag van naar schatting
30,- wordt vermist.
Of de dief of dieven door de achter-
dan wel door de voordeur zijn bin
nengekomen, is niet bekend. Men
kan n.l. den winkel ook bereiken
door een zij-ingang in de van As-
beckstraat.
De politie stelt een onderzoek in
(1928)