DICKVAI
NDEI
H
EIJDE J
IR/RE
KLAI
M
E
CHR. NAT. SCHOOL AAN ZUIDERSTRAAT
DAMESHOEDENZAAK VAN
TREU WAS NIET OP DE PUT
TOEN WE NOG OP DE SCHOOLBANKEN ZATEN
jozef israëlsstraatH
0 leeuwarden 0£
>8-12'
1984
GEVAARLIJKE
LOONDERVING
KELLNERINNEN
GEVRAAGD
adviesbureau voor refclame en publiciteit
Onze abonnee, de heer W. Kammenga te Den Bosch stuurde ons
deze foto uit 1933 van leerlingen van de Chr. Nationale School aan
de Zuiderstraat in Huizum, toen die met een schoolreisje in Bergen
in Noord-Holland waren. We beginnen vooraan: Ettie Hannema,
Bouwina van der Zee, Willie van der Mei, Klaasje Romkema,
Hennie Jansma, Teunie van der Laar en Annie de Jong. Zittend eerst
een jongen Kliuwstra, Sjoerd de Boer, een onbekende, Kier
Klompmaker, Annie Weima, Hieke Westra, een onbekende, Anne
Reen, Sjoerd Veenstra, Tjippie Kammenga, Annie van Althuis,
Djoeke Marie Kammenga, Dirk Wesseling, Alie van Tuinen, At je
Feitsma, Pietje Hannema en een jongen van Tuinen. Staand:
Hendrika Kammenga, een onbekende, Marie Veldhoen, Sietie
Oostra, Juf Veldman, Bart de Witte, Dirk Pitstra, een jongen
Weima, Hobbe Vijver, een jongen Schuhmacher, Simon Hannema
en Klaas de Jong. Dan de bovenste rij: Jan Ferwerda, Nico Post,
Sjoerd Feitsma, twee onbekenden, meester Stulp, Wim Wiersma,
weer twee onbekenden, meester Eisma, een jongen Feenstra, Piet
Wartena, een jongen Sinnema, Juf van Dijk, een onbekende, nog
een jongen Sinnema, juf Praamsma en meester Mulder.
Bij het oplossen van een vorige
prijsvraag "Leewadders, waar is
dit?" is door een onzer abonnees
de naam van Treu genoemd voor
de hoedenzaak, die er vroeger is
geweest op de hoek van de
Groentemarkt en de Peperstraat.
Wij reageerden toen met de ver
onderstelling, dat de firma Treu
een andere zaak in hoeden was
en wij vroegen ons af of deze
zaak wellicht gevestigd was op
de Put.
Hierop hebben wij weer verschil
lende reacties gekregen, o.a. van
De eigenaar van een wolwasserij
te Verviers, de heer Pirenne, had
een werkman, Tesson geheeten,
twee francs op zijn loon gekort
wegens een grove nalatigheid.
Tesson zei niets, maar wachtte
zijn patroon op, haalde een re
volver te voorschijn en loste vijf
schoten achter elkander. De heer
Pirenne werd in zijn hoofd ge
troffen en ligt op sterven. Tesson
gaf zich zelf aan bij de politie.
(1897)
onze abonnee, de heer Joh. de
Jong te Leeuwarden. Hij schreef
ons het volgende.
"Zoals altijd wordt 't Kleine
Krantsje door mij met grote be
langstelling gelezen. Bijzonder
interessant vind ik onder meer de
reacties van de inzenders bij de
vraag "Leewadders, waar is dit?"
Zo stuitte ik bij het lezen van
deze rubriek op een ontboeze
ming van de heer J. I. Kuhlmann
A.zn., die meende, dat de dames
Treu gevestigd waren op de hoek
van de Peperstraat. De redactie
van 't Kleine Krantsje echter
veronderstelde, dat Treu geves
tigd was op de Put, maar hele
maal zeker was zij niet van haar
zaak, want zij plaatste een vraag
teken achter deze opmerking.
WEL IN PEPERSTRAAT
Welnu, genoemde zaak van Treu
was inderdaad gevestigd in de
Peperstraat, maar dan op het
gedeelte van de straat, dat bij de
verbreding werd afgebroken. Ik
weet dit zo goed, omdat ik er als
jongen meermalen hoeden heb
bezorgd.
Mijn vader was destijds als maga
zijnbediende werkzaam bij de
oude heer Treu, de vader van
mej. Treu, die een hoedenmaga-
zijn en gros had op Over de
Korenmarkt 24. Ik deed daar af
en toe wel eens boodschappen
voor en zo moest ik ook wel eens
wat bezorgen in de Peperstraat."
Van onze abonnee de heer L.
Heins te Leeuwarden kregen wij
de volgende brief:
DE WEERD
"De heer Kuhlmann veronder
stelde, dat het in 't Kleine Krants
je afgebeelde pand destijds de
hoedenzaak was van Treu. Dat
was dus niet zo. Er was wel een
dameshoedenzaak in de Weerd
aan de kant van boekhandel Hi-
larius en die voerde de naam
Treu. De zaak op de hoek van de
Groentemarkt werd gedreven
door de dames Sikkens, twee
ongehuwde zusters van de heer
Adriaan P. J. Sikkens, die een
Agentuur en Commissiehandel
had in textiel en die kantoor hield
aan huis, Tjerk Hiddesstraat 5-d.
In de jaren 1929 - 1931 was ik
daar kantoorbediende. In die tijd
kwam ik af en toe wel eens bij de
dames in de Weerd, niet om er
een hoedje te kopen, maar om er
de rekeningen van leveranciers
te controleren. Later is de zaak
van Treu verplaatst naar de Pe
perstraat aan de kant van
Covers, maar in welk jaar dat is
geweest is mii niet bekend."
De "affaire Treu" deed ook onze
abonnee, de heer Jhr. E. C. Storm
van 's Gravesande te Leeuwar
den in de pen klimmen.
"Wij lezen 't Kleine Krantsje
steeds met aandacht en veel ge
noegen. Wij wonen hier al meer
dan tweeenvijftig jaren. De da
meshoedenzaak op de hoek van
de Peperstraat en de Groente
markt was een bekend en goed
adres. Een goede bekende van
mij is de oud-officier der Konink
lijke Landmacht de heer H. A.
Treu te Oisterwijk. Hij heeft mij
wel eens verteld, dat hij als kind
ging logeren bij zijn tante Treu in
Leeuwarden. Daarom zal ik hem
het laatste nummer van 't Kleine
Krantsje toezenden. Hij kan be
vestigen (of ontkennen), dat het
bewuste pand dat van zijn tante
was. U hoort nader van mij!"
Wel, dat laatste zal dus nu niet
meer nodig zijn, omdat het intus
sen wel duidelijk werd, dat de
dames Sikkens met hun hoedjes
gevestigd waren op de hoek van
de Peperstraat en dat mejuf
frouw Treu haar hoeden ver
kocht aan de andere kant van de
Peperstraat, na haar zaak eerst in
de Weerd te hebben gehad.
Maar zouden de dametjes
Sikkens en Treu ooit hebben
kunnen denken, dat er zo lang na
hun verscheiden nog zo druk
over hun affaires zou worden
gepraat?
Zeker individu te Amsterdam,
volgens opgaaf houder van een
net café aan de Keizersgracht no.
660, plaatste dezer dagen in een
Nijmeegsch blad een annonce tot
het bekomen van kellnerinnen
en deed ook langs anderen iveg
pogingen tot aanwerving van
vrouwelijk dienstpersoneel on
der voorspiegeling van een we-
kelijksche verdienste van fl. 15,-
a fl. 20,—. Een fatsoenlijk Nij
meegsch meisje, op dat aanbod
ingaande, trad in corresponden
tie met den mijnheer, een zekere
Van C. Dientengevolge werd
door dezen bepaald, dat zij op
Dinsdag j.l. te Amsterdam zou
komen. Óp het vastgestelde uur
aldaar arriverend, werd zij aan
het Centraalstation afgehaald
door een bediende van "mijn
heer" en "mevrouw" Van C. Het
argelooze meisje, onbekend in
Amsterdam, kwam echter al
spoedig tot de ervaring, dat zij
niet in een deftig café aan de
Keizersgracht, maar in een zoge
naamde sociëteit in de Nes was
aangeland. Na een bangen nacht
in dat zedenbedervend hol te
hebben moeten doorbrengen,
wist zij Woensdag daaruit te
ontkomen en kwam zij behou
den te Nijmegen aan. Dit ter
waarschuwing voor anderen.
(1897)