de fien>
mm
Friesland Bank
U w eigen bank
Mijn domein, hier ben ik geboren
en heb er gewoond.
De Winkelstraat op de hoek van
de bergloods. In de Winkelstraat
woonden meest gegoede men
sen, zoals Wierda, Eygelaar,
Prins, die werkzaam was bij het
gevangeniswezen, de slagers
Zijlstra en Plantinga, Grondsma.
de politieman, Numan, drukker,
Kramer (R.P.) en Van Beedens,
timmerman.
Als er weer eens kwajongensstre
ken waren uitgehaald kwam
meestal Grondsma of Visser er
aan te pas. Van horen zeggen was
ik meestal de dader, maar vaak
ook niet. Met vriendjes als Rense
Kooistra, Okke van der Baan,
Jan Schoonhoven en Broer Vis
ser heb ik vaak streken uitge
haald. De man van wie wij die
streken leerden was Albert Hum
mel, fietsmaker op het laatste
stukje, waar later Dekenga zat.
Voor een stuiver maakten Rinse
en ik dikwijls fietsen schoon en
dan hoorden we vaak jongens
streken, die we daarna in practijk
brachten.
J. vanderWoude
£4
Zaandam
WI
AMELANDSSTRAAT
Onlangs heeft er een foto van de
oude Amelandsstraat in 't Kleine
Krantsje gestaan. Ik heb daar
vroeger vaak gespeeld met een
Roelie, van wie ik de achternaam
met meer weet. Zij woonde in
deze straat bij haar grootmoeder.
Verder had ik er een vriendje
wonen, Jappie van Slooten.
Vooraan in de Amelandsstraat,
vanaf de Nieuwekade bekeken,
had je een snoepwinkeltje en
daar kon je al voor een halve cent
lekkere dingen kopen; dat zat
allemaal in kartonnen doosjes
met papieren kant langs de rand.
Aan de andere kant van het
water, aan de Oostersingel, had
je precies zo'n winkeltje op de
hoek van de Weerklank. Dat was
het winkeltje van Hiltje van Del
len. Ik stond daar altijd een hele
tijd in de winkel, want er was
zoveel lekker snoep en dan wist
je maar niet, wat je moest nemen.
Amersfoort
Mevr. Damhaar-Hollander
SCHOOLMEESTERS
Onlangs zijn in 't Kleine Krantsje
de vroegere meesters van de
Arendstuinschool even ter spra
ke gebracht. Zelf was ik leerling
van deze School 7 van 1919 tot
1925 en toen was eerst hoofdon
derwijzer de heer De Vries en
daarna de heer Dijkema.
De eerste drie jaar was mijn
onderwijzeres mevrouw Okkin-
ga. Meester Okkinga was toen
ook aan de school.
Na mijn schooltijd heb ik nog
vaak contact met meester Okkin
ga gehad. Als bestuurslid van de
voetbalvereniging Nicator, die
het terrein Sonnenborgh huurde,
kwam hij vaak met het bestuur
van de Leeuwarder Kaats Club in
aanraking. In dat bestuur zaten
o.a. de heren Sibolt Tichelaar,
Okkinga, Lammert de Vries van
de Gazelle, Boersma en Kingma
van de bank.
Dan werd er vanzelf Fries ge
sproken door het LI<C-bestuur
en onze voorzitter. Taco Baron
probeerde het dan ook wel en
dan zat ik inwendig vaak te
lachen, want hij kon het niet.
Zelf heb ik nooit Fries gesproken,
alleen met een geintje, maar in
die tijd kon ik beter Fries lezen,
dan de Fries sprekenden op mijn
fabriek.
Leeuwardlen Jac. Bakker
DE LEERSCHOOL
Heel veel oud-leerlingen van de
Leerschool op de hoek van de
Wijbrand de Geeststraat en de
Margaretha de Heerstraat zullen
wel blij zijn met het zien van
deze foto, die dank zij een leer
ling toch nog te voorschijn
kwam.
Onze school is in 1907 geopend
en meester Veerman werd be
noemd tot hoofd. Hij bleef het tot
zijn dood op Sinterklaasdag in
1931. Meester Van Klinken werd
zijn opvolger.
De school neen niet lang bestaan.
De kweekschool werd opgehe-
Men kent er de Friese
verhoudingen en is bereid
plaatselijke en provinciale
belangen te dienen.
ven en wij waren de leerschool
van de kweekschool. Zodoende.
In de mobilisatietijd werd de
school gevorderd door het Ne
derlandse leger. In 1940, na het
uitbreken van de oorlog, kwa
men er Duitse soldaten in. Na de
oorlog heeft het nog jaren ge
duurd voor de school werd afge
broken-ik meen, dat dat in 1980
is gebeurd.
Toch hebben leerlingen elkaar
gevonden, dank zij 't Kleine
Krantsje. Het was in 1977, dat ik
een foto opzond van een school
reisje van de vijfde en zesde
klassen uit 1933. Daar kwamen
zoveel reacties op, dat we in
1978 een reünie konden houden
in het Knooppunt in Leeuwar
den.
En nu, in 1983, was er met vier
klassen opnieuw een feestelijke
reünie. Onvergetelijk: vijftig jaar
geleden het schoolreisje en vijf
en zeventig jaar geleden de
school geopend.
Een boekje, samengesteld door
Roelof Bos met tal van herinne
ringen over en om de school in
die dagen, geschreven door een
zestal leerlingen uit 1933 en een
brief van meester Hoorntje, die
hier twee jaar geleden met dertig
leerlingen een gezellige dag heeft
gehad en die erg dankbaar was
dit te mogen meemaken.
Vooral nu we ouder worden ko
men de herinneringen aan de
schoolbanken weer naar boven.
Fijn, dat we elkaar na zoveel
jaren weer hebben gezien en dat
we zulke fijne herinneringen mo
gen hebben is mede te danken
aan 't Kleine Krantsje!
Leeuwarden A. L. deB.
ONTWIKKELING
In een van de vorige nummers
had mevrouw Tiemersma het
over de toneelvereniging "Ont
wikkeling". Van een van de op
voeringen heb ik nog een foto;
mijn vader H. van Esveld speelde
namelijk ook vaak mee./o.a. was
hij de reder in "Op noop van
zegen", waarvan hier de foto.
Vader zit achter zijn bureau. De
anderen zijn mij niet bekend.
Staat mevrouw Tiemersma er
soms ook op? Ik kan mij nog goed
herinneren dat ik wel eens mee
mocht naar de repetities en dan
soms tranen met tuiten zat te
huilen omdat het zo echt leek.
Dat was overigens niet het enige
waar mijn vader mee op de plan
ken stond. Hij verstond de kunst
van het voordragen ook goed en
bij allerlei gelegenheden waar
voor hij gevraagd werd vertolkte
hij o.a. ook werk van Koos
Speenhof. Ik vond dat hij "Het
fiere schooiershart" zo mooi kon
voordragen. Is er soms iemand
van de lezers die de tekst kent?
Utrecht
Mevr. M. J. H. Wagteveld-van
Esveld.
PAARD OP HOL
In nummer 434 schrijft de heer
Chr. Dorenbos te Leeuwarden
over het tot staan brengen van
een op hol geslagen paard, waar
bij hij zegt wel eens te hebben
gehoord, dat een paard de dingen
groter ziet en daardoor ook blijft
staan, wanneer een man zich met
gespreide armen opstelt op de
weg.
Het is niet juist dat paardeh voor
werpen of mensen of wat dan
ook groter zien dan ze in werke
lijkheid zijn. Met de Koninklijke
Nederlandse Jachtvereniging
heb ik vele jachtritten op mijn
bekend paard Beyaert meege
maakt. Des morgens wordt een
spoor getrokken door de bossen
en velden. Des middags wordt
een meute honden op dit spoor
gezet en vervolgens gaan daar
achter de paarden vaak in
vliegende galop. Onderweg moe
ten verschillende hindernissen
worden genomen, zoals hekken,
heggen, wallen, sloten van ver
schillende hoogte en breedte.
Een goed paard weet de hoogte
en de breedte van deze hinder
nissen nauwkeurig te schatten.
Er zijn verschillende stadia van
"op hol" slaan; is een paard
volkomen buiten zinnen dan
houdt niemand het tegen; een
man met opgeheven armen doet
verstandiger een stapje opzij te
gaan. Het zal wel eens voorko
men dat een hollend, wat ge
schrokken paard op deze wijze
tot staan kan worden gebracht.
Blaricuin
mr. P. Iedema
TWIJFELS
Hierbij wil ik even reageren op
het stukje van de heer Chr. Do
renbos in 't Kleine Krantsje num
mer 434, waarin hij schreef over
het slootje bij de boerderij aan
Achter de Hoven; zijn verwon
dering over het nog steeds be
staan van deze restant-sloot deel
ik geheel. Ik heb daar enige jaren
geleden een ingezonden stuk aan
gewaagd in de Leeuwarder Cou
rant, maar daar kwamen geen
reacties op. Ik kom er in 't Kleine
Krantsje nog wel eens op terug.
Met zijn tweede 'twijfel' met
betrekking tot de voornaam van
Landeweer heeft de heer Doren
bosch het mis; het was, zoals mr.
Iedema al schreef, wel degelijk
Eerke en niet Eelke Landeweer.
Ik heb Eerke Landeweer onlangs
nog zelf gesproken.
Hoe dat zo kwam? Wel, in 't
Kleine Krantsje nummer 404
schreef ik een verhaal over de
scheepswerf Landeweer en dat
stuk kwam via via in handen van
de heer Chr. Ollemans in Son
nenborgh in Leeuwarden. De
heer Ollemans was vroeger de
naaste medewerker van de oude
heer D. Landeweer.
De familieleden, ir. Harm Lande
weer, tachtig jaar, mevr. ir. Elske
Landeweer en Eerke Landeweer,
tweeënzeventig jaar, wilden de
heer Ollemans bezoeken en ver
zochten hem ook mij daarbij uit
te nodigen.
Aldus geschiedde en in mei van
het vorige jaar hadden we in
Sonnenborgh een gezellige bij
eenkomst, waarbij allerlei oude
herinneringen werden opge
haald. De heer Harm Landeweer
was hier niet bij.
Als bijzonderheid kan ik nog
vertellen, dat we op de werf van
Landeweer een voorhamer had
den, die Dikke Eerke werd ge
noemd. Een normale voorhamer
weegt twee tot vijf kilo, maar
Dikke Eerke woog maar liefst
rond vijf en dertig kilo. De hamer
was genoemd naar de grootvader
van Eerke Landeweer.
Het zware apparaat werd alleen
gebruikt bij het in elkaar rammen
van nauwpassende keteldelen. In
onze gereedschapskist namen we
Dikke Eerke nooit mee
Leeuwarden G. Brinck
WERKMANSLUST
Een pracht foto onlangs in 't
Kleine Krantsje, die van Werk-
manslust! Zo heb ik het nog
gekend, zo'n zestig jaar geleden.