JONGENSKOOR ST. BONIFATIUSPAROCHIE 2 #1 li v y T V# T l^Y J' - W i i i 11 i - - f $t t*3SS T# 'je oMd UITSLAG FOTOPRIJSVRAAG *y 'V l: V»>£' r>, 'x-V.Vri 2;'". >-* Dit is een foto uit plusminus 1920 van het jongenskoor van de Sint Bonifatius Parochie te Leeuwarden. Niet alle namen zijn bekend, maar we kunnen er toch heel wat noemen. We beginnen met een onbekende op de bovenste rij links en dan krijgen we: G. Postma, A. Weda, F. Roosenstein, Joh. Homan, Motzheim, een onbekende, Tiemans, S. Zijlstra, H. Hulscher en Meyer van Putten en twee onbekenden. Op de tweede rij: Prins, G. Ensing, S. Trossel, B. Posthumus, een onbekende, Joh. van Hulsen, nog een onbekende, B. Bekema, F. Swart, S. de Vries, L. Bleeker, N. Steenstra en twee onbekenden. Dan op de derde rij, comfortabel op de stoelen, links van het bord: Th. Andringa, een onbekende, G. Jacobs en Pé Funcke en rechts van het bord Thomas Fransen, C. Mulder, C. de Wijs, Jan de Boer en een onbekende. Tenslotte vooraan, zittend op de grond: Boersma, Mulder, Jacobs, H. Negenman, twee onbekenden, G. Gardenier, F. Jordan, nog een onbekende, G. Heysters en S. Fransen. 1 SKOAL 14 Ik hew hier twee mooie foto's leggen van Skoal 14B, mar ik bin niet soa goed in namen, wi'k love. Een paar weet ik wel, mar miskien binne er lezers, die nog meer namen noeme kanne van kienders, die in dizze klassen seten hewwe. De ene foto is inne klas maakt. Er staan o.a. op: Juffrouw Plezier, Maaike de Vries?, Hilda Jonker, Izak Door enbosch, Wim Pet, Katrienus, Marten Brouwer, Annie van der Wees, Niesje, Rinse de Boer, Hennie Tammes, Frans Tammin- ga, Hennie Born, Folkert Duiker, Sierk Cornelisse, Berend en Hin- ke. De tweede foto is op et skoal- plein maakt met o.a.: Juffrouw Plezier, Frans Tammin- ga, Rinse de Boer, Izak Dooren bosch, Berend, Katrienus, Niesje, Annie van der Wees, Maaike de Vries (met prachtig lang haar, waar ik niet an trekke mocht), Hinke en Wim Pet. Miskien komme we d'r uut met mekaar en kanne die foto's nog es in 't Kleine Krantsje plaatst wudde. Ter Apel KAASHANDEL Jelle Vening Graag wil ik even reageren op de verhalen over de Leeuwarder Kaaspakhuizen, die in 't Kleine Krantsje hebben gestaan. Ik heb ze met interesse gelezen, omdat ik zelf tien jaar een kantoorbaan heb gehad bij de Kaasgrossierde- rij Fa. A. Bakker en Zn. In augustus 1928 bracht ik mijn sollicitatiebezoek bij de heer A. Bakker, die op de Willemskade woonde. Ik was zeventien en Vader ging mee. Op een maand loon van vijf en twintig gulden werd ik er aangenomen. Het kaaspakhuis met in een hoek een afgesloten kantoortje was in de le Klanderijdwarsstraat num mer 7 - er naast was de groothan del Gielstra en A. K. de Groot gevestigd. Nadat de Frico van het Wagenplein naar de Snekertrek- weg was verplaatst, vestigde A. K. de Groot zich daar. Mijn werkuren waren van kwart over acht tot kwart over twaalf en van half twee tot zes. Vrijdags werd het altijd later en de zater dagen eindigden zelden om één uur. De boekhouding werd gedaan door de zoon Harmen, die ook de provincies bezocht, eerst per trein, later met de auto. Het kantoorwerk kwam geheel voor mijn rekening, maar later kwam er een jonger meisje bij. Onze kleren en ook het haar roken altijd naar de door de Stremselfa- briek geleverde parafine. Alle facetten van een handelskantoor heb ik daar onder handen gehad. Voor Friesland werd een reiziger aangesteld, de heer Y. Minks, op wiens advies de zaak werd uitge breid, omdat hij ook slagerijen wou gaan bezoeken. Zo kreeg de firma de alleenverkoop van vleeswaren in blik en van vlees snijmachines en ook van de toen bekende ongepasteuriseerde kaas onder het merk 'Nestor'. Later verliet de heer Minks de zaak om voor zich zelf een zeer geslaagde onderneming op te bouwen. In 't pakhuispersoneel was veel verloop - zij moesten de kaas schrabben, oliën, parafineren en op stellingen zetten en de plan ken en vloeren schoon houden en elke dag de orders uitvoeren en met karren naar de vrachtrijders brengen. Jonge merkkaas, die verkocht werd voor levering in 't volgend jaar, werd apart gezet. Ik weet nog, dat de Hommema's in Fra- neker en Harlingen toen goede klanten waren. Mijn loon werd later verhoogd tot dertig, respectievelijk veertig gulden per maand, maar hoger is het nooit geweest, ondanks de verantwoordelijkheid, die ik had. Maar 't plichtsgevoel ging altijd door. Leeuwarden Mevr. A. Kracht- Noorddraven KOE DOODGESCHOTEN In kranten snuffelend naar oud- stadsnieuws kwam ik een artikel tje tegen over een koe, die in 1925 werd doodgeschoten op de speelplaats van de school aan de Menno van Coehoornstraat. "Onze commissaris van politie werd te hulp geroepen, die dat beest even kwam doodschieten" staat er in dat verslag. Nu, zo eenvoudig ging dat alle maal niet! Ik heb hetzelf meege maakt en we konden toen de school niet binnengaan. Die koe dartelde wild rond. Een van de meesters kon nog net bijtijds in school komen, anders was hij op de horens genomen. Bovenmeester De Vries, die naast de school woonde, had zijn hekje speciaal afgesloten met een kachelpook. Ik zie nog twee mannen komen aanwandelen. Een had een jagershoedje op en een foudraal in de hand. Uit dat foudraal kwam een geweer te voorschijn. Heel wat jongens waren in de bomen rond het schoolplein ge klommen en telkens, wanneer er mis geschoten werd - tot drie- of viermaal toe! - klonk het vanuit de bomen: "Mis-hij schiet mis!" Eindelijk was het toch raak en daar donderde de koe onder groot gejuich midden op het schoolplein op de grond. Maar het ging allemaal echt niet zo vlot, als er geschreven werd in het artikel, dat zo eindigde: "Aan het verzoek der politie aan het talrijke publiek om zich op een behoorlijken afstand te houden werd maar matigjes voldaan. Blijkbaar werd 't gevaar, aan het afmaken van het dier verbonden, niet ingezien". Beverwijk GIST J. Speerstra Onlangs kwam in 't Kleine Krantsje de gisthandel van mijn vader ter sprake - "Ook ging Louwhoff van de hoek van de Voorstreek en de Nieuweburen bij de bakkers langs met gist in een gesloten wagentje" - en daar zou ik nog wel wat van willen zeggen. Mijn overgrootvader is met gist uit Schiedam naar Leeuwarden gekomen. Later is dat overgeno men door de Nederlandse Gist en Spiritusfabriek in Delft en werd het een agentuur voor Leeuwarden en een deel van de provincie. Mijn grootvader kreeg dat agen tuur over en na zijn dood werd het behartigd door mijn groot moeder en mijn vader. Er is ook altijd een hulp geweest, die ie dere morgen met de kar en later met een bakfiets de gist bezorg de. Na het overlijden van mijn groot moeder ging het agentuur over op mijn vader, zodat het drie geslachten in de familie is ge weest. Toen ik aan de beurt was ging het niet door, want ik was een vrouw en de grote bazen vonden, dat dat niet kon, hoewel ik al jarenlang de gehele admini stratie had verzorgd. Ik weet nog heel goed, dat er eens op een nacht op de ramen werd getikt door een bakker, die gist te weinig had. De hele familie werd wakker en vader moest uit bed om gist te geven. In de oorlogsjaren was het moei lijk met het vervoer uit Delft. Kort na de bevrijding ontvingen- we gist, dat via Antwerpen was gekomen, maar hier totaal be dorven aankwam. Ook hebben we in de oorlog nog een voorraad gehad in de koel cellen van poelier De Jong - die waren toen toch leeg. Woerden Mevr. J. Louwhoff STANFRIESBOTEN Wat er onlangs in 't Kleine Krantsje stond over een in de oorlog naar Engeland uitgewe ken Stanfriesboot klopte wel, dat was de Stanfries I, maar het was niet dezelfde boot, die met man en muis is vergaan, dat was de Stanfries IV. Ik weet dat, omdat mijn vader zowat z'n hele leven tot zijn vijf en zestigste bij de Stanfries heeft gewerkt. In de nacht, dat de Stanfries IV verging, is mijn va der met de Stanfries IX vertrok ken uit Amsterdam. Het was ook niet de Stanfries I, die, zoals iemand schreef, vrij dags met vee voer naar Purme- rend, maar de Stanfries IX, waar mijn vader op voer met kapitein U. Schouwstra en die woonde met zijn moeder op de Verkorte- weg. Die Stanfries IX had zijn ligplaats achter de oude veemarkt. Wan neer al het vee aan boord was, vertrokken ze om twee uur. Mijn vader was de enige aan boord, die kon melken en wanneer de boot Harlingen was gepasseerd voor de overtocht naar Purme- rend ging mijn vader de koeien melken. Van die melk maakten ze roomboter, die ik meestal moest ophalen, tegelijk met een emmer volle melk. Misschien zijn er nog oude ken nissen, die nog eens contact met mij willen opnemen? Ik woon Van der Veldelaan 668 en mijn telefoonnummer is 072 - 154816. Alkmaar E. Vellema De - zeer verrassende! uitslag van onze fotoprijsvraag uit num mer 437 met het daarin afge beelde oude hofje volgt in 't Klei ne Krantsje nummer 440, dat on ze abonnees op 10 september ontvangen.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1983 | | pagina 7