Scmvoó- de U'/xial
Op het eerste plaatje van deze vijfde
aflevering van onze fotoserie 'Langs de
Straat' een onbekend vrouwtje, dat, naar
we mogen aannemen, haar werk op de
veemarkt heef t gehad. Zij kan een melkster
zijn geweest, maar waarschijnlijk lijkt het,
dat zij een klompenschoonmaakster was
die nuttige arbeidsters werden in vroeger
tijd vaker op de foto gezet.
Op vrijwel dezelfde plaats lijkt de derde
foto te zijn gemaakt; op beide foto's zien
we een gebouw op de achtergrond met
kruisbalken tegen de muur. Dat zal, dach
ten we, hetzelfde bouwsel moeten zijn en
het heeft wellicht op of bij de oude vee
markt aan de Langemarktstraat gestaan.
Ook deze beide gentlemen hebben natuur
lijk een taak op de markt gehad; misschien
zijn het drijvers geweest. Het prikje van de
heer links lijkt het meest op een stok om
mee te slaan. De rechter heer lijkt wel wat
op de befaamde Jan Duum, zoals wij die
van andere foto's kennen, maar het is de
vraag of de twijfel daarover ooit wordt
weggeruimd.
Alleen van de nijvere handelsynan op de
middelste foto weten we de naam met
zekerheid. Hij heette Le Grand en hij stond
met zijn galanteriën op de markt, toen die
nog op de Kelders gehouden werd en die
tijd, we weten het, ligt alweer even achter
ons.
Wie die klant met dat mooie petje is
geweest weten we vanzelfsprekend in de
verste verste niet - hij lijkt het meest op een
boerke van buten.
Na onze wandeling van de
vorige keer zijn we nu
genaderd tot een
straatje met de
naam Schooldijk^
je. De
hierbij
afge
beelde
i geeft
precies de
sfeer aan uit
mijn jeugdjaren.
Naar ik meen
woonde in het tweede
huis aan de linkerzij dej
familie Van Dijk;
dochter Trijntje
kwam later mijn moeder op za
terdag helpen.
Ernaast, meer naar achteren ge
bouwd, stond de woning van de
Groothelm's. Vader en zoon wa
ren bomen van kerels. Zij waren
de bereisde Roeien van het dorp,
sinds ze enkele jaren in Amerika
hadden gewerkt en waren terug
gekeerd met hun ongelooflijke
verhalen over het land met de
"onbegrensde mogelijkheden".
Een eind verder woonde de fami
lie Volbeda. Dat was voor ons het
huis, waar je sigaretten van het
merk "Zilver" kon kopen voor
een cent per stuk.
Ernaast woonde het gezin Ar-
nouts. Zoon Gerrit zat bij mij in
de klas. Zoon Geert was hulpbe
hoevend en werd bij veel dingen
ontzien en geholpen.
Aan het eind van het Schooldijk-
je woonde de tuinder Huizinga.
Zijn groente
en fruittuinen
lagen
aan de Wirdumervaart, gedeelte
lijk tegenover het kerkhof en ons
huis.
Aan de rechterkant van het
Schooldijkje bevond zich halver
wege een kort, opgaand straatje,
dat zich naar links en naar rechts
voortzette. Aan beide kanten
stonden een drietal eénkamer-
woninkjes.
In twee van die huisjes kwam ik
wel eens met mijn moeder, na
melijk bij Omke Reit en Tante
Janke én bij Tante Pietsje, familie
van moeder, als ik het wel heb.
Tante Pietsje was een klein, le
vendig vrouwtje, dat, zodra
er kwamen, klaar
stond met
thee
en koek. Mijn moeder bezocht
haar meestal 's middags onder
meikerstijd.
Een enkele keer mocht ik blijven,
wanneer mijn moeder naar huis
moest om het avondbrood klaar
te maken. In het donkere jaarge
tijde werd dan de petroleumlamp
aangestoken en deed Tante Piets
je met mij een spelletje. Wat ik
mij hiervan herinner is, dat wij
beiden een driehoek van bruine
bonen voor ons hadden en dat er
een dobbelsteen bij moest wor^.
den opgegooid.
Maar hoe
het
precies zat, ik weet het werkelijk
niet meer.
Maar tot de dag van vandaag toe
is mij de wonderlijke stilte in dat
kamertje bijgebleven onder het
licht van de lamp en - ook - de
reis terug naar huis over de brug
en langs de gezellig verlichte
winkels van het dorp.
Drachten A-