"GA DAN TOCH MOSSELS ETEN" RIEP BURGEMEESTER PATIJN HUIZUMER HERINNERINGEN TOEN ER GEEN VLEES MEER WAS Als men bepaalde gebeurtenis sen uit de geschiedenis vergelijkt met soortgelijke voorvallen on der de gewijzigde omstandighe den in de huidige tijd, büjkt dikwijls dat er - zoals men het vaak uitdrukt - geen nieuws onder de zon is. De afstand in tijd wekt de indruk dat dit wél het geval is, omdat de voorvallen tijdens de levenswandel voor heen geen rol van betekenis heb ben gepspeeld en in de vergetel heid zijn geraakt. Zo hoort men nog wel eens de anekdote over Marie Antoinette, die tijdens een opstand tegen het Huis van de Lodewijks, dat zich in weelde baadde, terwijl het gepeupel honger leed, de opmer king zou hebben gemaakt: "Waarom eten die mensen geen cake als er geen brood is!" Mis schien heeft ze die woorden nooit gebruikt, maar mogelijk lijkt het wel. Er wordt meer mee gezegd dan de letterlijke tekst bij alleen vluchtig lezen als indruk achterlaat. SOORTGELIJK Wat wij wel als juist kunnen beoordelen is een soortgelijke gebeurtenis in het laatst van de eerste wereldoorlog van 1914 tot 1918, omdat wij die bewust heb ben meegemaakt en er getuige van waren. Hoewel ons land toen niet in oorlog was, begon de voedselvoorziening voor de ge wone man op de duur nijpend te worden. Een groep huismoeders verza melde zich op een ochtend in Leeuwarden voor de riante wo ning van burgemeester Patijn aan de Tweebaksmarkt. Zij wensten een onderhoud met hem over de voedseltoestand. Er werd een deputatie uit de vrouwen toege laten, die haar klachten over de voedselvoorziening aan de bur gemeester kon uiteenzetten en verbetering in de toestand be pleitte. Ondergetekende weet zich nog goed te herinneren, dat ondanks het toenmaals sterk overheersend agrarisch karakter van de provincie Friesland met een reputatie op het gebied van de aardappelteelt, het 'gewone' volk in de steden elke dag bij de warme maaltijd tegen glazige veenaardappelen zat aan te kij ken, verrijkt met een of ander mengseltje dat jus moest vervan gen. OPMERKELIJK RESULTAAT Het onderhoud had een opmer kelijk resultaat. De burgemeester sprak er zijn verwondering over uit, waarom men geen mosselen at als er geen vlees verkrijgbaar was. Nu was een schotel mosse len bepaald geen volksvoedsel, nog minder dan thans. De prijs zal in verband met de schaarste en meer passend bij een copieus diner wel hoog zijn geweest. De geschiedenis herhaalde zich weer eens. Marie Antoinette was bur gervader geworden en de cake letterlijk geïncarneerd in de mos sel. Een illusie armer en een ervaring rijker togen de dwaze moeders huiswaarts. De volgen de dag of een paar dagen later had het verloop van het onder houd een onbekend genie geïn spireerd tot een persiflage op een ode aan één van onze bekende zeehelden alias piraten: Piet Hein! Het luidde: Jan Patijn, Jan Patijn, Jan Patijn zij naam is klein. Zijn daden werden groot, zijn daden werdén groot. Hij eet mossels in plaats van brood. Hij-ij eet mossels in plaats van bróóód, hij-ij eet mossels in plaats van brood! Ook nu weer komt de vergelij king op gewijzigde vorm naar boven. Weer klinkt de slogan, dat men oudere mensen beter zo lang mogelijk in hun eigen ver trouwde omgeving kan laten. Dat was het advies in de tijd, toen er nog geen bejaardenhuizen ge bouwd werden met huisvesting en gezondheidsvoorzieningen zoals tot voor kort. Men motiveerde het ontbreken daarvan vroeger met de woor den: men moet geen oude plan ten verpotten. Toen de bouw van bejaarden-, verzorgings- en ver pleegtehuizen ter hand werd ge nomen, bleek er grote behoefte aan te bestaan. Thans doet de kreet van voor heen weer opgeld. De oudjes kunnen beter zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving blij ven, zegt men. Het besluit om tenslotte naar een bejaardente huis te gaan en zeker een ver pleeghuis is veelal genomen om dat de urgentie min of meer en zeker in het laatste geval aanwe zig was. Deze omstandigheden zullen in de naaste toekomst steeds sterker gaan spreken, om dat de nieuwbouw van dergelijke tehuizen inmiddels is gestaakt. INGEPEKRT De gezondheidszorg wordt inge perkt. De regering heeft gezegd in te zien, dat deze zorg in de particuliere sector dient te wor den uitgebreid. Even later wordt de hieraan verbonden verwach ting de bodem ingeslagen met "er is geen geld." Dus gaan we als we toch aan het ombuigen zijn de standpunten van voorheen ook maar ombuigen, die zo nodig verbetering behoefde. De zie kenhuizen zijn grotendeels on nodige instituten geworden. Pa tiënten kunnen beter in hotels hun herstel ondergaan, zegt men. Het is in ieder geval goedkoper, zegt men. Het ziekenhuis is meer een instelling voor de weten schap dan voor de patiënt, zeg gen sommigen. Weg met al die rompslomp. Het is trouwens voor de oudjes ook beter! Er zijn zo langzamerhand heel wat tehuizen met een beperkte service en waar ouderen het al thans aanvankelijk soms nog met enige hulp op welke wijze dan ook zelfstandig kunnen beredde ren. Maar als er geen uitwijkmo gelijkheid meer is als de persoon lijke omstandigheden zich on gunstig wijzigen en dat kan heel snel het geval zijn op vooral latere leeftijd, dan zullen binnen niet lange tijd - als er binnen de secundaire voorzieningen geen aanpassing plaatsvindt voor de oude(xe) generatie grote moei lijkheden ontstaan. "Maat zo ver komt het niet", zegt de optimist. "Ik zie het somber in", zegt de pessimist. De tijd zal het leren en voor velen al heel gauw. Amersfoort H. Rijpstra Enige tijd terug hebben we een verhaaltje in onze krant gehad over een rage in vroeger jaren, het verzamelen van sluitzegels van bedrijven. Heel veel bedrijven, ook in Leeuwarden, hadden weleer hun eigen, vaak heel fraai uitgevoerde sluitzegels met hun naam en adres en soms een aanduiding van de waren, die zij verkochten. Ook is het in Opa's tijd een goede gewoonte geweest, dat winkelbedrijven de aandacht vroegen door middel van een klein soort prentbriefkaart met aan de ene kant een aardige tekening en op de andere kant mededelingen betreffende de zaak. Een onzer abonnees, de heer J. B. Mulder te Leeuwarden, is in l^et bezit van een hele reeks van die bijzondere kaartjes, die ons nog iets vertellen van de Leeuwarder middenstand in een lang vervlogen tijd. Zo kon hij ons kaarten laten zien van bijvoorbeeld de firma H. Dieters, Handel in koffie, thee en koloniale- en grutterswaren van de Voorstreek, van C. Stek en Zn. van de fa. G. B. Wolda, handel in natuur- en margarineboter op de hoek van de Sacramentstraat 'naast de Roode Koe', van H. van Wijk in 'Fijne vleeschwaren' aan de Voorstreek en van P. Swildens, eveneens van de Voorstreek. De beide zijden van een kaartje van de confiseur J. A. Bange van Over de Kelders drukken wij hierbij af. Daarbij vragen we ons af of er nog meer van dergelijke kaartjes in het bezit zijn van onze abonnees. Vervolg van pag. 5 ons weer veilig en hepen we rustig verder in 't donker. Tot het ogenblik dat ik me in mijn nek gepakt voelde en een stem hoor de, die zei: "Zo jongetje, kom jij maar eens even mee", 't Was de heer Van der Meulen, die me opbracht en in de gang van zijn huis een verhoor afnam. Ik moest vertellen wie ik was, waar ik woonde, op welke school ik ging. We zouden er nog wel van horen. Toen mocht ik gaan. De schrik zat me best in de benen. Dat begreep de heer Van der Meulen blijkbaar ook, want we hebben er later nooit iets van gehoord. En deurtje bellen bij Van der Meulen is nooit meer gebeurd! Verderop aan dezelfde kant de wagenmakerij van de gebroeders; Radersma, in mijn herinnering twee kleine mannetjes die hoge zwarte petjes droegen. Er schuin tegenover de comestibleszaak van Auke Bontekoe, later Wie- linga? Tot slot nog enkele namen: Fiets- en Motorwinkel van Mebius, de vetsmelterij van Jelle en Rimmert Bontekoe, vishandel Schootstra, banketbakker Hiem- stra, de (rogge) broodbakkerij van Schuurmans, op een goeie- dag plotseling met het bord "Hofleverancier" op de pui. Ver derop slager Tijmstra, met doch ters en zoon Jan, die een promi nent korfballer was bij Friso. Vervolgens o.a. schoenhandel Kamstra, meubelzaak (vroeger inclusief strohandel) De Jong en daarna nog café Braak, met bo venzaal voor uitvoeringen. Later werd het de plaats van taxibedrijf (Ci-tax) van Wiersma. Aan de overkant, nabij de spoor wegovergang, de winkel van "touw"-Meijer, met het opge tuigde houten paard in de etalage en een eindje terug de bekende kapsalon van Wiebe Kindermans en ook nog de rijwielzaak van de familie Argelo (later verhuisd naar het Gooi en tenslotte aan de andere kant van wat later de Raadhuisstraat heette, stond op de hoek de monumentale woning van veearts Van der Meulen. Drachten /L

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1984 | | pagina 7