ONGELOOFLIJK VERHAAL VAN STADGENOOT
"IK GAF GÖRING KOLOSSALE
KLAP OP ZIJN KOP"
HERMANN GÖRING
MIDDEN IN DE OORLOG OP VLIEGVELD LEEUWARDEN
VOOR LEEUWARDEN EN
E WERELD ER OMHEEN
TWINTIGSTE JAARGANG
17-3-1984 NUMMER 453
De Duitse militair en politicus Hermann Göring was een
succesvol jachtvlieger tijdens de Eerste Wereldoorlog en
commandant van het befaamde escadrille 'Freiherr von Richt-
hofen'. Hij was van 1919 tot 1921 luchtvaartadviseur in
Denemarken, trouwde met een rijke Zweedse gravin en
vestigde zich daarna in München, waar hij Adolf Hitler leerde
kennen. Die vertrouwde hem de organisatie en leiding toe van
de S. A. Zwaar gewond bij de Putch in 1923 wist Göring toch
aan arrestatie te ontkomen. In 1928 kwam hij in de Rijksdag
voor de N. S. D. A. P., waarvan hij in 1932 voorzitter werd. Het
volgende jaar werd hij minister van Luchtvaart en Pruisisch
minister van binnenlandse zaken, in welke functie hij de
oprichter van de Gestapo werd. In 1933 werd Hermann Göring
Pruisisch minister president en daarna een van 's werelds rijkse
industriëlen met de controle over geweldige concerns. In 1938
kreeg hij de rang van generaal-veldmaarschalk, het jaar daarna
werd hij benoemd tot opvolger van Adolf Hitler in geval van
overlijden van de Duitse dictator. Begin 1940 werd Göring
dictator van de oorlogseconomie, maar tijdens de oorlog daalde
zijn aanzien door het falen op verschillende beslissende
momenten van zijn Luftwaffe. Wel verwierf hij zich nog de
speciaal voor hem geschapen titel van Rijksveldmaarschalk. Hij
bleef de Führer trouw tot het eind, maar werd tenslotte toch
door Hitier uit de partij gestoten wegens 'heimelijke onderhan
delingen met de geallieerden en onwettige poging om de macht
in de staat aan zich te trekken'. Pas na de oorlog bleek dat
Hermann Göring zich op immense manier had verrijkt door
diefstal van kunstschatten uit de bezette gebieden. Ook werd
hij verdacht van het aanstichten tot de geruchtmakende brand
in de Rijksdag, waarvoor onze landgenoot Marinus van der
Lubbe, waarschijnlijk onschuldig, door de Duitsers ter dood
werd gebracht.
'T KLEINE
KRANTSJE
Onze zegsman, vroegtijdig ge
pensioneerd in een bedrijfstak,
die wij als zeer serieus moeten
aanmerken, is-nu een en zestig
jaar en hij was dus net twintig,
toen hij op een dag in 1943 de
dikke Duitser de klap op z'n
hoofd verkocht.
„Ik zat", zo vertelde hij ons, „in
een spionagegroep, die zich be
zighield met het in kaart brengen
van het vliegveld Leeuwarden.
Ik maakte tekeningen, die door
anderen werden gefotografeerd
en werden doorgestuurd naar
Engeland. Ik beschikte over valse
identiteitspapieren en had zo
toegang tot het vliegveld, een
van de belangrijkste Duitse bases
in oorlogstijd in dit deel van het
bezette gebied. Op een goede
dag zag ik een groot Junkervlieg
tuig landen, waaruit tot mijn
verbazing behalve andere offi
cieren ook Hermann Göring te
voorschijn kwam. De aanblik
van de vette kerel was voldoende
om me witheet te maken. Ik
fietste meteen naar het groepje
toe en gaf Göring een enorme
klap op z'n smoel - het bloed zat
me op de hand".
De consternatie na deze onver
hoedse aanval moet zo groot zijn
geweest, dat de Duitse militairen
rond de verbouwereerde Rijks
maarschalk blijkbaar vergaten
om onmiddellijk in te grijpen. De
jonge dader kon er in ieder geval
op zijn fiets als een haas vandoor
gaan: „Ik spurtte weg en reed
achter barakken langs naar de
plaats tegenover het huis bij de
hoek van de Vierhuisterweg,
waar nu een bloemenzaak is.
Daar lag een brede plank over de
sloot; ik fietste er overheen en
kwam zo op de Troelstraweg.
Een eind verder schoot ik het erf
op van de rijwielhandelaar Beth
lehem. Daar rukte ik een band
van mijn fiets en begon die zoge
naamd te plakken, terwijl ik mijn
gezicht en mijn handen en ook
m'n kleren wat vet had gemaakt
om het te doen lijken of ik er
weet hoe lang stond. Even later
kwamen de Duitsers al aanstor
men, met auto's, maar ook op
fietsen. Ze vroegen me of ik een
jongeman op de fiets had gezien.
Ik zei: ja, die is in de richting van
de stad gefietst - hij reed als een
dief".
ALLES UITGEWIST
Zo ontkwam onze zegsman aan
arrestatie en aan verdere gevol
gen, waar we niet aan durven
denken. „Alle stukken betreffen
de dit bezoek van Göring aan
Leeuwarden", zo wist hij ons nog
te melden, „zijn vernietigd,
waarmee de Duitsers ook alle
herinneringen aan het incident
hebben uitgewist".
Dit laatste zou er op kunnen
wijzen, dat er nergens in de
bestaande oorlogslitteratuur ge
wag wordt gemaakt van een visi
te van een zo hoge Duitse militair
aan het vliegveld in Leeuwarden.
De auteur Ab. A. Jansen praat er
in zijn trilogie 'Wespennest
Leeuwarden' met geen woord
over, ook bij dr. L. de Jong
vinden we het bezoek niet ver
meld.
Toch is het bekend, dat Hermann
Göring zijn meest succesvolle
vliegers op hun bases heeft opge
zocht. De hierbijgaande foto,
waarschijnlijk van 1943, zou ge
maakt kunnen zijn in Leeuwar
den. De Rijksmaarschalk staat
hier temidden van de nachtjagers
Zur Lippe-Weissenfeld, Helmut
Lent, Hajo Hermann en Manfred
(Vervolg op pag. 6)
Een dezer dagen hoorden wij uit de mond van een van onze abonnees het
ongeloofelijke verhaal, dat hij als jongeman midden in de oorlog de Duitse
Rijksmaarschalk Hermann Göring 'een klap op zijn harsens' heeft gegeven.
Het indicent heeft zich, naar zijn zeggen, afgespeeld op de Vliegbasis Leeuwarden,
waar deze hoge Duitser, 'half militair, half gangster', net uit een vliegtuig stapte. De
Rijksmaarschalk werd daarbij bloedend gewond en het gevolg van deze opzienbaren
de aanslag moet zijn geweest, dat alle stukken betreffende het bezoek aan Leeuwarden
vernietigd werden - uit letterlijk niets blijkt dan ook, dat Hermann Göring ooit in
Friesland is geweest. Even spectaculair als de aanval zelf verliep daarna de vlucht van
de jonge dader: hij was zijn achtervolgers te vlug af en leidde hen bovendien met een
list om de tuin!