SCHATGRAVER WERD LELIJK BIJ NEUS GENOMEN KRUISERS "FRIEZEN STAMMEN VAN DE JODEN AF" POGING JONGEN VAN WAGEN AF TE SLAAN GING FALIKANT FOUT SPORTBOTEN WALING DIJKSTRA: ROEIBOTEN LIFTERS IN VROEGER TIJD BOOTCENTRUM GEERTSMA HUIZUMER HERINNERINGEN Toen de voorbereidende werk zaamheden begonnen voor de bouw van de parkeergarage on der het Wilhelminaplein ont stond er een bouwput, zoals we nog nooit hadden gezien: een immense kuil met een schrikwek kende diepte. De vrijkomende grond werd met vrachtwagens naar het toekom stige industrieterrein Hemrik vervoerd en oefende daar voor veel schatgravers een bijzondere aantrekkingskracht uit. In vroeger tijden liep er immers een verdedigingsgracht over de gehele lengte van het (later ont stane) Wilhelminaplein en het lag voor de hand, dat de grond heel wat dingen bevatte, die eens, al of niet per ongeluk, in die gracht waren beland. OUDE MUNTEN Dag in dag uit kon men in die dagen op het stortterrein zoekers in actie zien, sommigen met scheppen uitgerust, anderen met detectors. En hun moeiten zijn niet vergeefs geweest: er moeten nog ettelijke oude munten ge vonden zijn, talloze interessan ten scherven en volledig intacte schalen en potjes zelfs. Al deze kiene schatgravers heb ben een uitgekookte voorganger gehad, die-nu precies vijftig jaar geleden - zijn geluk beproefde, toen het Sportterrein Cambuur werd aangelegd. De grond hiervoor werd per schip aangevoerd en gelost bij Kleyenburg vandaar ging het met paardewagens naar het in aanleg zijnde terrein. Een van de schippers, die was belast met het transport van de grond veronderstelde, dat deze modder, afkomstig misschien uit onbekende oorden, wel eens schatten kon bevatten en hij vond het te gek, dat ze aanstonds zouden verdwijnen onder de groene grasmat van het nieuwe voetbalterrein. Met een nauwkeurigheid, een betere zaak waardig, zocht hij de aangevoerde modder door en ja hoor, na een paar dagen had hij succes: hij vond een busje, dat eens had gediend om koffie in te bewaren, maar dat later een veel kostbaarder bestemming had ge kregen: - een rijkaard, die blijk baar in banken weinig vertrou wen stelde, had er twee bankbil jetten in verstopt! OPGETOGEN Opgetogen verhaalde de vinder van zijn geluk bij zijn collega's, die hem dikwijls in stilte hadden uitgelachen, maar die zich nu konden verbijten van jaloezie: wie het laatst lacht, lacht het best! Helaas evenwel, daar kwam de desillusie: al gauw zou blijken, dat de vondst geen enkele waar de had, want de bankbiljetten, ieder van duizend Kronen, da teerden uit de Oostenrijkse infla tietijd. Nog zou de vondst voor ons schippertje een aansporing heb ben kunnen zijn om hoopvol met het zoeken door te gaan, wan neer niet was gebleken, dat de rijkaard, die het geld aan het koffiebusje toevertrouwde, on der zijn collega-modderschippers moest worden gezocht Met duizend binnenpretjes had den de makkers van de speur neus van enige afstand zijn ver richtingen gevolgd en ze begre pen precies wat er zou komen, nadat de verraste schipper het waardeloze busje had op geraapt. Hoofddealer Yamaha en Honda Bekro en Poolse sport- en kajuitboten, Rana en Terhi visboten. Avondsterweg 1 (Industrieterrein de Hemrik) 8938 AK Leeuwarden Telefoon 05100-83848 (Vervolg van pag. 2) ten en meelkost, tot de hoofd voeding. Bij een goed verloop van het gesprek eindigde het ermee, dat Plat een maaltje aardappelen achterliet om door ons te worden "gekeurd". Later kwam de koop man dan terug om te horen of hij kon leveren. Dat was dan vrijwel altijd het geval, nadat de proef- aardappelen waren getest op de eerder genoemde kwaliteiten. Drachten /L De Friese schrijver Waling Dijk stra vermeldt in zijn werk "Uit Frieslands Volksleven" dat de Friezen afstammen van de Jo den. Na de verovering van Jeru salem zou keizer Vespasianus een aantal joden hebben ge spaard zij werden echter uit Palestina verdreven en naar de gewesten aan de Noordzee ge stuurd. Deze joden zijn de stam vaders der Friezen geworden. "Evenals de Joden", zegt Waling Dijkstra, "hebben de Friezen een zeker gezag en besef van uitver koren te zijn". Vast staat, dat er in de Middel eeuwen Joden in Friesland woonden. De oudste Friese gege vens zijn van na 1600. CENTRUM VOOR JODEN In 1634 pacht David Provana de bank van lening in Workum. In 1670 stelt Leeuwarden "een plaetse van begraffenis" beschik baar. De Friese hoofdstad ont wikkelde zich tot een centrum voor Joden. De houding van de magistraat was tegemoetko mend. Sinds 1740 het men de Joden, met alle rechten, toe tot de Gilden. Al voor de Franse revolutie, om streeks achttienhonderd, spreekt men over "de Jood, die alle De synagoge aan de Sacrementstraat, zoals onze joodse stadgenoten die voor de oorlog hebben gekend. voorrechten en bescherming als de andere ingezetenen geniet". In de negentiende eeuw stijgt het aantal Joden in Friesland sterk. Het maximum was tweeduizend, van wie er in Leeuwarden rond duizend woonden. Na Leeuwarden waren voor de Joden Harlingen en Gorredijk economisch belangrijk. In een herberg in Lemmer schonk men in de achttiende eeuw 'kosjere' wijn. In 1788 waren er synagogen in Leeuwarden, Harlingen en Noordwolde. In de negentiende eeuw volgden Bolsward, Gorre dijk, Sneek, Heerenveen, Lem mer en Hindeloopen. Bij het uit breken van de Tweede Wereld oorlog waren er nog maar vier over. Gorredijk bezat sinds 1907 de meest karakteristieke dorps synagoge. Ze bleef met haar in houd, wetsrollen incluis, geheel ongerept. De synagoge werd in 1953, totaal vervallen, afgebro ken. In 1805, midden in de Franse tijd, werd in de Sacramentstraat in Leeuwarden een nieuwe synago ge gebouwd. Leeuwarden was toen voor de drie noordelijke provincies de zetel 'du Grand- rabbin en du Consistoire'. Het gros van de Joodse ingezete nen was aangewezen op de klein en de straathandel. De armoede in het vrijwillig gekozen getto rond de Put was vaak benau wend. Van de duizend Joden in Leeuwarden werden er in 1840 niet minder dan driehonderd be deeld. In mei 1940 waren er in Leeu warden nog omstreeks zeven honderd Joden. De ondergrond se organisatie verrichtte in Fries land schitterend werk, maar toen het goed op gang kwam was het lot van de Leeuwarder Joden al bezegeld. Uit de vernietigings kampen en uit schuilplaatsen keerden slechts een honderd twintig mensen terug. Toen de Franse regering in 1811 bepaalde, dat alle Nederlanders binnen de tijd van een jaar een achternaam moesten aannemen, kregen veel Joden een Friese naam. Voorbeelden: Drielsma, Feitsma, Leefsma, Turksma, Woudstra, Vrieslander, Van Vriesland. Amsterdam R. Tuijnstra Al verschillende malen hebben we't in 't Kleine Krantsje gehad over de vroegere gewoonte van jongens om achter op rijdende vracht- en paardewagens te klim men. De bestuurders van vrachtauto's wilden dan nog wel eens hun snelheid verhogen, terwijl de voerlui van de paardewagens vaak de zweep pakten om de lifters er af te slaan. Eenmaal liep de poging om het meerijden van een kwajongen te verhinderen falikant verkeerd af; een knecht, die op een vracht auto meereed, zag geen kans het meerijden van een ongewenste passagier te verhinderen, maar viel, in plaats daarvan, zelf van de wagen af Hij hep daarbij een verwonding aan z'n voorhoofd op en moest door een net passerende agent van politie verbonden worden. De kwajongen koos intussen het hazepad.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1984 | | pagina 5