HERINNERINGEN
AAN M'N JEUGD
LEE W ADDERS.
WAAR IS DIT
DAMES
KRANSJE
Dit is de nieuwe opgave voor onze fotoprijsvraag "Leewadders waar
s dit?" Oplossingen, uitsluitend schriftelijk, binnen veertien dagen
naar de redactie van 't Kleine Krantsje, Vredeman de Vriesstraat 1,
3921 BP Leeuwarden. Uitslag over vier weken.
Onder de abonnees, die ons het juiste antwoord geven, verloten wij
een exemplaar van het boekje "Leeuwarden - ach ja, zo was
het. met zestien zeer fraaie foto's van de stad uit een lang ver
vlogen tijd.
Ik ben vier jaar geworden en
loop aan de hand van moeder
langs de bewaarschool aan het
Vliet. Ik hoor de kinderstemme
tjes in de tuin en zeg: „Moeke, ik
wil ook bij die kindertjes spe
len!"
Maar moeder reageert niet en ik
herhaal mijn wens met luide
stem.
Dan zegt ze: ,,'t Is voor ons te
ver weg, kind," wat ik jammer
vind.
Maar op de veertiende april
word ik vijf jaar en op de eerste
mei ga ik naar de Vlietsterschool.
Deze wordt verbouwd en de
Tweede Kanaalsbrug is in repa
ratie.
Een buurmeisje en ik moeten nu
met de pont over het kanaal om
op de school Achter de Hoven te
komen, het tijdelijke onderdak.
Op de speelplaats moeten we
twee aan twee in de rij gaan
staan. Ik begin vreselijk te huilen
en zeg tegen het meisje naast
me: „Waarom hoef jij niet te hui
len?"
„Ik ben al op de bewaarschool
geweest," zegt ze.
Met het buurmeisje ga ik weer
terug naar huis en met haar stap
ik ook in de pont. Netjes blijf ik
op het bankje zitten, maar zij
gaat over de rand hangen met de
handjes in 't water. Opeens ver
liest ze haar evenwicht en valt in
't kanaal.
Gelukkig haalt de pontbaas het
kind er aan haar rokken snel
weer uit.
Moeder en de buurvrouw staan
op de walkant ons op te wach
ten.
De laatste begint door de zenu
wen tegen moeder te keer te
gaan.
„U zei, dat de pont niet gevaar
lijk was voor de kinderen nou,
dat ziet u nu.
Moeder geeft geen antwoord en
elk gaat haar weg naar huis.
S. v. T.
,,Seg Hinke, jouw skoonzoon
Siebren sien ik nooit meer, hoe
is't met die ouwe jeneverneus
Se binne er weer, de wiefkes,
voor een potsje kaarten.
„Nou ju, die werkt nou anne
Afsluutdiek, dat is een karwei
van wel jaren lang, mar 't is wel
beulswerk hoor".
„Se salie wel goed vediene,
docht mij"
„Ja, dat gaat wel, mar se kanne
daar oek jenever kope en as't
dan saterdags afrekenen is blieft
er niet veul van over. Se magge
blied weze, as ie met een tientje
tuuskomt, nee, vetpot is 't niet"
Daar komme Frouwkje en
Wietske an en kiek, daar hest
Wiete oek al, het spul kan an-
vange.
De kaarten wudde skud, nutskes
en centen komme op tafel en
daar gaat ie dan.
Janke is weer de gelukkige en
wint het eerste rondsje.
„Mutte jimme nog een jodekoek
bij de thee? De klontsjes binne
op".
Toch smoek sun middagje, thee
lebbere, koeksmulle en 't is nog
spannend oek.
Wiete kan hur bekje niet stilhou-
we. „Hewwe jim het al lezen
van die twee in Amerika? Hoe
hiete se oek al weer? O ja, Sacco
en Vanzetti, onskuldig veroor
deeld, is't niet om te gulen?"
„Da's hier oek al es gebeurd"
seit Hinke, met de gebroeders
Hoogerhuus, weest nog? Oek
onskuldig, wat een toestand was
dat".
„Nou mar weer speule" vient
Janke, „ik hew nog mar één
potsje wonnen".
Daar gane se weer, mar Janke
kan niet meer winne. Wiete is
nou de gelukkige.
Janke kliemt mar wat: "Ik hew
al een stuver verloren!" ,,'t
Geeft niet", seit Wiéte, "het gaat
toch vanne grote hoop af". Het
spel sakt een bitsje af en gaat
dan uut as een nachtkeers. Se
kletse nog een half uurke en
Wiete vetelt, dat er nou sun hon-
derdduzend werklozen binne.
Ja, 't is ach en wee, mar over
twee weken komme se toch mar
weer bijmekaar om te kaarten -
as vanouds
Enne Rozema
SELS INNE VERTROUWE-
LIJKSTE OMGANG MUTTE
JE KLEINE GEHEIMEN
EERBIEDIGE EN ER NIET
ONBESKEIDEN NAAR
VRAGE
llllll
Bij WIJBE WOUTERS, te Groningen, is van de pers gekomen
en alom verzonden: LECTUUR voor VROUWEN en MEIS
JES, bestaande in onderscheidene verhalen ter veredeling van
het Hart.
Door FENNA MASTENBROEK.
Indien men al dit fraaije Werk (waarvan eene gedurige vraag
naar hetzelve eenen tweede Druk noodzakelijk maakte) niet,
met den uitgever voor het beste van de beroemde schrijfster
moge houden, zal toch zeker niemand kunnen beweren, dat
het niet één der beste werken van Mejufvrouw MASTEN
BROEK is en als onmisbaar geacht mag worden voor iedere
Nederlandsche Vrouw of Meisje".
"Bij W. van BOEKEREN, te Groningen, is gedrukt en alom te
bekomen: IVANHOE, of de terugkomst der Kruisvaarders,
door Sir W. SCOTT HET HART VAN MID-LOTHIAN, of de
Gevangenis van Edenburg, dor Sir W. SCOTT DE OUDHEID
KENNER, door Sir W. SCOTT, Uit het Engelsch.
Van bovenstaande Romans geeft de groote C. W. HUFE-
LAND het volgende getuigenis: "Zij kunnen wegens derzelver
zedelijkheid zonder zwarigheid, en wegens de daarin vervatte
groote wereld- en menschenkennis met groot nut in handen
van het schoone geslacht gegeven worden".
(1825)
VIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM
De ons onbekende Hennie Metz, die deze kaart in de dertiger jaren verzond aan de familie Bruin in de Daguerrestraat in
Den Haag, zal wel niet vermoed hebben, dat haar naam ooit nog eens in dit verband in de krant zou komen. Zij feliciteerde
haar tante met haar verjaardag, maar zij verontschuldigde zich, omdat ze er niet eerder aan dacht. Nou ja, vergeven en
vergeten. De foto is vooral leuk, omdat we er zo'n ouderwetse aswagen van de gemeentereiniging op kunnen zien. Helaas
komt er wel net een man met een handkar een beetje hinderlijk in het beeld. De naam van de uitgever komt niet voor op de
kaart.