VREEMDE VOORVALLEN IN DE SLECHTE TWINTIGER JAREN JONGE PREDIKANT NAM GEEN BLAD VOOR DE MOND HUIZUMER HERINNERINGEN VAN NA 1940 (DEEL 1) BOERDERIJ VERKOCHT VOOR EEN POND TABAK In de jaren tussen 1920 en 1930 was het ook in Drachten en om streken niet zo best met de werk zaamheden; er was veel werke loosheid en Drachten had in die tijd veel last van rook van de Drentse veenderijen. Doordat de turfbazen de turf niet kwijt kon den en hun geld er in zat werden die hopen verzekerd en als ze goed verzekerd was wilde de turf geweldig branden, al was het dan niet in de kachel. Vandaar dat je ook in de zomer die ver brande turflucht rook. Ook de boeren hadden het toen niet zo breed. De eieren kostten twee cent of zelfs anderhalve cent per stuk en de melk kreeg je voor een halve stuiver of drie cent per liter. Dat was voor een dertig liters bus vol slechts vijf en zeventig tot negentig cent en als er dan vier of vijf bussen bij een boerderij vandaan kwamen le verde dat niet meer dan enkele guldens op. KEUTERBOERDERIJ Ook mijn ouders hadden een kleine keuterboerderij en in het vooijaar kocht mijn vader een paar biggetjes op de donderdag se weekmarkt. Die werden dan vetgemest om in oktober te kun nen worden verkocht. Van de opbrengst moest op de elfde no vember, 'Oude Rillinge' heette die dag, de huren en rente wor den betaald. Op een goeie dag in het vooijaar zei mijn vader, dat we eigenlijk te veel gras voor de koeien had den en dat we er best een koe bij konden hebben. En toen hoor den we, datje in Leeuwarden bij de Veebank in de Van Swieten straat op gemakkelijke voor waarden een melkkoe kon krij gen. Dat was van een zekere Bangma en van hem kregen we er een koe bij. Maar dat beest was ziek en dus brachten we die gauw terug naar Leeuwarden. Toen kregen we een ander beest mee veel te duur! en die hebben we een tijd gehad. Wij molken dus die koe, maar de Eerste Leeu warder Hypotheekbank, zoals die veebank heette, heeft ons ge molken en niet zuinig ook. Eindelijk kregen mijn ouders het door, dat die koe voor ons geen winst bracht en toen hebben we besloten met die bank af te reke nen. Mijn vader ging er heen en ik ben nog mee geweest. Mijn vader heeft me tegengehouden en gelukkig maar; ik was toen negentien jaar en niet erg mak. Er zijn in die tijd veel van de kleine boeren in moeilijkheden gekomen en de naam Bangma heeft voor mij een bittere smaak. In de omgeving van Drachten is in diezelfde tijd een boerderij verkocht voor een paar klompen en een pond tabak. Dat klinkt vreemd, maar de oorzaak was, dat er op het bedrijf zware pol- derlasten rustten, omstreeks der tig gulden per hectare, terwijl de hectare overal voor een tien tot twintig gulden te huur was. Zo moet er ook een boer zijn geweest, die z'n hele veestapel aan een veehandelaar aanbood en ook verkocht op bijzondere voorwaarden. De veestapel be stond uit drie schapen, twee var kens, vijf kalveren, tien koeien en een paard. Onder getuigen verkocht de boer de hele stapel aan een veehande laar, die geld genoeg had en die de boeren vaak tekort had ge daan. De voorwaarden luidden aldus, dat het eerste schaap een cent moest kosten, het tweede twee cent enzovoort: bij elk vol gend dier zou de prijs verdub beld worden en alle een en twin tig stuks zouden in een keer verrekend worden. SCHADEPOST De veehandelaar trapte er in, maar o wee, wat werd dat voor hem een schadepost, want in to taal moest hij 20.909,87 op ta fel leggen, zodat elk beest op ongeveer duizend gulden kwam, terwijl de beste koe in die tijd driehonderdvijftig gulden kostte en een schaap of varken een veertig, vijftig gulden, maar ook niet meer. En. de veehandelaar kon er ook niet onderuit, want er waren immers getuigen bij Hippolitushoef Joh. Oedzes 'Kaufmannisch' als we zijn hebben we de interessante transactie tussen de boer en de veehandelaar even nage rekend en nu menen we, dat de koopman zelfs nog meer moest betalen dan u schrijft. Voor de drie schapen betaal de hij 7 cent, voor de twee varkens, 24 cent, voor de vijf kalveren 9,92, voor de tien koeien f 10.475,52 en voor het paard de lieve som van 10.485,76. In totaal wordt dat f 20.971,51. Red. 't KL Kr. Herinneringen van oud-Huizu- mers, zoals zij meermalen in dit blad voorkomen, betreffen meestal de periode vóór 1940. Mijn memoires uit de periode daarna kunnen misschien een aanvulling zijn en bij tijdgenoten herinneringen wakker roepen, die al naar de achtergrond waren gegleden. Toen mijn vrouw en ik ons in 1941 in Huizum vestigden, was die omgeving voor ons, echte Leeuwarders, vrijwel onbekend. Wij waren wel een paar maal in het „oude Dorp" geweest, mijn grootouders zijn begraven op het sfeervolle Huizumer kerkhof, maar die indrukken waren maar oppervlakkig. Er woonden wel enige kennissen uit de jeugdbe weging van die dagen, de Vrij zinnige Chr. Jongeren Bond, waarvan de afdelingen Leeuwar den en Huizum wel contact met elkaar hadden. Voor buiten in de Huizumer dorpskerk zag men ons graag verschijnen. staanders was het vaak een vraag hoe nu leden uit dezelfde woonplaats tot twee verschillen de afdelingen konden behoren, maar dat lag aan het feit dat het twee Hervormde gemeenten zijn, die tot nu toe nog steeds gescheiden opereren. Dat wij in Huizum kwamen wo nen, was te danken aan de heer Landman uit de Huizumerlaan, wiens dochter een goed woordje voor ons bij haar vader had ge daan. Het was in die dagen ook al moeilijk aan een knappe wo ning te komen en wij deden dan ook met vreugde onze intrek in het pand Gerard Doustraat 51. Bij onze komst hadden wij al direct te kampen met brandstof tekort want het was maart 1941, waarbij wij maar 4 H. L. anthra- ciet voor de resterende winter maanden per bon kregen toege wezen. Onze inboedel hadden wij toen dank zij goedwillende winkeliers nog van goede kwali teit tegen redelijke prijs bij el kaar weten te scharrelen. VERTROUWDE OMGEVING Al spoedig deed zich de waarde gevoelen van een vertrouwde omgeving. De buren bleken alle Dit is de veelbesproken D. Bangma, de directeur van de Friesche Veecredietbank aan de Van Swietenstraat in Leeuwarden. Hij werd op 5 april 1880 geboren in Parrega en hij begaf zich op heel jonge leeftijd al op het veehandelaarspad. In 1914 vestigde hij zich als veehouder-koopman op een boerderij in Wolsum, waar hij al spoedig 'de wonderboer' werd genoemd. Later kwam hij bij de Veebank terecht en het zijn niet uitsluitend prettige herinneringen, die men aan deze zwaar besnorde directeur van de Credietbank bewaart. maal „van de goede kant" en de winkeliers begroetten ons met genoegen: de kruideniers Hum mel en Miedema, de groenteboer Zijlstra en de melkboer Holtrop hielpen ons met wat extra voor raad want veel bonnen hadden we niet. Veel contact kregen we met onze overbuur, mevr. Suur- endonk, een jonge oorlogswedu we, die haar man bij de grote vaart had verloren en alleen stond voor de opvoeding van twee jonge kinderen. Melkboer Holtrop uit de naast ons gelegen Govert Flinckstraat bleek veel contacten te hebben en goed op de hoogte met de oorlogshande lingen; zoals later zou blijken was hij bekend in de illegaliteit. In het Huizumer verenigingsle ven werd onze komst met vreug de begroet: voorzitter Sake Bou- ma van de geheelonthoudersploeg stond al spoedig bij ons op de stoep en in de Huizumer Dorpskerk zag men ons graag verschijnen. De kerkeraad was in die dagen nog gevormd door typische verte genwoordigers van de dorps kern: oudste ouderling was de oud-kleermaker Van der Hom uit de Huizumerlaan. Bij het eer ste klokgelui stapte hij hoogge- hoed met zijn mede-ouderlingen De Vries en Hiemstra, ook uit de Huizumerlaan, plechtig door het dorp naar de kerkeraadskamer om daar de komst van de domi nee af te wachten, die toen ge huisvest was in de royale pasto rie met grote tuin op de hoek van Huizumerlaan en Badweg. Met de komst van de actieve jon ge dominee Smits begon er al spoedig een frisse wind te waai en in de rokerige vergadersfeer. Geen wonder dus dat ik als jonge vent van dertig spoedig gevraagd werd de ploeg der diakenen, ge vormd door de heren Walstra en Wassenaar, te versterken. Tege lijk met mij traden de heren Westra en Straatsma toe, waar van de laatste uit de „rode hoek" kwam, een novum in de liberaal getinte colleges. In de Zondags school, waarvan de twee groe pen, in Huizum-dorp en in het gebouw der Vrijzinnig Hervorm den in de Carel van Mander- straat zich snel uitbreidden, was hulp dringend nodig zodat mijn vrouw daar direct aan de slag kon! De drie kerkvoogden, die het be heer hadden van de kerkegoede- ren, waren drie flinke zakenlie den, de heren Bontekoe, Hiemstra en Steenhuizen, wel eens wat spottend „de wijzen uit het Westen" genoemd, maar toch zagen wij als jongeren wel wat tegen hen op. VOLLE KERKEN Het kerkewerk kwam in een stroomversnelling toen de in vloed van de bezetters groter werd. Veel verenigingswerk werd gestaakt omdat men zich niet wilde aansluiten bij de Kul- turkamer. Zo kreeg de jonge pre dikant, die geen blad voor de mond nam, steeds meer toehoor ders. Het werd de tijd, waarin de banken en stoelen voor de aan vang van de dienst vol waren en er stoelen uit kerkeraadskamer en catechisatiegebouw moesten worden aangedragen om in de paden gezet te worden om allen te plaatsen. Ds. Smits liet het niet alleen bij woorden maar wist al spoedig Vervolg op pag. 9)

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1984 | | pagina 5