WAT WIEPIE WIERSTRA SCHREEF
OVER HET VROEGERE JOODSE LEVEN
IN DE LEEUWARDER BINNENSTAD
'T KLEIDE KEAHtSJE
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 13
De nu elf jaar geleden overleden
heer Wiebren Wierstra Th. zn.
heeft in Leeuwarden vooral een
grote bekendheid gekregen als
de oprichter en exploitant van de
"Eerste Leeuwarder Griezelkel-
der", een attractie, waarmee hij
landelijke faam verwierf. Maar
deze geboren en getogen Leeu
warder heeft ook veel herinne
ringen op schrift gesteld, met
name ook over het vroegere
joodse leven in de binnenstad.
In drie afleveringen zal 't Kleine
Krantsje reproduceren, wat de
memorabele stadgenoot Wie
bren Wierstra ten aanzien van
dit onderwerp aan het papier
heeft toevertrouwd.
Waar reeds eeuwen temidden
van het rumoer de Jacobijner
Kerk staat, lag de Leeuwarder
Jodenwijk. In 1588 was het hier
nog zo rustig dat er een kerkhof
kon worden aangelegd. In de
kerk bevonden zich de grafkel
ders waar de ontzielde lichamen
van de stadhouders en hun fa
milie ter ruste werden gelegd.
Dit was een historisch plekje van
de Friese hoofdstad, gelegen bij
de Put, Breedstraat, met de zij
straten zoals Sacramentstraat
waar eens de woningen stonden
van het Heilig Sacraments gilde,
de Slotmakersstraat door slote-
makers bewoond en de oude
Speelmanstraat. Een zekere
heer Gijsbert Speelman bezat
hier eigendommen.
ZEVENHONDERD
In deze omgeving woonden vóór
de tweede oorlog een aantal Jo
den, waarvan het aantal op 700
wordt geschat! Nu is het mijn
bedoeling niet de gruwelen te
beschrijven die dit volk heeft
moeten doorstaan tijdens de
oorlog 1940 - 1945. U vindt hier
een stuk historie van de Joodse
gemeenschap in de Friese
hoofdstad beschreven ten be
hoeve van het hedendaags ge
slacht dat de situatie van vóór
1942 niet gekend heeft. En ter
wijl ik dan zo bezig ben om mijn
herinneringen op papier te zet
ten, gaan de gestalten aan mijn
geestesoog voorbij; ze gaan aan.
mij voorbij als een panorama,
één voor één en allen hebben ze
een geschiedenis.
Waren dit zulke bijzondere men
sen dat men er nu nog over zou
schrijven? Neen, dat niet; ze
leefden onder ons als stadgeno
ten; maar de geschiedenis van
de oude stad is alleen kompleet
met hen erbij.
SABBATS PRONK
Vrijdagsavonds na zonsonder
gang begon de sabbat en als
men dan door deze Jodenhoek
wandelde, was dit merkbaar. De
Joodse zaken waren gesloten
en de Joden hadden hun werk
kleding verwisseld voor de 'sab-
batspronk'.
Zo nu en dan kon je hier of daar
een Joodse man of vrouw zien
staan, soms wat zenuwachtig
om een Christen-voorbijganger
te vragen of deze het gas of licht
even uit wilde draaien. Het was
hun verboden dit werk op de
sabbat te verrichten en er waren
wel Christenburen die het voor
een kleine vergoeding voor hen
wilden doen. Er was ook behoef
te aan geplukte kippen, want
haast elke Jood had op de sab
bat gebraden kip op tafel; dat
was een florissante handel voor
de buurtbewoners en kippen-
handelaren.
Zaterdagsmorgens was het druk
in de Leeuwarder Jodenwijk;
men ontmoette daar twee soor
ten mensen: de niet-Joodse
huismoeders met de tas vol
boodschappen, die in deze wijk
erg goedkoop waren (1 pond
kalfsvlees 25 cent), 1 pond ma
ger rundvlees 70 cent, soep
vlees of een varkenspoot ca
deau).
ZWARE KARREN
En de mannen in hun werkkle
ding, die grote zware beladen
karren voortduwden; dan om die
tijd, circa elf uur, kwam de syna
goge uit en hier tussen in bewo
gen zich onze Joodse stadgeno
ten. De synagoge stond toen al
op dezelfde plaats. In 1805 werd
deze plechtig ingewijd, plaats
biedende aan 300 mannen en
200 vrouwen. Hecht en sterk is
het gebouw blijven staan en
heeft de stormen doorstaan van
de tweede wereldoorlog. Alleen
daarna werd zij van binnen ver
kleind want er waren niet zoveel
plaatsen meer nodig.
En zoals ik al schreef, is het mijn
bedoeling om herinneringen te
schrijven voor het tegenwoordig
geslacht dat dit niet bewust heeft
meegemaakt en om zo'n helder
mogelijk beeld te geven hoe het
toen was; verder heb ik Joden
genoemd die werkelijk bekend
heid genoten als goede eerza
Het hartje van de vroegere Leeuwarder jodenbuurt, de Breedstraat en Bij de Put. Op de hoek in het pand
met de koeiekop de slagerij van De Wilde.
me burgers van onze stad. Jo
den die ook voor de culturele
zaak en op godsdienstig gebied
wat hebben betekend. Eerst ma
ken wij dan een wandeling naar
de Eewal no. 60; de woning
waar de heer Broekhuijzen
woonde met zijn vrouw. Het was
een eerbiedwaardige Verschij
ning en droeg in huis altijd een
zwart zijden kalotje. Rustig en
beheerst liep hij soms te wande
len op de Eewal, zo nu en dan
een praatje makend met één der
buren. Mijnheer Broekhuijzen
had een mooie bijbelse naam en
was ingeschreven bij de Burger
lijke Stand als Aaron Broekhuij
zen. Goddank heeft hij de ver
schrikking van de oorlog niet
meegemaakt, maar zijn stoffelijk
omhulsel rust hier op de Joodse
begraafplaats. Mijnheer Broek
huijzen was een zeer beschei
den man want als er een verga
dering was dan placht hij te
zeggen: 'Mozes spreekt, Aaron
zwijgt'. (Hier bedoelde hij dan
meestal de rabbijn mee).
In de Speelmanstraat, het huisje
is nu afgebroken, woonde Har-
tog Cohen met zijn vrouw; Co-
hen droeg in Leeuwarden de
naam van de 'zuurkoning'; dit
was geen scheldnaam; deze
naam kon hij met ere dragen.
VRIENDELIJKE MAN
Het was een vriendelijke man
evenals zijn vrouw die de kleine
winkel dreef en voor ieder, hetzij
Jood of Christen, een vriendelijk
woord had. Nog zie ik deze klei
ne winkel voor mij; een weinig
licht straalde er naar binnen,
maar het stond vol met allerlei
artikelen en in de hoek stond
een groot vat augurken. Tegen
de wand stond een rustbank
overtrokken met bruin 'zeilleer',
in het Leeuwarders betitelen wij
dit als: 'bruin zwilk', waar de
klant gerust even mocht gaan
zitten; en achter deze kleine win
kel was de woonkamer, waar
deze mensen leefden.
Elke morgen ging Cohen met
een grote brede kar de volks
buurten van Leeuwarden in,
waarop een massa garen, band,
lint, drukknoopjes en (aanver
wante artikelen lagen. Dit was
een buitenkansje voor de vrou
wen en ze graaiden er maar in
om en Cohen had soms handen,
te kort. De Witte Kousenbuurt,
een klein straatje in de nabijheid
van de oude Oldehove, was één
der beste wijken voor de handi
ge koopman en niet te vergeten
achter Tulpenburg en omgeving;
vrijdags stond hij op de vee-
(Vervolg op pag. 15)
De Witte Kousenbuurt bij de Oldehove: "een van de beste wijken voor de handige koopman Cohen
iH