DE LEEUWARDER POLITIE RAPPORTEERT MYSTERIE DROOMDOELPUNT ABE IS NU TOCH OPGELOST DE BOTERHOEK VAN TOEN 'T KLEINE KRANTSJE VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 15 Johannes Sperling, wonende \Neaze, klaagt dat hij wordt belasterd door zijn buurmeisje Truitje Nijsloot. Een vijfjarig zoontje van de stadsreiniger Dorenbos, wo nende Weerklank, dat geheel alleen liep op de Wirdumer- poortsbrug, is achter een rijtuig, bestuurd door en toebe- hoorende aan den landbouwer Hendrik Miedema, wonende te Winsum, met het hoofd tusschen de veeren en het achterwiel van het rijtuig bekneld geraakt. Het rijtuig reed langzaam over de brug en het ongeval werd gelukkig bijtijds opgemerkt door zekere Geziena Holleweg, staande met een disch bij de Wirdumerpoortsbrug, die den bestuur der waarschuwde, die het rijtuig onmiddellijk deed stil staan, waarna de brugwachter Olijve en de schipper Hen drik Wiersma zijn toegeschoten, die het kind uit zijn benarden toestand bevrijdden. Het kind bekwam een ge ringe wonde aan de neus en mond en is aan de wacht ge bracht, waarna het na alhier te zijn afgewasschen door den vader is afgehaald. Volgens getuigen is dit voorval toe te schrijven aan eigen onvoorzichtigheid, dus zonder schuld van den bestuurder. Oene van der Werff, winkelier iri fruit, wonende Droeven- dal, klaagt te zijn gescholden doorzijn buurman Faber. De politiedienaar Brinksma brengt aan de wacht Elisabeth Smit, huisvrouw van Berend O., wonende aan de Groene- weg, die volgens den genoemden politiedienaar hem door den arbeider Willem Leysma (alias "Ruige Willem") was aangewezen als zich verdacht ophoudende bij eenig waschgoed, te bleeken liggend op het grasgewas aan de Noorderplantage, terwijl zij iets onder haar boezelaar droeg. Ofschoon toevallig bij onderzoek bleek, dat vrouw Van Zwol, wonende Boterhoek, eigenares van het wasch goed, twee katoenen lakens vermiste, is vrouw O. op vrije voeten gesteld, daar het niet kon blijken dat zij van de vermissing afwist en zij geen waschgoed onder haar voorschoot had gedragen, doch wel een broek en jas van haren man. Het onderzoek wordt echter voortgezet. Een onderzoek omtrent mishandeling van een kleine jon gen door eenige militairen aan de Oostersingel heeft volgens de navolgende getuigen plaatsgehad, A. v.d. Berg, schipper, aldaar met zijn vaartuig liggende en Korp. Robijns, 1 Bat. 1 Komp., verklaren: Dat eenige militairen al daar bezig zijnde om water te halen uit de vijver, dit water in tonnen naar een praam droegen, alwaar het in groote tonnen, die in de praam staan, wordt overgeladen. De twee militairen, die in de praam zijn en de aangedragen ton met water geledigd hebben, werpen dan de ledigen ton weder op de wal, die dan door hen, die hem hebben gedragen, wordt opgevangen, doch dit mislukte hedenmiddag, juist toen een kleine jongen daar bij stond te kijken en zoo doende het ledige vat op de voeten kreeg. Getuigen verklaren dat het geheel buiten schuld der militairen is. Verder heb ik gesproken met Cornelis Sorren, oud 8 jaren, die alweder aan het spelen was en diens vader, die te kennen gaf, dat het de moeite niet waard was om er drukte van te maken, dat de voet alleen maar een beetje rood was, terwijl zij er een doek met azijn en water om hebben gelegd. Sorren wil hoegenaamd niet hebben dat er drukte om gemaakt wordt. Hedenavond ten ruim 6 uren is Jacobus Brik, oud 49 jaren, van beroep Steenhouwer, wonende alhier, Ooster singel 88 terwijl hij tegen de post der deur voor zijne wo ning stond, onverwachts door den pompmaker Bernardus van der Heide, oud 44 jaren, geboren en wonende alhier aan de Oostersingel met een dolkmes aangevallen en heeft deze hem daarmede 4 steken in de borst toege bracht, zoodat hij eenige oogenblikken later is overleden. De doctoren Meindersma en Kooperburg hebben den dood geconstateerd, terwijl het lijk op last van den Com missaris van Politie naar het ziekenhuis is vervoerd. Van der Heide is na het plegen der moord door de politiediena ren Emmerik en Kramer gearresteerd en in het bezit van een bebloed dolkmes bevonden. De oorzaak tot deze daad schijnt gelegen te zijn in een oude wrok die Van der Heide tegen zijn slachtoffer schijnt te hebben gekoesterd. (1886) Het mysterie van het 'droomdoelpunt' van Abe Lenstra lijkt te zijn opgelost. Onze abonnee de heer J. van Daal- en te Leeuwarden was zo vriendelijk ons uit de droom te helpen met zijn bericht, dat Abe de bewuste strafschop- zonder-aanloop heeft benut in het seizoen 1941-1942 in een wedstrijd tegen L.S.C. in Sneek, die Heerenveen met 7-3 won. Dat was in een wedstrijd in de eerste klas en dat nu juist had den wij over het hoofd gezien, toen we in onze archieven do ken op zoek naar een uitslag, die in de buurt kwam van die 7-3. Als tweede klassers bereik ten Heerenveen en L.S.C. die uitslag geen enkele maal, maar.als eerste klassers wel. Wij waren eerlijk gezegd verge ten, dat het Sneker L.S.C. in 1941 naar de eerste klas was gepromoveerd om daar Heeren veen opnieuw te ontmoeten. Onze abonnee de heer B. Jorrit- sma te Goutum maakte de al ingewikkelde zaak nog wat ver warrender met zijn mededeling, dat Abe Lenstra (eveneens) zo'n strafschop zonder aanloop heeft benut in de spectaculaire wed strijd, die Nederland met 6-7 van België verloor en waarin Henk Schijvenaar een been breukopliep. Abe Lenstra scoorde toen drie doelpunten en een van die tref fers was een strafschop, die Abe, volgens de heer Jorritsma, zonder aanloop nam. In de wed strijdverslagen van deze in no vember 1951 gespeelde ont moeting hebben wij deze strafschop niet als een bijzonde re stunt terug kunnen vinden. Dan kregen we nog een briefje van onze abonnee de heer R. Kuipers te Hoogvliet, waaruit we haast moeten opmaken, dat het nemen van strafschoppen zon der aanloop door Abe zowat da gelijks werk is geweest. LINKS EN RECHTS. „Toen ik onze Chef Administra tie de heer Van Zomeren, wo nende te Schiedam," aldus de heer Kuipers, Uw artikel had la ten lezen (ik was namelijk be nieuwd naar zijn reactie, omdat ik hem ken als een groot voet balliefhebber) verklaarde bij Abe wel strafschoppen te hebben zien nemen, zowel rechts als links op de in het artikel beschre ven manier." Verder was er een reactie van onze abonnee de heer W. Hoek stra te Leeuwarden, oud keeper van Rood Geel, die ons zei niets te weten van een dergelijke spectaculaire strafschop van Abe Lenstra. Maar hij had ooit eens zo'n stunt gezien, toen hij nog een jongetje was in een wedstrijd op de Wilhelminabaan tussen Frisia en Achilles. De be kende Karei Kaufmann mocht toen een strafschop nemen en hij deed dat zonder aanloop, zo als Abe Lenstra dat dan later ook zou doen. (Vervolg van pag. 10) hoekje lag te slapen - thuis, in De Gouden Leeuw. Keren we terug tot de meer blij vende attracties van de buurt, dan moeten we het nu nodig hebben over het spel, dat onder de wat wonderlijke naam „Gooi cent onder!" algemeen bekend was bij de jeugd. „Gooi cent onder!" werd van de begane grond af geroepen naar mensen, die de Oldehove had den beklommen en nu genoten van het prachtige vergezicht. Wie wat sportief was greep dan de portemonnaie en wierp een paar centen de diepte in. De jongens en meisjes aan de voet van de Oldehove zagen de mun ten aankomen en staken hun handen uit om ze op te vangen, maar altijd kwamen de centen op een andere plaats terecht, dan ze hadden gedacht. Dan werd het een hele of een i halve vechtpartij om de begeer de buit in bezit te krijgen en veel groter dan de oogst was vaak de i schade aan de kleren, want vooral de lange kousen wilden wel stukscheuren op het scher pe grind. Ook viel er wel eens een drup peltje bloed, wanneer er wat te fel naar de geldstukjes werd ge graaid, maar beslist overdreven was het bloedige verhaal van de ouwe Butterhoekster, die in de familiekring vertelde, dat er een maal bij de Gooi-cent-onder- spel „een heel gezin naar bene den komen" is. „In de muur van de Oldehove zit nog een ge denksteen" vertelde hij erbij.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1986 | | pagina 15