s> 'T KLEINE KRANTSJE «"■T.WW'Ül VISCHLUST Friesland Bank Assurantiën skütsjes platbodemjachten DEKSELS! WAT HEEFT DIE VAN EBREEN PANNEN Ponnen Winkel Postma's Oliehandel en Garagebedrijf Erkenning voor APK 1 en 2 verzekert alles! 058-132234" (Vervolg van pag. 5) ik heb in mijn leven maar een stoomcarrousel gekend van een Sipkema en dat was die van Cornelis. Zo zie je maar weer; de nostal gie viert hoogtij, maar dat zal wel normaal zijn voor mensen van bepaalde leeftijden. De Leeuwarder kermis was vroeger een van de mooiste van Nederland; ik kan gewoon lyrisch worden als ik daar nog aan denk. Anno 1988 is het meer een feest voor gehoorge stoorden - het is op de kermis van vandaag niet meer uit te houden vanwege het lawaai. Ik kan me de Leeuwarder ker mis van 1936 of '37 nog herin neren, toe er een radio-oorlog was. Mijn vader stond op die kermis met een zweefcarrousel met een Gasparini-orgel, goed van geluid en met mooie num mers. Tegenover mijn vader stond een van de grootste ex ploitanten van toen, Hommer- son en Vermolen met van die schreeuwlelijke toeters ofwel luidsprekers. De gemeentepoli tie heeft toen aan het lawaai paal en perk gesteld door de knoppen af te plakken met ze gels. Dat moesten ze nu ook nog maar eens doen, dan zou je op de kermis nog eens een ge sprek kunnen voeren, zoals dat vroeger mogelijk was. Assen A.H. van der Veen GELDTEKORT De ervaringen, die Faber en diens tijdelijke collega destijds opdeden bij de Friesche Bank VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN gerekend met de baas. Het is enkele keren voorgekomen dat ik wat geld over had. Hoeveel weet ik niet meer. Wel weet ik dat de baas van mening was dat het geld dat over was hem toekwam en mij niet. Wist ik veel toen. Op zekere dag had ik echter geld te kort en bij de loonbeta- ling aan het eind van de week werd het bedrag dat ik tekort kwam van mijn schamel loop jongensloontje ingehouden. Veel bleef er dus niet over. Toen ik thuis kwam en het geld op tafel legde en vertelde waar om het zo weinig was is mijn vader naar de baas toegegaan. Het zal wel even een beetje gestormd hebben, denk ik. Het resultaat was in elk geval dat ik 's maandags niet meer als "loopjongen" bij deze zaak aan het werk behoefde te gaan. Achteraf begrijp je niet dat je je zo door een baas liet behan delen. Het zou de jongeren van vandaag beslist niet overko men. Die zijn dacht ik nu heel wat mondiger dan wij destijds waren. En dus, zonder werk, in een moeilijke tijd terwijl mijn ouders het geld echt wel nodig had den. Gelukkig kon ik vrij kort daarna aan het werk gaan als "jongste kantoorbediende" bij Coöp. Ex celsior. Een ware uitkomst. en waarover zij onlangs in 't Kleine Krantsje hebben bericht, waren in die jaren waarschijnlijk eerder regel, dan uitzondering. Ik herinner me dat, toen ik in 1933 van school kwam, ik na en korte vakantie werd aange nomen als loopjongen bij een zaak in kruidenierswaren/co mestibles, gevestigd in een pand op "Over de Kelders", niet ver van Niermeijer. De taak van loopjongen hield voor mij in dat ik bij de vaste klanten "bestelboekjes" moest ophalen en naderhand de be stellingen moest afleveren. Het ophalen van de "bestel boekjes" bracht weinig proble men met zich mee. Het bezor gen van de bestelde artikelen zoveel te meer. De bezorging vond niet plaats met een bak fiets, doch met een transport fiets met voorop een heel grote mand. De transportfiets was een zgn. "doortrapper", derhalve zonder remmen. Om af te remmen moest je met grote kracht de draaiende trappers tegenhou den. Wel, als de mand goed gevuld was, en dat was meest al het geval, had je heel wat kracht en behendigheid nodig om te voorkomen dat je met fiets en al tegen de grond ging. In het begin heb ik nogal eens gelopen omdat ik niet durfde te fietsen. Later werd het iets beter. Gelukkig was het toen nog niet zo druk in de stad als thans het geval is en er waren, dacht ik, ook nog geen ver keerslichten. Na terugkomst in de winkel moest er worden af Castricum Henk Zijlstra ECHTGEBEURD Ik was nog een klein jonkje, doe ik es met Vader en Moeke op een sundag naar Grootmoe ke gong. Die woonde bij de Kiepeloop op een bovenhuus- ke. Er onder ston een brand spuit vanne gemeente. Het huus staat er nog krek su as doe. Later het er nog een kan toor van de plantsoenedienst inseten. Wij woonden self Achter de Ho ven en we liepen dus langs de Grachtswal en de Nijekade. Mar, och meensen, hoe vedder we kwamen, hoe meer volk was er op het pad. Het was tiedens de eeste wereldoorlog en de stad lag vol soldaten, inne kazerne en inne barakken bij de Ambachtsschool. Wij hoorden vanself al gauw wat er te redden was.. Der wud- de seid, dat een soldaat het inne hasses slagen was en dat ie na het stukslaan van een soadsje geweren op het dak vlucht was. En waarempel, daar sat ie, boven op het dak bij een skustien. Gieneen durfde hem er weg te halen, want der wudde seid, dat ie een geweer bij hem had. Het is vanself al lang leden en ik denk dat se hem er savus afhaald hewwe. Mar dit is echt gebeurd en ik sien hem daar nog sitten. Su- wat maakt natuurlijk wel grote indrukopjeaskien. Leeuwarden G. Brinck EEN ZALIGE IN T BLOKHUIS? In 't Kleine Krantje van novem ber worden we geconfronteerd met het Blokhuis, en inderdaad, historisch ingestelde mensen zullen een beeld voor zich zien hoe men tot in het pijnigtoren elkaar veel leed heeft aange daan. In de breedheid van het nu ge prezen moderne denken mo gen we dan ook wijzen op één der personen die moest zitten in het Blokhuis en die mis schien wat minder bekend ge bleven is, een zekere Jan Hen driks. Jan Hendriks was een "yesekremer", geboren in Bols- ward in het jaar 1588. Van huis uit moet hij een wederdoper geweest zijn, maar door het le zen van het boekje van de apologeet Frans Coster en door de verwarring in verschil lende richtingen onder de doopsgezinden in zijn dagen kwam hij tot de katholieke kerk, waarin hij door de Jezuiet Van Waereghen in het jaar 1612 werd opgenomen. Hendriks bouwde een huis voor de Jezuieten in Harlingen en ook hielp hij een Clemens kerk je bouwen op Ameland. Ver schillende malen gevangen ge nomen, terwijl hem zware boetes werden opgelegd, stierf hij tenslotte in het Blokhuis van Leeuwarden in 1649. Was dat in het veel genoemde "Hon dengat"? Jan Hendriks, geprezen als een man "die men eenmaal tegen komt op duizenden", zoals de kroniek zegt, werd wel bekend o.a. door de kerkgeschiedenis van Friesland van de hand van Kardinaal de Jong. In het regis ter der paters dominicanen van Leeuwarden voor hun rozen krans broederschap, zien we dat Jan Hendriks daar staat in geschreven als lid van die broederschap in het jaar 1637. In de kerkgeschiedenis van Harlingen door T.W. Dekker en C. Nielsen, spreekt men de verwachting uit dat Jan Hen driks nog eenmaal zalig ver klaard zal worden... Leusden Pater Menno Brada Zoals bij elke pan een deksel het>t>en wij altijd de pan Alle koliek ties van als BK' F'ssler. Sigg Emalco. Lagosrina. Snelkook- nJllSP' °fl<ePannen en hapjes panen en fluitketels. U mag ze allemaal uitproberen in onze demonstratiekeuken. En kent u onze sennce: panne met een pan. Van Erp maakt er weer een hele 6,1 JSwSlSS» Café - restaurant Partyservice Het stijlvolle en zeer bijzonder ingerichte specialiteitenrestauranL Met verfijnde a la carte gerechten en met zorg samengestelde menu's. Ds. v. d. Veenweg 11,9264TAEERNEWOUDE, 05117-9252 Alle dagen geopend vanaf 10 uur 's morgens ADRESWIJZIGINGEN 't KLEINE KRANTSJE NAAR: POSTBUS 858,8901 BR LEEUWARDEN Lpgas-inbouw vooralle merken auto's Revisie verdampers Afstellen met de nieuwste apparatuur Suderein 44, Tietjerk, 05118 -1256 tevens alle soorten olie in klein en groot verpakking lid N.V.A.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1988 | | pagina 18