LUILAKKEN 'T KLEINE KRANTSJE LILLUKE HET BEGRIP VAN DE KANTONRECHTER SIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 11, Een plaatje van de vrijdagmarkt op het Wilhelminaplein, nu alweer vijftien jaar geleden gemaakt. De kleine grote man van de Leeuwarder Griezelkelder, Wiebren Wierstra Th. zn. en zijn zuster Jel staan belangstellend te kijken bij de afdeling tweede tot en met tiende hands spulletjes. In vroeger jaren kende de service van de middenstand gewoon geen grenzen. Winkeliers waren tot alles bereid om het hun klanten naar de zin te maken. Het was in die tijd, dat hun kreet "Beleefd aanbevolen" nog geregend werd gebruikt. Er was toen, op de hoek van het Gouverneursplein en de Kleine Hoogstraat, een winkel met de naam "De Groote Manchet". De zaak werd gedreven door een familie Ter Horst. Op zondagen kon het gebeuren, dat mevrouw Ter Horst 's morgens om zeven uur al achter de toonbank stond, omdat vroege bezoekers van het kerkje in de Speelmansstraat graag "meteen skoane board" ter kerke wilden gaan. Speciaal voor deze hele vroege klanten was er een bel aangebracht, zodat de adspirant kopers desgewenst ook al voor zevenen op hun wenken konden worden bediend. Toen de firma eindelijk het besluit nam deze bijzondere service toch maar af te schaffen en de bel verwijderde, ontstond er op de eerstvolgende vroege zondagmorgen een hele oploop van scheldende klanten op de stoep: "Lilluke luilakken, lekker op bed leggen blieve.kanne jimme wel!" Een paar jaar geleden heeft De Commissaris van Politie een in leiding gehouden voor de Com merciële Club Leeuwarden. Na zijn betoog stelde een toehoor der de vraag, waarom er in de stad zo weinig wordt opgetre den tegen verkeersdeelnemers, die zich niet aan de spelregels houden. Het antwoord van de Commis saris kwam er op neer, dat de politie van goeden wille is, maar niet overal tegelijk kan zijn en vooral met bureauwerk zo druk belast is, dat er van een effectieve controle op straat gewoon geen sprake kan zijn. Met andere woorden: het is geen wonder, dat bij alles wat er in deze tijd in de maatschap pij verloedert ook het verkeer dat doet - het rijden door rode stoplichten, het rijden van au to's en fietsers door verboden straten, het voorbijrijden van fi le's, die staan te wachten voor een open brug, het overrijden van de zogenaamde sergeants strepen midden op de weg, het is hier allemaal de gewoonste zaak van de wereld geworden Maar zou de politie daar toch niet eens wat meer tegen kun nen gaan doen? niek: de politieauto houdt de pas al in en geeft de overtreder voorrang, zodat die ongehin derd zijn weg kan vervolgen naar de Wirdumerdijk. De agenten slaan daarna op hun dooie akkertje zelf de verboden Peperstraat in, richting Groen temarkt. Tweede zaak: er kuieren twee agenten van politie door die zelfde Peperstraat, richting Wir dumerdijk. Ter hoogte van de fotozaak van Bleeker zien zij hoe een automobilist, komend van de Nieuwestad, zijn weg via de verboden Peperstraat vervolgt. Een bekeuring? Nee hoor, de agenten kijken op noch om en slenteren, gezellig babbelend, verder. Wie dergelijke dingen aan schouwt mag zich afvragen of verbodsborden in Leeuwarden nog wel enige betekenis heb ben. Misschien kunnen we het antwoord op die vraag ontlenen aan de volgende zaak, die ons, als waar gebeurd, van politiezij de werd verteld. Een agent van politie, gepos teerd op de hoek van de Wea- ze, betrapt op een vrijdag een automobilist, die door de verbo den Peperstraat rijdt in de rich ting van de Groentemarkt. Hij houdt de overtreder staande en neemt belangstellend kennis van diens verweer. "Ik moet hier op de Groentemarkt zijn," zegt hij en wanneer ik om hier te komen via de Wirdumerdijk, de Nieuweweg en de Ossekop moet rijden kost me dat zeker een half uur aan tijd." Een mooi verhaal," reageert de agent, maar hij zet de overtre der wel op de bon. De automo- blist koopt de zaak niet af en zal voor de Kantonrechter te recht moeten staan. ALLE BEGRIP. Zo gebeurt het dus ook, maar wat geschiedt er dan? De Kan tonrechter heeft alle begrip voor verdachte's verweer en spreekt hem vrij. Terwijl de au tomobilist met de glimlach van een overwinnaar de zittingszaal verlaat, gaat de agent, in deze zaak als getuige gehoord, met een ervaring rijker de straat weer op MOOI GEVAL Dat overdachten we zeker bij het aanschouwen van het vol gende geval: er rijdt een perso nenauto door de voor het ge motoriseerde verkeer verboden Peperstraat in de richting van de Nieuwestad. Ter hoogte van het winkelpand van Flottow schrikt de chauffeur van deze wagen, wanneer hij van rechts een politie-auto ziet naderen, die, bemand met twee agenten, door de eveneens voor gemo toriseerd verkeer verboden Sint Jacobsstraat rijdt. De automobilist mag een mo ment veronderstellen, dat hij nu het haasje is, maar geen pa- Het moeten alleen de alleroudste veteranen onder ons zijn, die de Eewal nog hebben gekend, zoals zich die op deze ansichtkaart laat zien: een rustige straat met een enkele wandelaar en een rij nog prille boompjes aan iedere kant. De kaart is uitgegeven door Dijkstra's boekhandel uit Leeuwarden, maar die heeft er zeker geen weet van gehad, dat we Eewal dienen te schrijven met twee e's en niet met slechts een, want zo staat het er op: Ewal. De kaart is op 6 april 1904 door een zekere D.L. ("Met groeten") verzonden aan een meneer Y. Lantinga, die woonde aan de Groesbeeksedwarsweg nummer 490 in Nijmegen. Het valt te vrezen, dat zowel die onbekende D.L., als deze meneer Lantinga er nu niet meer zijn. Maar, vreemde gedachte eigenlijk, de prentbriefkaart die hen beiden vijfentachtig jaar geleden even bezighield is er nog steeds, en ziet er nog piekfijn uit.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1989 | | pagina 11