'•T KLEINE KRANTSJE ARTISTEN IN HETCABARET VAN SPOORZICHT BIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM ZWERVEN DOOR STAD loetjes, Magda Ralf Aan het artikel betreffende de nu reeds voltooide afbraak van het voormalige Cabaret-Hotel "Spoorzicht" van Sipke Caste- lein van Fenno Schoustra be hoef ik eigenlijk niets meer toe te voegen. Een foto, zoals het er de laat ste weken uitzag, en veel data en de hele geschiedenis van VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN Tetman Jarich genoemd, Jel- le Kuipers met zijn trompet, Alex Rotteveel en Cor Molema- ker, als duo, met goochelen, een praatje bij de gitaar, Nellie Stek - "the lady crooner", Douwe Bijlsma junior als slan genacrobaat, Piet Hitman, de goochelaar. Het orkest was "de- scarlet Pimpernels" o.l.v. Ar nold Brinkman uit Groningen. Ook nog een zekere Piet van Kuiken, een leerling van Lucas Hannema. Er was zelfs ie mand, die "het heringtentsje" zong. Tussendoor traden dan "de echte artisten" op. Wat een tijd! De hierbij geplaatste foto is van Magda Ralf, een soubrette. De foto werd gemaakt in Gronin gen, in de Heerestraat bij Foto Steenmeijer. Wat een mooi kapsel, wat een charmante ar tiste. Zij schreef, in het Duits, "der Familie Jager zur freundli- chen Erinnerung gewidmet, Magda Ralf, Leeuwarden, den 12. Dezember 1929 "Spoor- zigt",metde letter g. Alleen de alleroudsten onder ons zullen zich de maand de cember 1929 kunnen herinne ren als bezoekers en bezoek sters bij Sipke Castelein. De zaak was met Sint Nicolaas en met de Kerstdagen altijd prach tig versierd. Dat is nu zestig jaren geleden! Leeuwarden Historisch Variété Archief Ritsko van Vliet senior pagina 13 de familie Castelein, beter kan het niet. De redaktie vindt het echter goed, dat wij de komende maanden eens een foto van de daar opgetreden artisten en ar tistes plaatsen. In plakalbums van artiesten en het voormalige artistenpension Hager, op de Oosterkade, zijn veel foto's geplakt. Artisten van diverse pluimages en van di verse nationaliteiten, en haast allemaal gedateerd. Dan ziet men ook, dat er iedere week andere artisten optraden. Velen schreven er iets leuks bij, dat ik steeds wil vermelden. Het idee kwam bij mij op, toen ik nog even in de voormalige concert- en danszaal ging staan, wat een luid protest van de aldaar werkenden uilokte. Verboden entree en te gevaar lijk! Ach, voor die mensen was het alleen maar het afbreken van het Koninklijke Friese Rundvee Stamboek Gebouw. Zij deden hun best - wij oude ren dachten bij de afbraak aan vroeger. In 1940 zag ik op amateur-avonden diverse ke ren. De familie De Vries, later (Vervolg van pag. 9) Er wordt wat afgesnoept. Nee, dan bij van Dellen op de Oos tersingel vroeger. Voor een nutske gelukstoffee kocht ik dan. Dan kreeg je een kleffe toffee, met onder het papiertje (soms) een klein briefke met de mededeling dat je nóg een tof fee had gewonnen. Duumke- drop, wit-op-zwart, zoethout, veterdrop van Dellen had die zaken in overvloed. Het was een piepklein winkeltsje. Hij, met een langè slordige grij zende baard, ouwe vette hoed op. Zij, met een zwarte stippel- tjesschort voor, 't haar op een knoedel, weinig tanden in de mond. Een spichtige dochter. En zo kom je via V. en D. bij van Dellen terecht! Maar, ik had een fijn nostalgisch uitstap je door mien ouwe stad. En geen parkeerprobleem meer. Dat tunneltsje achter 't station is een uutkomst. Tenminste als je aan de "Huizumerkant" woont. Hoe zal het onze kleinkinderen vergaan als ze in 2000 - zo veel óók zo door de stad dwa len? "Hier was vroeger een dis cotheek" of: "hier was vroeger een grote parkeerplaats en een tunneltsje voor al die mensen met een autoMien opa vond dat al so'n prachtige op lossing om in de stad te kom men. Toen hadden ze nog gien roltrottoirs en een ondergronds metro-net Baarle Nassau, Marten W. Sytsema. Onze stadgenoot Karst Leem burg, een sterke kolensjouwer van negen en dertig jaar, werd de verrassende winnaar van de Elfstedentocht van 1929. Elf jaar later deed hij nog eens als toerrijder aan de tocht mee, sa men met de legendarische Coen de Koning, die winnaar was geweest in de Elfsteden tochtenvan 1912 en 1917. Deze maal was er voor beide heren minder succes wegge legd: zij zagen nu geen kans schaatsend het eindpunt te be reiken. Na de tocht werd Karst Leem burg door journalisten gevraagd wat hij dacht van de vijf eerst- aankomende wedstrijdrijders, die besloten hadden gelijktijdig te finishen en die ook allen de grote gouden medaille kregen van de eerste prijs. Welnu, de krasse Karst had er geen goed woord voor over. "Waar blijft op deze manier het respect voor de gouden medail le?" zo vroeg hij zich af. "Ver sta mij wel, ik misgun die eer ste prijs geen van die jongens, maar waar moet het heen als straks een ploeg van tien of twintig rijders, die aan kop lig gen, het in hun hoofd halen, gezamenlijk binnen te komen? Moeten die allemaal een gou den medaille hebben? Nee, Coen de Koning en ik kunnen tenminste trots zijn op onze on derscheidingen". Zestien jaar na het uiten van deze woorden moest Karst Leemburg er getuige van zijn, dat er tóch nog eens vijf rijders samen over de eindstreep zou den gaan. Zij herinnerden zich blijkbaar de wijze woorden van de winnaar van '29 niet. Maar - en dat zal onze stadge noot genoegen hebben gedaan - ditmaal kende het Elfsteden- bestuur de eerstaankomenden geen prijzen toe. stond de Waag aan de Nieuwe- stad op een andere plaats dan nu. Niet dat het huidige ge bouw zich ergens anders be vond, maar een voorganger van wat we nu kennen als de Oude Waag stond een dertig meter verderop, vlak bij de Tontjespijp en tegenover de Sint Jacobspoort, die de stad eens op dit punt van de buiten wereld afsloot - ongeveer op de plaats dus, waar nu tele fooncellen staan. Maar dat is wel lang geleden, want nog voor 1600 werd "onze" Waag gebouwd, omdat het oude ge bouwtje zich door de snel ont wikkelende handel tenslotte te klein bleek te zijn. Op een punt, dat als standplaats voor de Waag geschikter werd geacht - pal tegenover de Ee, die hier op het water van de Nieuwe- stad uitkwam, begon men in 1595 met de bouw en drie jaar later moet het nieuwe Waagge bouw zijn voltooid, want een gedenksteen' in de muur geeft dit jaartal aan. "Leeuwarder Ossenmarkt" staat er op de achterzijde van deze door A. G. van Agtmaal te Baarn uitgegeven prentbrief kaart. Maar hoe kwam die man nu in vredesnaam aan die aanduiding "Ossenmarkt?" Leeuwarden kent wel een Ossekop, maar geen Ossenmarkt. We zien hier de Brolspijp met op de achtergrond de huizen van de Kelders. Links een stukje van de Groentemarkt, rechts een stukje van de Berlikumermarkt. Toen de fotograaf de opname maakte, liet geen auto of fiets zich zien. Het zijn alleen een paar voetgangers, die het stadsbeeld stofferen.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1990 | | pagina 13