MIJN JEUGDJAREN IN
DE OUDE BINNENSTAD
WAT EEN
TUMULT
■T KLEINE KRANTSJE
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 13
Het Café Neuf aan de Voor
streek bij de Koningspijp was,
zoals onlangs in 't Kleine
Krantsje al werd verteld, in de
twintiger en dertiger jaren een
zaak, die vooral werd bezocht
door de katholieke bevolking
van Leeuwarden. De bezoekers
gingen er vaak op de zondag
na de Heilige Mis van tien uur
in de Paterskerk en de Bonifati-
uskerk naar toe.
Dan werd er natuurlijk over al
lerlei dingen gebabbeld, zoals
over de zakenwereld en niet te
vergeten over de politiek. Na
het gebruikelijke kopje koffie bij
binnenkomst bleven de kelen
beslist niet droog: er gingen ge
woonlijk heel wat borreltjes en
pilsjes naar binnen.
Intussen legden velen er een
kaartje, terwijl anderen er aan
het biljarten waren - er heerste
Het café Neuf aan dë Voor
streek, vlak bij de Konings
straat.
altijd in de drukke zaak een
heel gezellige sfeer.
Boven het café was een lokaal,
waar onder andere vergaderin
gen werden gehouden. Naast
die ruimte was de keuken met
daarnaast de woonkamer van
de familie Westra, door wie het
café werd geëxploiteerd. Het
gezin bestond uit vader, moe
der, dochter Annie en zoon
Toon. Het waren prettige luit
jes.
Toon was inderdaad een prima
pianist en hij had een prachtige
stem. We hebben menig solo
nummertje van hem gehoord.
Daar ik zelf bevriend was met
Toon kwam ik nogal eens het
café Neuf binnenwippen. Me
vrouw Westra was dan in de
keuken druk bezig met het bak
ken van een spiegelei of met
het frituren van bitterballen.
Ook bevriend met de familie
Westra was Pater Strijbosch
van de Dominicanerkerk uit de
Speelmansstraat. Die ging ook
zondags na de Heilige Mis als
vriend naar café Neuf, maar hij
ging dan naar boven naar de
familie. Daar liet hij zich zijn
borreltje met de bitterballen
goed smaken. Ik zie hem nog
zitten, alsof het gister was, bla
zend met het balletje in z'n
mond en genietend van het
neutje.
Naast het café had je aan de
ene kant de tapijtenzaak van
Slauerhoff en aan de andere
kant het sigaren- en sigaretten-
winkeltje van Pinkie Duimpje,
zoals wij hem noemden -
Veenstra was zijn werkelijke
naam.
Dat zeer smalle winkeltje leek
wel aan het café Neuf Vastge
plakt. Om klanten te trekken
had Pinkie buiten z'n pandje
een luidspreker hangen. Zo kon
je op straat het voetbalgebeu-
ren volgen. Dat was ook het
geval op de Kelders bij de siga
renzaak van Schierbeek.
Een paar jaar na de eerste we
reldoorlog brak er hondsdolheid
uit en toen moesten alle, maar
dan ook alle honden een muil
korf dragen; dat was niet leuk
voor de dieren.
In diezelfde tijd kwam een
Leeuwarder jongen uit het
Franse Nice naar zijn geboorte
stad terug. Dat was Jules Jur-
res, die hier zijn familie weer
eens wou bezoeken. Zijn ou
ders woonden in de Grote
Hoogstraat naast de slagerij
van De Vries. Zijn broer Willem
woonde in die tijd in een bo
venhuis aan de Prins Hendrik
straat, hoek Zaailand tegenover
het café Buis.
Met de kinderen van Willem
mocht ik met de open auto van
Jules, een groene Renault, een
ritje maken door de stad. We
kwamen via de Eewal en het
Gouverneursplein in de Sint Ja-
cobsstraat langs het politiebu
reau en daar, bij zijn woonhuis,
stond de bekende commissaris
Wesser.
Die zag aan de kentekenplaat,
dat de auto uit het buitenland
kwam en dat was een unicum
in die tijd. Plotseling begon zijn
grote zwarte snor te trillen en
wij zagen, dat hij opgewonden
de mensen om hem heen at
tendeerde op die auto uit het
buitenland. Gewoon van aan
doening sprong hij wel een me
ter omhoog. Dit voorval zal ik
nooit vergeten.
In die tijd hadden we ook een
buurtvriendenclub, zo zou je
het wel kunnen noemen. Als
we vrij waren, na schooltijd en
op woensdag en zaterdagmid
dag, konden ze ons, binnen
stadsjongens, bij goed weer, al
tijd vinden op het Hofplein.
Enkele namen? Piet ten Velt
huis, Jensma, de jongens van
Delea, o.a. Tieno, Jopie Kailer,
Theo Hofstede, Siep ter Horst.
Eén spelletje deden we heel
graag. Dat was het, bij de ou
deren zo bekende "Schipper,
mag ik overvaren?" Het was
dan rennen van de ene kant
van de straat naar de andere,
tot de hoge stoep van het poli
tiebureau.
Maar kwamen we in het vuur
van ons spel per ongeluk in de
ruimte vlak voor de deur van
het huis van de Commissaris
van de Koningin, Baron van
Harinxma thoe Slooten, dan
kwam er prompt een politieman
uit het bureau om ons daar su
biet vandaan te jagen.
Breda
S. F. Ter Horst
Het oude Gouverneursplein met links het statige huis van de Gouverneur, ofwel de Commissaris der
Koningin, Mr. P. A. van Harinxma thoe Slooten.
Wat een tumult op die zondag
middag in het begin van sep
tember 1939 op de Zuider-
grachtswal tegenover de
strafgevangenis! Plotseling lie
pen daar allemaal mensen te
hoop, omdat er kennelijk in het
sombere gevangenisgebouw
wat bijzonders was te doen. Er
klonken vanuit een van de cel
len op de zuidwestelijke hoek
van het gebouw schelle kreten
tot de buitenwereld door, glas
gerinkel verried, dat er ruiten
sneuvelden en zelfs werden er
schoten gehoord.
Sommigen onder de nieuwsgie
rige toeschouwers en toehoor
ders meenden, dat er Duits ge
sproken werd en dat iemand
minutenlang verkondigde, dat
hij zou worden vermoord.
Dit alles bracht het gerucht op
gang, dat "de Duitsers scho
ten" en, nauwelijks een week
na de inval van de Duitse troe
pen in Polen, waren er inder
daad mensen, die vreesden,
dat ook voor ons de Duitse
rampspoed al was gekomen.
Maar even onverwacht als de
storm in de gevangenis opstak,
ging ze ook weer liggen: blijk
baar had het gevangenisperso
neel de recalcitrante gevange
ne overmeesterd en van het
ene op het andere moment
werd er geen enkel geluid meer
gehoord.
Zodat het gerucht van de
schietende Duitsers toch geen
levensvatbaarheid bleek te
hebben; iedereen begreep al
gauw, dat dit op niets sloeg.
Maar zie: acht maanden later
keerde het gerucht terug en
toen, op die tiende mei 1940,
bleek het toch maar al te waar
te zijn
De publicist Gerard van Wage-
ningen, "de slotheer" van de
oude Dekema State in Jelsum,
verraste ons met een kleine
collectie portretfotootjes uit een
ver verleden tijd. Het waren
producten van photografen uit
Amsterdam, Alkmaar en Zaan
dam, maar ook van oud stad
genoten, die ooit in Leeuwar
den werkzaam waren.
Zo was er een portretje bij van
een streng kijkende heer met
snor, die, wie weet hoe lang
geleden, poseerde voor "de
Hofphotograaf" C. B. Boersrfla,
die aan de Willemskade woon
de op nummer F 12, "het twee
de huis vanaf de hoek van de
Prins Hendrikstraat". En ook
een foto van een gelukkige
moeder met een kind, gemaakt
door Th. M. Staas van de firma
E. Fuchs, die ook al aan de
Willemskade zat, maar dan aan
de andere kant, aan de zuidzij
de op nummer 285. En die,
merkwaardig genoeg, ook al
Hofleverancier was: "Photo-
graaf van Z. M. den Koning der
Nederlanden".
Het aardigste plaatjein deze
kleine verzameling was dat van
een jonge dame - dat drukken
wij hierbij af. Een kostelijke af
beelding, dachten we zo, af
komstig van het fotografisch
Atelier "Prinses" uit de Kalver-
straat in Amsterdam.
De foto is tekenend voor de
"goeie ouwe tijd": de dame
staat heel zedig met een roosje
in de hand bij een tafeltje,
waarop een opengeslagen
boek met daarop ook weer een
rozetakje. Er is geen fotograaf,
die in deze tijd nog zo'n zoetig
plaatje zou maken.
Wie deze stevig uitgevallen
dame is weten we niet en dat
zullen we ook wel nooit te we
ten komen. Zoals die rozen zal
ook zij intussen al lang zijn ver
welkt. En wat er op de achter
kant van deze portretfoto staat
is natuurlijk gewoon niet waar:
"De clichés blijven voor nabe
stellingen bewaard". Bij wie en
hoe lang dan wel?
De heer Van Wageningen, die
ons deze foto's dus toezond en
die eens heel goed was be
vriend met de van oorsprong
Leeuwarder detectiveschrijver
Hendrik van der Kallen, alias
Havank," meldde ons ook nog,
dat binnen afzienbare tijd van
zijn hand een boekwerkje zal
verschijnen met brieven en na
gelaten, nog niet eerder gepu
bliceerd werk van deze nu al
weer zes en twintig jaar
geleden overleden Havank.