RAVAGE OP ONS VLIEGVELD NA GROOT BOMBARDEMENT DIT GROOTMOEDERS ANSICHTENALBUM AANVAL MITCHELL VLIEGTUIGEN pagina 11 Dit is de vijfde aflevering van een verhaat over het werken op het Leeuwarder Vliegveld in de laatste Wereldoorlog. Op hel kantoor kreeg ik eens opdracht wat etiketten voor het magazijn te schrijven. Ik had daarvoor een speciale pen be schikbaar en ik vond het wel mooi werk; je kreeg er de tijd tenminste voor. Hoewel: het werd al gauw zo, dat je de klok er op gelijk kon zetten - 's mor gens om half tien ging het luchtalarm en dan moesten de kasten dicht. Die pauzes duur den ons nooitte lang. GESCHIKTE SOLDAAT Nu was in dat gebouw ook de fotodienst gevestigd en die werd bemand door een ge schikte söldaat. Twee dagen na het grote bombardement, waar over ik eerder schreef en dat, zoals we van de Engelse zen der hoorden, met vijf en zeven tig tweemotorige Mitchellbom- menwerpers door Hollandse piloten was uitgevoerd, kwam die fotoman bij mij. Hij had mij wel met de tekenpen aan het werk gezien en hij legde nu twee grote luchtfoto's van wel vijftig bij vijftig centimeter voor me neer met het verzoek daar met flinke letters "Flugplatz Leeuwarden" boven te zetten. Hij was zeker niet van plan er op te wachten en liep dus weg. Met grote verbazing bezag ik de foto's en ik ontdekte, dat het gebombardeerde vliegveld er op stond, een kwartier na de aanval genomen door de Dor- nier, waarover ik ook al schreef. Nu is een van mijn hobby's kaartlezen en het laat zich denken, dat ik er de tijd voor nam om de ravage goed in me op te nemen. Je zag meer bomkraters, dan ongeschonden stukken vlieg veld. In tien minuten moeten ze zo'n twaalfhonderd bommen op het vliegveld gesmeten hebben, vooral op de start- en de rolba- nen. Ook gebouwen waren ver nield en uitgebrand. Na een paar uur kwam de foto man de boel weer ophalen en dat zag de- Inspektor. Die vond het maar niks, dat ik daar als Hollander mee bezig was, maar de fotoman, een Feldwebel, wuifde zijn bezwaren weg. De boel lag dus in puin en er kon niet gevlogen worden. Wel rukten er mensen aan om nog te redden wat er te redden was, onder andere een afdeling van de Arbeidsdienst, maar het bleef een puinhoop. Vooral de drainage was vernield en daar kregen ze later steeds meer last van, ook al omdat er steeds vaker werd gebombar deerd. De gaten werden dicht gegooid en dan maar wat be straat. Asfalt en beton was er niet meer. De baas werd nu ook bang voor zijn winkeltje en de maga zijnen verhuisden naar de Sne- kertrekweg in een gebouw van de Brandstoffenhandel Siebes- maen Prins. Aan het Schapendijkje hadden we, zoals ik al schreef, een mooi uitzicht aan de voorkant van ons kantoor en er ontging ons niet veel van wat er op de weg gebeurde. Op een keer kwam er een piatte paardenwa- gén aan; de voerman Niemen dal liep er naast. Op de wagen stonden drie hele simpele lijk kisten met niets er overheen. DESCHEERBAAS Er achter liep iemand van de Feldgendarmerie, een vent met zo'n metalen plaat op de borst en een ketting om de hals. "De scheerbaas" zeiden we tegen elkaar wanneer we zo'n kerel zagen en dat gebeurde steeds vaker. De militaire uitvaarten verliepen nu heel wat minder plechtig dan vroeger. In de eerste jaren fietste ik wel eens in een grote cirkel om het vliegveld heen en zag dan, dat het bij alle in- en uitgangen be waakt werd door wachtposten. Maar door gebrek aan mensen kwam er eerst prikkeldraad en kwamen er later ook mijnenvel den voor in de plaats; eerst al leen om het vliegveld, later om de hele stad heen. In het zui den lagen ze ongeveer ter plaatse waar nu het Van Ha- rinxmakanaal loopt. Die mijnen zouden de laatste maanden van de oorlog nog mensenlevens kosten. Het wa ren veelal cementpotten, ter grootte van een jampot, gevuld met staalsplinters en voorzien van een ontsteker, waaraan een "struikeldraad", die on zichtbaar in het gras lag. Ook werden er hier en daar in de oude bolwerken in de stad be tonnen mitrailleurposten ge maakt. Van een soldaat hoorde ik, dat er bovendien een spe ciale Italiaanse springploeg was gedetacheerd. Experts op het gebied van vernielen De heren waren dus aanvanke lijk niet van plan het vliegveld en Leeuwarden zonder slag of stoot over te geven. Het leek niet zo mooi voor de stad. Eens zag ik ze bij een draai brug bezig - de brug was daar toe opengedraaid en ze beke ken hoe de zaak in eikaar zat. Toen het vliegveld in de loop van '44 steeds vaker werd ge bombardeerd en daardoor practisch onbruikbaar werd, werd het als basis opgeheven en aanvankelijk alleen nog ge bruikt voor het demonteren van zwaar beschadigde toestellen, die Leeuwarden nog op het nippertje hadden kunnen berei ken. Voor deze sloperij werd hier een sloopploeg geplaatst, die uit vrouwen bestond. En toen kwam de Dolle Dins dag. De hele Wehrmacht lag in On macht. We kwamen 's morgens op kantoor en moesten onmid dellijk beginnen alle kaarten uit de bakken te halen en deze werden met meer paperassen en instructieboeken achter het gebouw in een grote kuil ge smeten. In de namiddag ver scheen er een militaire brand weerman met brandbommen, bestemd voor het Uur U om de hele boel te verbranden. Maar het Uur U werd nog een half jaar uitgesteld, omdat het mis ging met de oorlog bij Arnhem. Dus werd na een paar dagen de hele papierwinkel weer uit de kuil gehaald en iedereen moest helpen om de zaak weer op poten te zetten. Ik herinner me, dat er zelfs een vliegeroffi cier aan meedeed. Het gezwets was niet van de lucht, toen ze van de schrik bekomen waren. Maar voor ons was het een zuur karweitje. Ook de instructieboeken moes ten weer in de kasten terug. Na een paar dagen vond de be heerder, een oude gremietige soldaat, het toch beter om zijn handel in kisten te verpakken; ik mocht hem daarbij helpen. Het waren prachtig ingebonden boeken met mooi papier en veel foto's en tekeningen, van alles en nog wat over de oor log. Die oorlog ging dus nog wel even door en omdat de soldaat vaak op de zweef was, kon ik me best vermaken met het sneupen in tal vanboeken. Er waren ook boeken bij over Ge neraal Rommel. Over zijn glo rieuze intocht in Afrika wel te verstaan; niet over zijn uittocht daar. De soldaten werd in die boeken o.a. gewaarschuwd voor het te veel zonnebaden in de tropenzon. Ook werd ze ge wezen op de lange kleding en de hoofdbedekking van de Ara bieren. BOEKEN Boeken over de oorlog in Rus land waren er ook, met bijvoor beeld de felle strijd tegen be vriezing van stoomlocomotieven tijdens de Russische winters met zo'n twintig tot vijf en dertig graden vorst. Daarop waren de Duitse Spoorwegen niet ingesteld. Alle vitale delen en leidingen waren omtimmerd met kistjes en krat ten, die men had opgevuld met alles wat maar enigszins iso leerde. Over vliegtuigen ontdekte ik in die boeken ook nog een merk waardige zaak. Er werden in Rusland Junkers vliegtuigen gebruikt, bewapend met mitrail leurs en twee centimeter ka nonnen. Daar konden ze blijk baar niet meer mee vooruit en daarom begonnen ze de bewa pening op te voeren naar vier en zes en zelfs naar acht centi meter kanonnen. Er stond bij, dat het toestel na het lossen van zo'n zwaar schot grondig nagezien moest worden, van wege de verschrikkelijke terug stoot. Leeuwarden G. Brinck "Zwembad Groote Wielen Leeuwarden" staat er op de voorzijde van deze kaart, die ons verder ten aanzien van de uitgever geheel in het ongewisse laat: de achterzijde van deze foto uit Grootmoeders Ansichtenalbum is volslagen blanco. Hoeveel, nu al wat oudere Leeuwarders, zouden er wel niet plezierige herinneringen bewaren aan dit bad onder de rook van de stad? In een tijd, die nog niet zoveel vermaaksmogelijkheden kende, was het zwembad De Groote Wielen bij de jeugd van Leeuwarden erg in trek.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1990 | | pagina 11