*T KLEINE KRANTSJE
VAIEIIA LECVARDIA
fö^peüev
o PAN
Uwêéi sQ&f
er voor
doorFenno Schoustra
Bekende
Nederlanders
Chinees aan de lijn
Bijenkorf en Sinkel
MANUFACTUREN VOORSTREEK 31
AcuwktaoSS 1
Slagzinnen
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 7
Bekende Nederlanders, die in
Leeuwarden het levenslicht za
gen? Wel, Gerrit Benner bij
voorbeeld, de kunstschilder. Hij
kan beschouwd worden als een
van de belangrijkste naoorlogse
schilders in ons land.
Gerrit Benner werd hier gebo
ren op de 31e juli 1897. Langer
dan vijftig jaar heeft hij in Leeu
warden gewoond, maar in die
tijd heeft hij het niet altijd ge
makkelijk gehad. Na een faillis
sement in 1937 stak hij de
brand in al zijn gemaakte schil
derstukken.
In 1953, toen hij dus al tegen
de zestig liep, verhuisde hij
naar Amsterdam en het was
daar dat hij zijn naam en faam
als beeldend kunstenaar pas
goed vestigde. Achttien jaar la
ter keerde hij weer naar Fries
land terug. De laatste jaren van
z'n leven woonde hij in Nijemir-
dum, waar hij op de 19e no
vember 1981 overleed.
Nog niet zo lang geleden is het
werk van Benner te bewonde
ren geweest tijdens een grote
overzichtstentoonstelling in ons
Fries Museum.
Nóg een bekende 'Leeuwarder'
Nederlander, maar dan van
een geheel ander niveau?
Tja. Max Blokzijl, de landver
rader. Na de Tweede Wereld
oorlog ter dood veroordeeld en
geëxecuteerd.
Max Blokzijl zag in Leeuwarden
het levenslicht op de 20e de
cember 1884. Hij was de zoon
van een beroepsmilitair, die
toevallig tijdelijk in de Friese
hoofdstad woonde.
In mei '85, toen de kleine Max
dus nog geen jaar was, ver
huisde het gezin Blokzijl naar
Kampen, om hier niet meer te
rug te keren. We kunnen dan
ook wel zeggen dat de stad
Leeuwarden voor de toekomsti
ge landverrader van geen bij
zondere betekenis is geweest.
Max Blokzijl, voor de oorlog
journalist in Berlijn, sloot zich in
'35 aan bij de NSB. Zes jaar
later, toen we al zuchtten onder
het juk van de Duitsers, begon
hij met zijn beruchte radiopraat
jes: "Ik was er zelf bij". Daarna
volgden zijn "Politieke Week-
praatjes" en volgde ook zijn ge
bazel onder de titel "Brandende
kwesties".
Kortom, Max Blokzijl werd de
meest vooraanstaande propa
gandist van het nationaal socia
lisme in Nederland. Na de oor
log werd hij dus berecht en hij
trof het niet, dat dit al vrij snel
gebeurde. Nu kreeg hij vlot de
kogel, en dat zou, bij een iets
latere berechting, zeker niet
zijn gebeurd'. Alzo: pech ge
had.
Een vroegere directeur van de
Fryske Akademy was een dr.
W. Kok. Dat was een echte
stamboek Fries. Hij sprak dus
ook de mooie taal van dit land,
altijd en overal.
Het was in de tijd, dat het dag
blad Het Vrije Volk nog gloreer-
de en in alle hoeken en gaten
van het vaderland aparte edi
ties had. Dus ook in Friesland
en eens geviel het, dat een re
dacteur van deze Friese editie,
Ad Koolwijk was de naam,
deze meneer Kok even nodig
had.
Dus draaide de journalist het
nummer van de Fryske Akade
my en vroeg hij naar de direc
teur. Even bleef het stil in de
draad en toen, plotseling, klonk
er een zeer scherp en haastig
Kunstschilder Gerrit Benner
uitgesproken: "Mei Kok, mei
hwa?"
De nog niet zo lang in Leeu
warden werkende verslagge
ver, die niet wist wat hij hoorde,
stamelde: "Oh pardon, ver
keerd verbonden" om onmid
dellijk daarna tegen zijn colle
ga's op te merken: "Ik had daar
verdorie een Chinees aan de
lijn!"
Eerst bij de derde poging drong
het tot Koolwijk door, dat hij
toch wel degelijk te maken had
met de heer Kok him self en
niet met de uitbater van een
van onze Chinese restau
rants.
"De Bijenkorf" in Amsterdam -
dat is, als je het mij vraagt, niet
alleen het grootste kooppaleis
in de hoofdstad van ons land,
maar ook het meest bekende
winkelbedrijf in Nederland. Wie
heeft daar nog nooit een voet
over de drempel gezet, wie
heeft er nog nooit van ge
hoord? Weinig "provincialen"
zullen tijdens een dagje-Am
sterdam De Bijenkorf over
slaan; er is, net als in de vroe
gere "Winkel van Sinkel"
immers van alles te koop, er is
ook van alles te zien.
Wist u, dat onze goede stad
Leeuwarden ooit ook een Bijen
korf heeft gehad? Bij het neu
zen in de grote verzameling
"Leeuwarder advertenties", die
't Kleine Krantsje in de loop der
jaren heeft opgebouwd, trof ik
tot mijn verrassing een annon
ce aan van "De Bijenkorf". Het
is een advertentie uit het jaar
1923 en hieruit bleek, dat we
deze zaak toen moesten vin
den in het pand Voorstreek
nummer 223, dat is nu Voor
streek nummer 25, het hoek
huis van de Eewal, waar al
weer jaren en jaren "De Faam"
gevestigd is.
Deze Leeuwarder Bijenkorf, die
in de verste verte niet de allure
van de Amsterdamse Bijenkorf
kan hebben gehad, adverteer
de toen met "Linnen hoedjes
en zuidwesters, grootste sor
teering, laagste prijzen". Het
bedrijf kon desgewenst ook ge
beld worden - het was telefo
nisch aangesloten onder num
mer 286.
Hoe lang de Leeuwarder Bijen
korf heeft bestaan weet ik niet
- van de hele onderneming kan
ik verder geen waar woord
meer zeggen. Maar misschien
zijn er lezers, die zich deze
zaak nog herinneren of die er,
je weet het maar nooit, zelf nog
bij betrokken waren.
Tussen neus en lippen door
noemde ik al even de naam
van het winkelbedrijf, dat in een
grijs verleden heel erg bekend
is geweest, de Winkel van Sin
kel. Wat de Bijenkorf nu is, dat
was de Winkel van Sinkel toen:
daar was, zei men, gewoon "al
les te koop".
De broers Anton, Herman en
Joseph Sinkel waren onderne
mende knapen, die omstreeks
1820 als "lapkepoepen" vanuit
het Duitse Cloppenburg naar
Nederland kwamen. Zij vestig-
U ctMijrt WtUl
spa/v
ïum-n;
ISEUVtMOW *1:6817
den zich in Amsterdam, waar
hun "Affaire in Wollen, Catoe-
nen en Zijden Manufacturen"
aan de Nieuwendijk al gauw
een grote bekendheid kreeg.
Ze bleven zich evenwel niet tot
manufacturen beperken en ver
kochten tenslotte alles, waar
maar handel in zat. Binnen tien
jaar na hun komst naar ons
land zaten ze ook al in Leeu
warden, maar eerst in 1843 be
gonnen ze de zaken hier heel
groots aan te pakken. Tussen
de Nieuwestad en het Fluiters
kwartier, langs de Oude
Lombardsteeg, waar ooit het
Hooghuis stond, verscheen
toen een voor Leeuwarder be
grippen enorm winkelbedrijf,
dat in 1845 met de nodige tam
tam geopend werd.
Tientallen jaren is deze Winkel
van Sinkel voor de Friezen een
begrip geweest en zoals er nu
velen zijn, die die Amsterdam
se Bijenkorf niet overslaan, zo
was het toen vanzelfsprekend
bij een bezoek aan Leeuwar
den ook even binnen te wippen
in de grote bazar aan de Nieu
westad.
Toch zou het succes van de
Winkel van Sinkel niet eeuwig
durend zijn en in 1892 kwam er
zelfs een eind aan het bestaan
van het zo geruchtmakende be
drijf in Leeuwarden. Maar nog
jaren later konden de populaire
versjes beluisterd worden, die
onze voorouders ooit aan de
Sinkels hadden gewijd: "In de
Winkel van Sinkel is van alles
te koop Hoeden en petten en
damescorsetten Doosjes pom
made en flesjes orgeade Drop
om te snoepen en pillen om te
poepen.
Toen ik onlangs herinneringen
ophaalde aan de moordende
concurrentieslag tussen de
Oosterstraat-winkeliers Wanda
en Woudstra, voor de Tweede
Wereldoorlog, is ook de slagzin
ter sprake gekomen, die de
strijdbare Anton Wanda dikwijls
in zijn advertenties bezigde:
"Wanda bezocht, koopjes ge
kocht".
Maar deze middenstander was
bepaald niet de enige die in
vroeger jaren graag met een
kernachtige tekst voor het voet
licht trad. Erg bekend werd ook
de slagzin, die de exploitant
van een technisch bedrijf aan
de Nieuwestad altijd bezigde.
Span heette die meneer en
wanneer hij met zijn "Inge
nieursbureau" adverteerde gaf
hij de lezers altijd de goede
raad: "Span Span er voor".
Een mooi gevonden kreet, die
hem eens door een toevallig
binnenlopende reclame-teke
naar zomaar werd aangereikt.
Een slagzin, die ook geen na
dere uitleg behoefde, was die
van een handelaar in schoe
nen: "Een Leewadder gaat foor
skünen naar Steeman oppe Tó
nen".
Even bekend werd de tekst, die
de fotohandelaar De Vries van
de Voorstreek in zijn adverten
ties bezigde: "In Leeuwarden
luidt het devies: voor foto's
naar Simon de Vries".
't Is wéér Kuipers!" met de
klemtoon op dat woordje
"weer", dat was de afsluiting
van iedere advertentie van de
meubelhandelaar Kuipers, die
eerst aan de Voorstreek zat,
maar die in 1953 naar de Nieu
westad verhuisde "naast P. S.
Bakker".
"Vijftig caféstoelen, spotprijs,
per stuk fl. 9,50 't Is wéér Kui
pers!" - "Zomerligstoelen vanaf
fl. 6,90 't Is wéér Kuipers!" -
"Vier stoelen, twee fauteuils fl.
95,- 't Is wéér Kuipers!"
En dan was er, in een tijd die
voorgoed achter ons ligt, ook
nog de handelaar in manufac
turen Elkan Speijer van de
Voorstreek, vlak bij de Korlma-
kerspijp.
"Alleen bij Speijer zó prima en
zó goedkoop!" kon hij uitroe
pen, maar de tekst waarmee hij
elke annonce in de krant af
sloot, luidde: "Bij Speijer is al
tijd wat!"