GEEN LOLLETJE IN DE NOR TE ZITTEN Uit grootmoeders ansichtenalbum "TKLEIHE KEAHTSJE KONINKLIJK BEZOEK WERKMANSLUST JOHAN HILARIUS TRAGEDIE BIJ LEKKUM IN VROEGER JAREN Kanaalbrug met Gevangenis, Leeuwarden. VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 8 Het lijkt er wel eens op, dat we leven in een tijd, waarin misdadi gers in de watten worden gelegd, zoals nog nooit eerder het geval is geweest. De maatschappij van nu staat in ieder geval heel anders tegenover de crimineel, dan de samenleving van vijftig of honderd jaar terug. Zullen velen toch geen vrede hebben met het huidige strafsysteem, zoals het ooit is geweest lijkt het ons zeker niet acceptabel toe. Eens is er in de strafgevange nis te Leeuwarden een man opgesloten geweest, die, waar schijnlijk als weinig anderen, de onbarmhartig harde hand van de toen nog heel erg wraak zuchtige Vrouwe Justitia heeft gevoeld. Dat zal geen brave broeder zijn geweest, want nadat hij al ver oordeeld was tot twintig jaar, kreeg hij daar nog een veroor deling van acht jaar gevange nisstraf boven op. Eerst verbleef hij in de gevan genis in Woerden, daarna, dat was in 1836, kwam hij in onze Leeuwarder gevangenis te recht. IN DE CEL Hij werd toen direct in de cel geplaatst en bleef daarin - het is nu nauwelijks meer te gelo ven - negentien achtereenvol gende jaren! De eerste negen jaar bracht hij zelfs in dit hokje door, zonder er ook maar een maal uit te komen. Daarna werd hem als grote gunst voor een periode van acht jaar toegestaan om zich een- of tweemaal per week naar de wandelplaats te bege ven om er even de benen te strekken. Pas toen mocht hij elke dag even uit zijn cel, wat voor deze beklagenswaardige figuur een hele opluchting moet zijn ge weest. In de cellulaire periode van de eerste negen jaar werd hij tweemaal ernstig ziek, maar ook onder deze omstandighe den werd hij niet uit zijn cel ge haald. Wel kreeg hij in de tijd van zijn ziekte gezelschap van twee lotgenoten, maar overi gens zat hij altijd alleen in de cel. Gedurende die lange celstraf bestond zijn enige ontspanning uit het lezen van boeken en elke zondag keek de catechisa- tiemeester even om de hoek van zijn enge verblijfplaats. Ook de commandant van de gevangenis moet wel eens eni ge belangstelling voor zijn ver blijfplaats hebben getoond; overigens kreeg hij nooit be zoek. Ja, toch wel: toen deze gevan gene hier al een en twintig jaar had gezeten werd hem een be zoek vereerd door een Inspec teur van het Gevangeniswezen, aan wie hij vertelde, dat een zo lange eenzame opsluiting "ver dovend" werkte. Hij bleek toen dan ook niet meer te kunnen praten, zoals dat vroeger wel het geval was geweest, en, naar hij zelf duidelijk maakte, was ook "het denkvermogen aangetast". Dan men ook in die tijd een dergelijke behandeling van een gevangene toch wel wat al te gortig vond, bleek uit de rap portage van de net genoemde inspecteur, die van Zijne Excel lentie de Minister van Justitie speciale aandacht vroeg voor dit ongehoorde geval. Twee jaar nadat Emma van Waldeck Pyrmont regentes was geworden voor haar dochtertje (koningin) Wilhelmina, be zochten moeder en dochter Leeuwarden. Het streven van Emma was erop gericht haar dochter "zo dicht mogelijk bij het volk te brengen". Emma werd "koningin-moeder" ge noemd. Deze foto werd in 1892 gemaakt bij een ontmoe ting met Leeuwarders bij "Werkmanslust". Een tragedie in de tijd van de Tweede Wereldoorlog, die met de oorlog zelf niets te maken had: dat is het drama geweest van de elfde juli negentieneen enveertig, waarbij twee jonge meisjes om het leven kwamen. De beide zusjes Hendrika en Aaltje de Geest, respectievelijk elf en tien jaar oud, vermaakten zich die dag met een onschul dig pootjebaden in het zoge naamde Lekkumerrak. Toen zij daar genoeg van kregen beslo ten ze in de Dokkumer Ee te water te gaan, hoewel geen van beiden de zwemkunst machtig was. De gevolgen waren verschrik kelijk. Op een gegeven moment verdwenen beide zusjes de diepte in. Wel werden de kinde ren spoedig weer op de wal ge bracht, maar alle pogingen het bewustzijn van de drenkelingen terug te brengen bleven vruch teloos. Groot was de verslagenheid bij het personeel en de kinderen van Practische Hulp, toen het droeve nieuws daar bekend werd gemaakt - het was in deze oprichting, dat de beide zusjes werden verpleegd. Na een langdurig ziekbed is de vorige maand in zijn woon plaats Deventer overleden onze oud stadgenoot, de heer J. Hi- larius. Johan Hilarius, oorspron kelijk werkzaam in de ouderlijke kantoorboekhandel in de Weérd, begon later zelf met het exploiteren van een dergelijk bedrijf in Deventer. Hier is hij vooral bekend gewor den als een zeer verdienstelijk en vooral ook zeer sportieve voetballer van het eerste elftal van Frisia, waarvoor hij vele ja ren heeft gespeeld. Het vorige jaar, toen hij al ern stig ziek was, schonken we in 't Kleine Krantsje nog aandacht aan de prachtige plakboeken, die Johan Hilarius in zijn lange sportloopbaan heeft aangelegd - hij was, voor wat de voetbal geschiedenis van Frisia betreft, leen aartsverzamelaar. Johan Hilarius is acht en zestig jaar geworden. De firma L. Cohen van de Kelders is in de twintiger jaren de uitgeefster geweest van deze prentbriefkaart, die later in Grootmoeders Ansichtenalbum is terechtgekomen. Hoewel de Eerste Kanaalbrug er nu nog net zo ligt als toen, ademt deze foto toch een geheel andere sfeer dan die we nu kennen. Trouwens, er is natuurlijk toch wel het een en ander veranderd sinds de fotograaf dit plaatje maakte, zoals de bebouwing rechts op de achtergrond. De jongens, die zich zo mooi bij dat handje hebben opgesteld, moeten, wanneer ze nog leven, al tegen de honderd lopen, maar de stoere politieman, een meneer De Leeuw, is er al lang niet meer.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1992 | | pagina 8