'T KLEINE KRANTS JE
HET GELD LAG OP STRAAT
De twintigste eeuw
in ons Leeuwarden
HET BEHOUDEN TELEFOONKANTOOR
IN TWINTIGER JAREN
NIEMAND ER
MEEVANDOOR
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 8
Stel je nou toch eens voor: ie
mand laat op de Nieuwestad,
midden op de Langepijp nog
wel, per ongeluk een zak met
tweehonderd rijksdaalders val
len. De zak klapt tegen de
gronqi en de munten vliegen alle
kanten uit. Voorbijgangers, die
het zien, schieten als raven toe
om de rijksdaalders op te pak
ken. Met hoeveel rijksdaalders
op zak zou de verliezer uitein
delijk terugkeren naar huis?
WERKELIJK GEBEURD
Het lijkt allemaal fantastisch,
wat we hier zo beschrijven,
maar.dit is werkelijk ge
beurd! In 1920 moest de jong
ste bediende van de Nationale
Bankvereeniging, die toen ge
vestigd was aan de Wirdumer-
dijk, met een briefje van dui
zend op zak, zilvergeld halen
bij de Nederlandse Bank aan
de Eewal.
Hij kreeg een zak met vijfhon
derd guldens en een zak met
tweehonderd rijksdaalders mee
terug. Daarmee ging hij op de
fiets via de Weerd naar de
Nieuwestad om vandaar naar
zijn bank op de Wirdumerdijk te
rijden.
Maar midden op de Langepijp
maakte hij een wonderlijke ma
noeuvre, waardoor hem beide
zakken, die hij in één hand
hield, ontglippen. De zakken
vielen op de grond, waarbij die
met de guldens heel bleef en
die met de rijksdaalders open
barstte.
EERLIJKE VINDERS
De munten rolden nu inderdaad
alle kanten op, waarna ver
scheidene voorbijgangers toe
schoten om ze op te rapen. De
eerlijke vinders brachten de
rijksdaalders daarop naar de
verliezer terug en tenslotte
kreeg die alle tweehonderd
geldstukken weer in zijn bezit.
Dit alles is dus niet nu, maar -
we schreven het al - in 1920
gebeurd. In het gemoedelijke
Leeuwarden van toen.
(Vervolg van pagina 6)
ter en de andere Duitsers afge
leid door een kind van een jaar
of vier, een krullebol.
Ze zeiden wat tegen het kind
en op dat ogenblik stapte onze
collega op z'n fiets en kwam
ongehinderd en niet gecontro
leerd door de versperring.
Op zaterdagmorgen moest de
achterblijver, onze specialist in
het afluisteren van Duitse tele
foonlijnen, ook naar huis. Hij
nam afscheid en vroeg, omdat
hij spoedig zou gaan trouwen,
twee grijze dekens van de Duit
sers te mogen meenemen. Hij
had ze al opgevouwen.
't Was natuurlijk in orde en hij
slingerde het pakket, bedrukt
met grote hakenkruizen, over
de schouder en vertrok. Op de
Tweebaksmarkt stond al een
van zijn collega's te wachten
en samen gingen ze naar een
afgesproken adres.
Daar werden de dekens uitge
pakt: ze bevatten de volledige
hoeveelheid apparatuur bezet-
tingsboeken van het versterker
station, benevens alle sleutels
van het gebouw, inclusief die
van de benzinekluis van het
noodstroomaggregaat.
Toen we de volgende zondag
morgen op kantoor kwamen za
gen we welk een ravage de
Duitsers intussen hadden aan
gericht. Met ijzeren buizen en
stangen had de vernieti-
gingsgroep, kennelijk woedend,
omdat ze het gebouw niet tot
ontploffing had kunnen
brengen, versterkers- en draag-
golfapparatuur in elkaar gesla
gen. De stalen deur van de
benzinekluis was ontzet, maar
die hadden ze toch niet open
kunnen krijgen. En overal ver
spreid lagen onze imitatieblok
jes met afgescheurde ze
gels.
Er bleek, op deze dag, waarop
Leeuwarden officieel werd be
vrijd, voor ons heel wat werk
aan de winkel te zijn. En ook
op de volgende dag. Toen
haalden twee geallieerde mili
tairen in verschillende ritten
met hun "Jeep" voor ons de
nodige versterkersapparatuur
op uit Dronrijp. Deze appara
tuur hadden we in de loop der
tijd achterovergedrukt en daar
opgeslagen in een niet meer in
gebruik zijnd telefooncentrale
gebouwtje. Wij stonden er toen
zelf versteld van, wat daar alle
maal bijeengebracht was. En
op de middag van deze dag
draaide bij ons het benzine-ag-
gregaat alweer.
Tenslotte bleek er nog een
aantal onbeschadigde trotyl-
blokjes te zijn. Deze werden
verdeeld onder Prins Bernhard,
commandant van de Binnen
landse Strijdkrachten, het Post-
museum en de medewerkers
aan dit project. Later is er ook
nog een blokje naar het Fries
Verzetsmuseum gegaan - daar
is dat nu nog te bezichtigen.
Alzo: het Duitse vernietigings
detachement is op die kritieke
momenten voor onze bevrijding
nooit aan het drukken op de
knop toegekomen.
Leeuwarden
Gepensioneerd P.T.T.er H.
IfeS*r:
Het oude Leeuwarden, dat verdween. Op deze foto, van de Oldehove af gemaakt, zien we
de vroegere Vrouwenpoortsbrug, een zeslingzuster van de Eerste Kanaalsbrug, die nog
altijd bestaat. Dit, zo op het oog wel heel smalle draaibruggetje, werd in 1871 gelegd. In
1934 moest het plaatsmaken voorde veel royalere klapbrug, die we nu nog kennen.
De Ambachtsschool bestaat vijftig jaar. Een aantal oud-leerlingen
neemt het initiatief tot het oprichten van de V.O.L.A., de Vereni
ging Oud Leerlingen Leeuwarder Ambachtsschool. De nieuwe ver
eniging stelt zich ten doel een band te vormen tussen de oud
leerlingen, de verdere ontwikkeling van de oud-leerlingen te
bevorderen en de belangen van het nijverheidsonderwijs in het
'blgemeen te behartigen (1930).
Er is een "Attractiedag" in het Parkherstellingsoord aan Achter de
Hoven. Tal van artisten treden er voor de jeugdige patiëntjes op.
Die mogen er na afloop een opstel over maken. De kleine Sipke
Jan van de buitenschool doet dat ook. Hij zet het volgende verhaal
op papier: "Het was feest in het Park. Er was ook een goochelaar.
Die kon goochelen. En een man kon een vrouw optillen. Einde"
(1949).
Wanneer het Frysk Orkest z'n tweede lustrum viert, organiseren
de Comité's "Vrienden van het Frysk Orkest" en "Een open doek
je voor het Frysk Orkest" een actie, waarbij de gehele bevolking
van Friesland wordt betrokken. De actie duurt een half jaar, waar
na aan het orkestbestuur een bedrag van meer dan honderdtwin
tig duizend gulden kan worden aangeboden (1956).
Douwe Andries Bijlsma, beter bekend als "De Boeienkoning",
komt te overlijden. Hij werd twee en zeventig jaar oud. Hij noemde
zich de oudste acrobaat van Nederland en hij bleef tot zijn overlij
den actief. Heel veel Leeuwarders hebben hem weten te waarde
ren als een rasartist-van-de-straat (1966).
De Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten zoeken een veilige
schuilplaats voor het verbergen van wapens. Zij vinden die in een
onderaards lijkenhuis van het Hervormd Rusthuis aan de Grote
Kerkstraat. Er wordt, ongezien door de Duitse bezetters, een hoe
veelheid wapentuig naar binnengebracht, waarmee men rond drie
honderd strijders kan bewapenen 1944).
De Coöperatieve Condensfabriek Friesland bestaat vijftig jaar en
laat de oud Leeuwarder beeldhouwer Auke Hettema een beeld
vervaardigen van een Elfstedenrijder om dit aan de gemeente
Leeuwarden aan te bieden. Het zal een plaats krijgen bij de Fries
landhal aan de Heliconweg. Op een dag met zoveel graden dooi
en een striemende regen, wordt het door Reinier Paping, de win
naar van de tocht van '63, onthuld 1966).
Er komt een nieuw Post- en Telegraafkantoor aan de Tweebaks
markt. Veel oude panden tussen de Tweebaksmarkt, de Drieka-
mersteeg en de Galileërkerkstraat, moeten er plaats voor maken
(1904).
De slopers slaan een bijzonder gebouw in elkaar. Het is het
hoekhuis van Achter de Hoven en Zuidergrachtswal, waarin jaren
lang het beddenmagazijn van Wielinga gevestigd was. Eerder was
het pand een bekende herberg, De Roode Boer, die als "uitspan
ning" voor de vroegere Leeuwarders van veel betekenis is ge
weest. De herberg stond aan de veelbewandelde zogenaamde
Buitensingel 1968).
De Algemeene Friesche Levensverzekerings Maatschappij vestigt
zich in het Burmaniahuis aan de Nieuwestad. In de twaalfde eeuw
stond er op deze plaats al een kasteel van de Burmania's. Het
gebouw, waarin de Algemeene Friesche nu komt, dateert van
1874. Het oude Burmaniahuis moet indrukwekkender zijn geweest,
dan deze nieuwbouw van precies veertig jaar terug (1914).
Mr. W. J. van Weideren baron Rengers overlijdt. Hij was burge
meester van Leeuwarden van 1877 tot 1883. In 1902 schonk hij
de gemeente een stuk grond om er "een particuliere wandel
plaats" van te maken. Dat werd het later zo gewaardeerde Ren-
gerspark(1916).
Er komt een Gemeentelijke Hogere Burger School. Tot 1937 zal
het een zoogenaamde dubbele school zijn, een HBS met driejari
ge cursus en een tweejarige Hogere Handels School. Daarna
wordt het een H. B. S. A met vijfjarige cursus (1921).
Het Friesch Rundvee Stamboek bestaat vijf en zeventig jaar en
besluit de stad een stamboekkoe te schenken. Geen levende koe,
maar een bronzen koe. Het is de beeldhouwer Gerardus Adema,
die het dier op anderhalf maal de ware grootte produceert. Het
krijgt een plaats op het Zuiderplein, scheef tegenover het kantoor
van de jubilerende organisatie. Het duurt dan nog maar even of
alle Leeuwarders kennen het monument als "Us Mem". "Us Heit"
staat dan al bijna een halve eeuw op het Hofplein. (1954)
De Papingastins in de Grote Kerkstraat, eens het stenen huis van
de pastoors van Oldehove, door de gemeente aangekocht om te
zijner tijd aan het gemeentelijke museum Het Princessehof te
worden toegevoegd. (1957)
Er komt een brug over de Oostergracht tussen de Nieuwe Ooster
straat en de Wijbrand de Geeststraat. Daardoor vervalt het uit
1849 daterende pontje op deze plaats. (1902)