Jou
■T KLEINE KRANTSJE
ELFSTEDENRIJDERS
ZOEKEN ELKAAR OP
WIEPIE WIERSTRA
HAD TOCH JUISTE
VOORUITZIENDE BLIK
TWINTIG OF DERTIG
GRADEN DOOI:
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 11
KLIPPER
De klipper, voorkomende op de
foto uit Grootmoeders Ansich
tenalbum in het nummer van
mei kon wel eens de klipper
van H. Bergsma uit Stavoren
zijn geweest. Deze klipper voer
tweemaal per jaar voor de
Brandstoffenhandel van Van
der Noord en Kuperus naar het
Ruhrgebied. Eenmaal in de zo
mer en eenmaal in de winter.
Het schip had dan bruinkoolbri
ketten aan boord die in Leeu
warden werden uitgepond.
De naam van de schipper
stond op de achtersteven; die
was op de foto dus niet te zien.
Het leek me zo toe dat een an
der schip het ijs voor de klipper
had gebroken - wat zullen de
Emmakaders daarop geschol
den hebben, want ook in die
tijd werd er al graag op het ijs
langs de Emmakade ge
schaatst.
Leeuwarden W. D. Lijfering
WAPENVERVOER
Zoals N.N. in het aprilnummer
van 't Kleine Krantsje in zijn
verhaal "Wapenvervoer linke
zaak in de oorlog" schreef, hoe
hij benaderd werd om wapens
te vervoeren, zo werden wij
ook benaderd, toen wij aan de
Tuinen woonden in het Wapen
van Amsterdam, de huidige kle
dingzaak van het Leger des
Heils. Dat grote pand werd er
zeker erg geschikt voor gevon
den.
Op een dag in '43 bracht Van
der Goot van de melkwinkel
aan de Groentemarkt ons in
een grote bakfiets via de Ame
landstraat twaalf bren/sten-
guns, twaalf noodrantsoenen
en slaghoedjes. Een Van der
Heide voegde daar nog hand
granaten aan toe.
Alles werd in de kamer onder
een rooster verstopt en over
dag stond ons dochtertje Maria
er in haar box boven op. Ook
lag ze in de kinderwagen wel
boven op een bren/stengun, die
dan klaar lag om vervoerd te
worden naar Jan Beeksma aan
het Emmaplein. Daar kregen
de mannen van de N.B.S. on
derricht om met die troep om te
gaan.
Tweemaal in de week kregen
we op de Tuinen enkele heren
op visite om de wapens schoon
te maken en in te vetten.
Drie weken voor de bevrijding
kregen we een seintje om te
verdwijnen in verband met de
arrestatie van de gebroeders
Wierda - het gevaar bestond,
dat zij door de vele martelin
gen, die ze moesten onder
gaan, namen zouden kunnen
noemen.
Maar alles is goed gegaan en
de wapens werden tenslotte
opgehaald met een klein plat
wagentje: "zeiltsje er over en
weg wezel"
Leeuwarden
Mevr. J. Martens-Dijkstra
EEN EIERKOEK
Onlangs stond er een foto in 't
Kleine Krantsje van de koek
en banketbakkerij van A. S.
Topma op de hoek van de
Voorstreek en de Noorderweg.
Het is haast niet te geloven,
dat ik daar dik tachtig jaar gele
den op zondag een eierkoek
van mijn moeder kreeg.
Zondags moest ik ais klein
meisje met moeder naar ae De-
graafplaats aan de Spanjaards
laan, weer of geen weer. Dat
was wel erg voor een kind.
Vader was vroeg gestorven. Hij
had een kapperszaak in de
Oude Doelesteeg gehad, waar
mijn moeder en ik toen nog
woonden. Het was dan een
heel eind lopen naar de Span
jaardslaan. Maar als beloning
kreeg ik dan een eierkoek - de
winkels waren toen nog op
zondag open.
Hoorn Mevr. Weber-de Kant
DE STATIONSWEG
Bijna tachtig jaar geleden
kwam ik iedere dag, op weg
naar school, viermaal langs de
Stationsweg, waarover de laat
ste tijd in 't Kleine Krantsje het
een en ander werd geschreven-
Ik kende alle zaken, die er
stonden. Hotel De Pauw staat
er nu nog.
Prettige herinneringen heb ik
aan het oude Oranjehotel. Het
is nu zeventig jaar geleden, dat
ik daar op dansles ging onder
leiding van dansmeester Char
les de Jong. Een onvergetelijke
tijd.
Maar ik herinner me ook min
der leuke tijden. Op 1 augustus
1914 brak de Eerste Wereld
oorlog uit en toen kregen we
de mobilisatie van 14-18. Op
de eerste dag van de mobilisa
tie stond het Negende Regi
ment op het stationsemplace
ment klaar om naar de grenzen
te vertrekken.
Het was daar toen een gewel
dige drukte met veel familiele
den om afscheid te nemen van
man of zoon. Ook werd er veel
oorlogsmateriaal aangevoerd.
Dagen daarna kwamen de trei
nen met duizenden Belgische
vluchtelingen.
Leeuwarden
G. Durksz
Twintig, vijf en twintig, dertig - hoeveel graden zou het
dooien op het moment dat u dit leest? Wel, het zal er op
een graad meer of minder niet aankomen, wanneer de City
Club Leeuwarden zaterdag 19 juni in de Prinsentuin haar
Elfstedenreünie organiseert. Een reünie wel te verstaan
voor sportieve figuren, die ooit aan de Elfstedenschaats-
tocht hebben meegedaan. Dat belooft een heel bijzondere
happening te worden met zonder twijfel heel veel enthou
siaste deelnemers. Een soortgelijke reünie, uitsluitend voor
schaatsers, die de Elfstedentocht van 1963 volbrachten,
werd nog zeer onlangs een groot succes in het Schaatsmu
seum van Gauke Bootsma in Hindeloopen. En één ding zal
zeker zijn: hoe warm het deze zaterdag ook wordt, de
meeste gesprekken zullen er gaan over barre kou en on
voorstelbaar winterse omstandigheden.
BIJ DE SCHAVERNEKBRUG
Er stond onlangs in 't Kleine
Krantsje een foto van de hoek
van het Klein Schavernek en
de Westerplantage bij de Scha-
vernekbrug. In de vijftiger jaren
heb ik in deze omgeving mijn
jeugd doorgebracht. In de
herfst zochten we kastanjes on
der de kastanjebomen, welke in
de tuin stonden. Als deze er
niet lagen, gebruikten we de
nodige stenen en stokken om
deze uit de bomen te gooien.
Tevens probeerden we de kas
tanjes door de heg (iepenhout
en liguster met prikkeldraad),
met een stok naar ons toe te
halen.
Op het uiterste puntje van de
hoek stond buiten de tuin nog
een hoge boom met daarom
heen enige struiken, waarin we
ons vaak verstopten als we aan
het spelen waren. Het huis zelf
was hoog, geheel bepleisterd
en wit/crème gesausd, de lage
aanbouw was van rode bak
steen.
Aan de achterkant van het
pand bevond zich een stenen
trap welke naar een hoog gele
gen deur leidde. Van deze trap
lieten we knikkers rollen, waar
bij soms enkele in de gracht
verdwenen. Ook hingen we
vaak aan de buitenzijde van de
trapleuning.
Gouderak Wyger Kramer
Laat Wiepie Wierstra, de grote kleine man van de Griezel
kelder nou tóch een vooruitziende blik hebben gehad! Toen
hij aan het eind van de vijftiger jaren zijn ongehoorde on
derneming op de hoek van de Tweebaksmarkt en de Ko
ningsstraat aankondigde als de Eerste Leeuwarder Griezel
kelder, lachten we hem achter zijn rug in stilte uit. Stel je
nou toch voor: hij dacht zeker, dat er elders in Leeuwarden
of waar dan ook, nóg meer Griezelkelders zouden ontstaan,
die dan natuurlijk niet als de Eerste - en enige, echte en
onvervalste - zouden mogen worden aangeduid. Maar nu
lijken zijn vermoedens waarempel dan toch nog uit te ko
men: in dezelfde donkere holen, waar Wiebren Wierstra Th.
zoon in 1958 met zijn wassen misdadigers begon, komt
aanstonds de Tweede Leeuwarder Griezelkelder als een
verheugend initiatief van de Stichting, die ook het Museum
winkeltje Nieuwesteeg Vijf exploiteert. Of - nog mooier -
wordt dat soms de Derde Leeuwarder Griezelkelder, nu we
de huidige soortgelijke onderneming bij Vroom en Drees-
mann wel als de Tweede mogen aanmerken
Nadat er jarenlang een slagerij
gevestigd was in het pand op
de hoek van de Kleine Hoog
straat en de Grote Kerkstraat,
kwam daar in de zestiger jaren
een koffiebar, die al vrij snel
uitgroeide tot een volwassen
bar met de naam La Grotta -
met behulp van gips, cement
en gaas creëerde men daar
een geheel, dat met de nodige
fantasie deed denken aan eèn
heuse grot. Later werd de
naam La Grotta veranderd in
de wonderlijke aanduiding "De
Linke Hoek". Dat was mis
schien wel de gekste naam van
alle barnamen in Nederland.
Nu is ook De Linke Hoek er al
lang niet meer - het pand is
woonhuis geworden.
Want heus, op dit moment kun
nen we bij V. en D. op de Nieu-
westad ook al een Griezelkel
der bezoeken, die daar is
ingericht in het kader van "De
maand van het spannende
boek". Deze expositie, ook met
gruwelijke attributen uit de we
reld van doodslag en moord,
heeft evenwel een functie die
tijdelijk is - na het eind van
deze maand zullen de meeste
macabere moordwerktuigen,
die er nu zijn opgesteld, verhui
zen naar de aanstonds te
creeëren rariteitententoonstel
ling op de hoek van de Ko
ningsstraat.
De makelaar Jan A. Boomsma,
de beheerder van Wierstra's
vroegere pand en tevens de
actieve voorzitter van de Stich
ting Nieuwesteeg Vijf, deed de
plannen voor het permanente
herleven van de Griezelkelder
uit de doeken bij de opening
van die Griezelkelder van V. en
D.
Het laat zich dus aanzien, dat
de hoogst merkwaardige attrac
tie, waarmee Leeuwarden in de
vijftiger en zestiger jaren natio
nale en zelfs internationale be
kendheid kreeg, straks opnieuw
van een bijzondere betekenis
wordt voor de stad.
Maar hoe mooi, hoe merkwaar
dig, hoe macaber deze volgen
de Griezelkelder ook wordt in
gericht, nooit zal ze, helaas he
laas, worden geleid door een
figuur, die de onvergetelijke
Wiebren Wierstra Th. zoon kan
evenaren, laat staan overtref
fen.
De manier waarop de heer
Wierstra met zijn krakende
stemmetje de bezoekers rond
leidde langs zijn verkrachters,
brandstichters en moordenaars,
was immers volstrekt uniek.
Maar, daar hoeven we niet aan
te twijfelen, zijn geest zal er
wel rondwaren en ook dat be
looft veel.
Opnieuw dus een echte origi
nele Griezelkelder in Leeuwar
den. En dan nog wel in hetzelf
de pand, waarin Wiepie
Wierstra zijn veelbesproken in
richting begon. Wij verheugen
ons nu al op de dag van de
opening!