MIJN JEUGDJAREN IN
DE KRUISSTRAAT
■T KLEINE KRANTSJE
Oeroud nieuws uit de
Stads- en Dorpskroniek
van dr. G. A. Wumkes
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 6
EERSTE DEEL
De eerste zeventien jaar van
mijn leven heb ik gewoond in
het pand Kruisstraat nummer
27 ben. en het is wellicht aar
dig iets over de bewoners van
die straat in deze periode van
1941 tot 1958 te vertellen. Dat
wil ik dan doen vanuit de posi
tie, die de fotograaf innam,
toen hij de hierbij afgedrukte
foto maakte: hij stond op het
kruispunt van de Kruisstraat,
het Nieuwstraatje en de Gali-
leër Kerkstraat.
Deze laatste straat liep in die
jaren nog door achter het Post
kantoor tot aan het Droevendal.
Hier was onder meer het
Friesch Dagblad gevestigd,
waaraan ik een speciale jeugd
herinnering heb door de Bruine
Beerboekjes, die hier verkrijg
baarwaren.
Vanuit het hoekhuis nr. 25
links, dat net niet op de foto
staat, en waar in later jaren de
bekende schilder Jan Stroosma
woonde en werkte, heeft de fir
ma Ewald jarenlang zijn instal
latiewerkzaamheden uitge
voerd. Bennie Ewald, net als ik
een echte Cambuurfan, is he
laas een aantal jaren geleden
vrij jong overleden.
De eerste deur links is die van
het bovenhuis nr. 27, waar de
fam. André Pannekoek woon
de. Opa Pannekoek was een
echte familiepatriarch, zoals dat
bij een goede katholieke familie
gebruikelijk was. Een van zijn
dochters zat als zr. Augusta in
het klooster en hij woonde sa
men met zijn ongetrouwde
dochter Lena en zoon Theo,
die bij V. en D. heeft gewerkt
en daar André werd genoemd.
Tot op de hoge leeftijd van vijf
en tachtig jaar heeft Opa Pan
nekoek zijn beroep als orgel
stemmer uitgeoefend. In de
eerste oorlogsjaren kwam hij
regelmatig met allerlei etenswa
ren thuis en die werden dan
met ons als benedenburen ge
deeld. Haast zonder ziek te zijn
geweest is hij op circa vijf en
negentigjarige leeftijd overle
den.
MUZIKAAL
De familie was erg muzikaal.
"Tante" Lena speelde citer, ter
wijl "Oom Theo" een prachtige
tenor was en hij heeft dan ook
jarenlang deel uitgemaakt van
het mannenkoor van de Bonifa-
tiuskerk. Lena en Theo zijn la
ter naar de Konvooistraat ver
huisd, waar Theo is overleden.
Lena tenslotte verhuisde toen
naar Sint Joseph en is daar
een vier jaar geleden ook op
respectabele leeftijd overleden.
In het benedenhuis van nr. 27
heb ik dus gewoond, samen
met mijn moeder Riek (Hendri-
ka Johanna) Posthumus-Nieu-
wenhuis (Arnhem 1914-Leeu-
warden 1991) - later zijn we
verhuisd naar de Balistraat 22,
van waaruit ik in 1967 gehuwd
ben - moeder verhuisde in
1990 naar Erasmushiem.
Naast ons huis, op nummer 29
had Piet Wiersma al in de
Tweede Wereldoorlog zijn lak-
kerij/fietsmakerij, waarin ook
zijn vader en broer werkzaam
heden verrichtten, terwijl in het
bovenhuis van nr. 29 de familie
Johannes (Jo) de Jong (bekend
van het jaarlijkse schoolvoet-
baltoernooi) met vrouw Coba
en de zoons Jan, Joop (nu bei
den actief bij de Ziekenomroep)
en Albert (die nu een assuran-
tie/financieringsburo heeft in de
Gijsb. Japicxstraat) en de moe
der van Coba, opoe Muskee,
woonden. Later is fam. De
Jong naar de Sontdwarsstraat
verhuisd waar Jo de Jong is
overleden. Mevrouw (Ja)coba
de Jong-Muskee die na de her
structurering van o.a. de Sont
dwarsstraat is verhuisd naar de
Jacob Binckesstraat is inmid
dels 86 jaar en geniet nog van
een redelijk goede gezondheid.
Omdat de familie De Jong eind
jaren veertig had geruild met
Wiersma woonden vanaf dat
moment Piet Wiersma, zijn
vrouw Beth en zoon Bauke op
29 boven. Bauke is later ge
huwd met Zus Draaisma en zij
hebben een aantal jaren op de
daartoe verbouwde 2e etage
van nr. 29 gewoond. Uit hun
huwelijk zijn geboren dochter
Mieke en later zoon Pieter en
het gezin heeft daarna o.a. in
Hempens gewoond. Bauke
heeft o.m. gekelnerd in De
Klanderij en de Pauw en heeft
in een nog latere fase een tijdje
de Brouwershoek gerund.
Op nr. 31 ben. woonde de fa
milie Schriemer, waarvan ik me
de vrouw des huizes herinner
als buurvrouw "Muntsje" van
wege het feit dat zij met grote
regelmaat tot de ontdekking
kwam verzuimd te hebben haar
toen noodzakelijke gasmunten-
voorraad aan te vullen en dus
bij de buren om aanvulling aan
kwam. Des te beter heb ik va
der Geert gekend, hij heeft mij
de eerste beginselen van de
hengelsport (zondagochtend
om 5 uur van huis op de fiets
naar Terhorne) en liefde voor
de natuur bijgebracht. Beiden
zijn reeds lang overleden. Het
gezin telde een aantal kinderen
waarvan ik nog 6 namen weet
(ze waren allemaal ouder dan
ik, dus erg veel contact heb ik
niet met ze gehad, misschien
ben ik iemand vergeten) t.w.
Gosse die naar Canada is ge
ëmigreerd, Broer die op een
verzekeringskantoor op de
Oostergrachtswal werkte en la
ter naar Utrecht o.i.d. is ver
huisd, Rienk was in later jaren
bedrijfsleider bij Bergstra Mode
(eerst in de Nw. Oosterstraat
later Nieuwestad) en die heeft
tijdens een razzia in de oorlog
nog bij ons in de kolenkelder
ondergedoken gezeten. Wieke
van wie ik verder niets weet,
Finsje die later is getrouwd met
de bekende Huizumer melkman
en voetballer van FVC Theun
Kuipers en de jongste zoon
Emy die jaren bij de Techni
sche Unie werkte en van wie ik
nog weet dat hij zijn achter
naam een verschrikking vond
en naar verluidt inmiddels een
andere naam heeft aangeno
men. Op de bovenetage van
nr. 31 heeft de familie Schreu-
der gewoond waarvan ik mij al
leen nog maar herinner dat het
een moeder was met 2 zoons
(en één dochter?), de ene zoon
Jan en is in mijn herinnering al
redelijk snel naar Amsterdam
verhuisd. De andere zoon Ale
heeft na het overlijden van
moeder nog een tijdje daar ge
woond, voor mijn gevoel ver
pauperde hij in die fase nogal
en wat daarna met hem is ge
beurd, staat mij niet helder voor
ogen.
Over nummer 33 kan ik redelijk
kort zijn want daarvan staat mij
niet zoveel meer bij. De bene-
denetage was in gebruik als
opslag (voor Elzinga's Woning
inrichting uit de Nw. Ooster
straat) terwijl op de bovenwo
ning alleen de naam Tante
Pietsje Dijkstra (Onclin?) mij bij
is gebleven. "Tante" Pietsje
had de in mijn ogen hebbelijke
eigenschap zeer frequent ou
ders in het bijzijn van hun kin
deren te verzekeren dat hun
kind de liefste, aardigste enz.
was van de buurt.
BADMEESTER
In het bovenhuis van nr. 35
woonde de familie De Jager,
de heer des huizes Gurbe was
werkzaam als "badmeester" in
de Overdekte en was gehuwd
met Nellie en voor zover mij
bekend had het echtpaar één
zoon Rinze die ergens in het
midden van Nederland terecht
moet zijn gekomen. De bene
denwoning van dit pand is ja
ren het domein geweest van de
familie De Brouwer, moeder uit
Zwaagwesteinde en vader uit
Roermond. Een aantal jaren
ben ik op zondagmiddag vaste
gast geweest bij hen omdat zij
in het bezit waren van een ra
dio en de voetbaluitslagen van
Leeuwarden, Friesland, FVC
etc. maar ook van Bleijerheide
en Chevremont door hen en mij
niet gemist mochten worden.
Het gezin kende 3 kinderen t.w.
Geertje een dochter die al uit
huis was en de zonen Roel (hij
is 3 dagen ouder dan ik) en
Jan. Roel die via het tandtech-
nisch-bureau in de Jan Steen
straat op latere leeftijd naar het
schijnt nog de tandartsopleiding
heeft gevolgd, voetbalde niet
onverdienstelijk bij FVC en was
een geweldig goede accorde
onspeler. Nadat zijn eerste hu
welijk was beëindigd is Roel
naar Brabant vertrokken. Jong
ste telg Jan de Brouwer, inmid
dels ook al weer 50 jaar, die ik
nog wel eens bij Cambuur ont
moet, heeft jarenlang bij V&D
in de lunchroom gewerkt en is
nu eigenaar van Banketbakkerij
Oh LaLainStiens.
Drachten
Henk (Hennie) Posthumus
Stadhouder Willem IV en zijn gemalin plechtig te Leeuwarden
ingehaald, waarop een gedicht van B. Idema. Vuurwerk bij die
gelegenheid afgestoken, waarvan een kopergravure is gemaakt.
(1734)
De hardrijderij op schaatsen te Leeuwarden, waaraan 130 vrou
wen deelnemen en waarvan de prijzen zijn een gouden oorijzer en
een streng gitten met een gouden kroontje, wordt door duizenden
bijgewoond. (1805)
Groot oproer te Appelscha. Bij twee veenbazen alles vernield. Eén
detachement infanterie van Leeuwarden met 6 rijksveldwachters
er heen. Aan den eisch der veenarbeiders f 1- meer per dagwerk
turf aan graafloon wordt voldaan. Ook krijgt de gedwongen winkel
nering een knak. (1888)
Aanbesteding van de afbraak der Vrouwenpoort met belendende
gebouwen te Leeuwarden. (1837)
Een oproerige gemeente uit Ternaard trekt in den nacht onder
aanvoering van Sicke Pieters, gewezen jeneverstoker te Franeker,
Klaes Kornelis uit Ternaard en Jacob Sybes uit Vischburen, naar
Holwerd, waar zij 's morgens te 5 uur de klokken gaan luiden. Als
men met vijandige bedoeling naar het huis van den grietman wil
optrekken, verzet zich koopman Sjoert Joosten daartegen, zoodat
de stemming omslaat en de aanvoerders de vlucht nemen. De
stadhouder vereert den koopman met twee gouden penningen.
(1749)
Drie personen uit Leeuwarden, die Sodomie hebben gepleegd,
met 5 jaar verbanning gestraft. Om dezen tijd in den grafkelder
van de kerk te Burgwerd des nachts bij fakkellicht het lijk bijgezet
van Sophia Amalia Maria van Ockinga. Zij was R.-Katholiek, stierf
in hoogen ouderdom en met haar werd de naam van haar adellijk
geslacht uitgebluscht. (1730)
De Nieuwe Toren te Leeuwarden verkeert in een gevaarvollen
toestand. (1877)
Aan de Friesche kust bij Koehool aangekomen over het Wad, met
paard en sleed, Pieter Gerses Sorgedrager, benevens 4 man,
komende van Ter Schelling. Op zee is voor Harlingen een groote
tent gespannen, waarheen men dagelijksch wandelt en waarin
men zich vervroolijkt. (1803)
Verschenen: 'Overwegingen omtrent de stichting van een beurs
gebouw te Leeuwarden. (1867)
Feestelijke opening van het nieuwe beurs- en waaggebouw te
Leeuwarden. De treinen vervoeren omtrent 6000personen. (1880)
Wybe Piers te Exmorra wegens het aanvallen en mishandelen van
den cherger Groenewoud, na het bijeenbrengen van andere gewa-
penden, het uitdagen en bedreigen van hem en den soldaat, bij
wien hij in huis was geweken, gestraft met geeseling en 7 jaar
tuchthuis. (1731)
Herdrukt te Leeuwarden bij W. Wigeri op de Kelders'De aanwij
zing der schepen en derzelver legplaatsen binnen Leeuwarden
met melding van 't uur van het vertrek der schepen" door Henricks
Winsemius, merktmeester aldaar. (1794)
Theodorus van der Weide, koopman in Saxische porceleinen
drink- en pronkglazen, staat op de Leeuwarder kermis met zijn
kraam tegenover de Fraterniteit. 1787)
Johan Willem Vijgeboom, zonder bedrijf, wonend te Rotterdam,
Dirk Lammerts de Jager, molenaar te Betterwird en Marten Fedde-
ma, koopman te Leeuwarden, veroordeeld door de rechtbank van
den eersten aanleg te Leeuwarden tot betaling van f201,451/z
omdat zij zich hebben schuldig gemaakt aan het in tegenwoordig
heid van meer dan 20 personen houden van godsdienstoefenin
gen zonder daartoe verlof van de Plaatselijke Besturen of het
Gouvernement te hebben bekomen. (1822)
Overleden te IJlst de alombekende Wiebren Lolkes, in de wande
ling genoemd Lytse Wybren, gehouden voor de kleinste man van
geheel Europa, zijnde zijn lengte 2 voet, 2 duim Rijnlandsche
maat, oudbijna 72jaar, gehuwd29jaar. (1801
Te koop een Allemandesleed naar de nieuwste mode, daar orden
telijk 2 menschen in kunnen zitten, teekening bij castelein Willem
Buising in 't Oud Blauwhuis en de sleed bij Broer Heerkens, mr.
wagenmaker te Beers, waar ook allerhande soorten van Poolse
sleden met veel of weinig snijwerk. (1771)
De kooplieden Lolke Willems Groendijk, D. van Dijk en Jan de
Vries gaan ieder met een slede uit Workum over zee door Kuinre
naar Amsterdam. Ze aanvaarden van daar de terugreis met 1200
pond koffieboonen. (1823)