WREDE MOORD IN STEEG
BIJ ZUIDERGRACHTSWAL?
GEDENKWAARDIGE RIT
MET AMBULANCEWAGEN
'T KLEINE KRANTSJE
AL IS DE WAARHEID NOG ZO SNEL.
VLAK NA DUITSE INVAL
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
Is er in de steeg achter het onlangs aan de Zuidergrachtswal in ere herstelde
poortje "Viget Vigebit Victa Vincit Veritas" ooit een gruwelijke moord gepleegd? En
is de dader van dit misdrijf onbekend gebleven, tot hij op zijn sterfbed zoveel
wroeging kreeg, dat hij alsnog tot een bekentenis kwam? Dat moeten we wel
opmaken uit de reacties, die wij ontvingen op het verhaaltje over dit poortje, dat wij
in ons vorige jubileumnummer hebben gepubliceerd.
Van onze abonnee mevrouw R.
de Vries-Swart uit Dokkum kre
gen wij een aldus luidend tele
foontje plus de mededeling, dat
de Latijnse tekst, die we kun
nen vertalen met het bekende
"Al is de leugen nog zo snel,
de waarheid achterhaalt haar
wel" na deze bekentenis van
de moordenaar boven het
poortje moet zijn aangebracht.
Mevrouw De Vries vertelde
ons, dat haar ouders en groot
ouders van omstreeks 1918 tot
1930 een meubel- en antiek
zaak hadden aan de Zuider
grachtswal in het pand, waarin
nu een lijstenzaak zit. Tussen
de nummers 22 en 23 bevond
zich toen het poortje, dat nu
een plaatsje kreeg iets westelij
ker naast de antiekzaak Anna
van mevrouw Detmar, de echt
genote van de chirurg, die daar
het vroegere woonhuis van de
tandarts S. Cuperus bewoont.
Van haar familieleden hoorde
mevrouw De Vries dikwijls het
geheimzinnige verhaal van de
moord en de late bekentenis
met de verklaring van de tekst,
die dus haar ontstaan aan dit
misdrijf te danken moet hebben
gehad.
Na een verbouwing werd het
poortje afgebroken, waarna het
in handen van de bekende no
taris Nanne Ottema kwam, die
het vervolgens liet overbrengen
naar het Prinsessehof. Een
sleutel van het poortje bleef
evenwel in het bezit van de fa
milie Swart en mevrouw De
Vries vond het leuk dit kleinood
nu aan de familie Detmar te
schenken: na rond zeven en
zeventig jaar kwamen poortje
en sleutel dus op een wel heel
curieuze manier weer bij el
kaar!
LANGGELEDEN
Dan kregen wij een brief van
onze abonnee mevrouw D. van
der Veen-van Marle uit Drach
ten, die ons berichtte dat de
net al genoemde meubelzaak
die van haar grootouders was.
"Mijn opa heette Douwe Swart"
aldus mevrouw Van der Veen
"eri mijn oma en nog een tante
konden het opschrift boven het
poortje heel goed zeggen. Zij
vertelden,, dat er - heel lang
geleden - een moord moet zijn
gepfeegd in diezelfde steeg
met het poortje. En vandaar het
opschrift 'al is de leugen' enzo
voort."
Mevrouw Van der Veen wist
ons ook nog te melden, dat het
poortje omstreeks 1918, 1919
in het Prinsessehof terecht ge
komen is "daar mijn opa be
vriend was met notaris Otte
ma."
In dat Prinsessehof en later in
het Fries Museum zijn de frag
menten van de poort overigens
ettelijke jaren zoek gebleven,
ook al doordat ze op een
kwaad moment werden voor
zien van de onjuiste aandui
ding, dat ze afkomstig zouden
Zijn van het Hallumer klooster
Mariengaarde.
En wat die moord betreft: wan
neer dat verhaal juist is, moet
dat misdrijf al heel lang gele
den zijn gepleegd, want in een
exemplaar van De Vrije Fries
van 1962 wist de Leeuwarder
archiefambtenaar Willem Dolk
te melden, dat hij die fraaie
tekst "Viget, Vigebit, Victa, Vin
cit, Veritas" al in stukken van
voor het jaar 1774 tegenkwam.
Ongeveer vijftien jaar, van
1937 af, heb ik als chauffeur
van een ambulancewagen wel
het een en ander meegemaakt.
Ik werkte als chefmonteur bij
garage De Vrij in de Ruysdael-
straat en in 1939 kwamen mijn
vrouw en ik op verzoek van de
heer De Vrij boven de garage
te wonen.
BESCHIKBAAR
In verband met het ziekenver-
voer was ik dus dag en nacht
beschikbaar voor het transpor
teren van zieken en slachtof
fers van ongevallen. Daarbij is
mij één ambulancetransport
lang bijgebleven.
Het was in mei 1940, ongeveer
een week na het Duitse bom
bardement op Rotterdam, dat ik
daar naar toe moest, ik meen
naar een ziekenhuis aan de
Coolsingel - ik moest er een
gewonde militair vandaan halen
om die te vervoeren naar het
Diakonessenhuis in Leeuwar
den. Die militair was de heer
Klaver van de bloemisterij aan
de HuizumerTijnjedijk.
Net toen ik bij het ziekenhuis
aan de terugreis zou beginnen,
kwam er een politieagent aan,
die vertelde Sterkenburg te he
ten en die zei, dat zijn ouders
in Leeuwarden woonden aan
de Lekkumerweg.
Omdat hij had begrepen, dat ik
ook uit Leeuwarden kwam en
naar het Diakonessenhuis
moest, vroeg hij mij of ik de
groeten zou willen overbrengen
naar zijn vader en moeder en
naar zijn zuster, die toevallig
als verpleegster werkte in het
Leeuwarder D.H. Het was op
dat moment, zo kort na de oor
logshandelingen, nog niet mo
gelijk vanuit Rotterdam verbin
ding te krijgen met
Leeuwarden.
Toen ik de gewonde heer Kla
ver afleverde bij het Diakones
senhuis kwam er een hoofd
zuster aan, die de patiënt naar
een ziekenzaal zou brengen.
En wie was die verpleegster?
Inderdaad: het was uitgerekend
zuster Sterkenburg, aan wie ik
dus meteen de groeten kon
overbrengen van haar broer uit
Rotterdam!
Zuster Sterkenburg toonde zich
uiteraard blij verrast en datzelf
de gold voor haar ouders aan
de Lekkumerweg, die ik direct
daarna bezocht. Ook zij waren
blij te horen, dat hun zoon ge
zond en wel het bombardement
in Rotterdam had overleefd!
Zo werd dit dus een gedenk
waardige reis met twee vliegen
in één klap: ik had de gekwet
ste militair naar zijn woonplaats
gebracht en bovendien als een
blijde berichtgever gefun
geerd.
Leeuwarden
A. Bons
sterns.
;jM
•-
FOUTI
"Se wille mie loaf ik al doad
hewwe" verzuchtte onze abon
nee de heer Sije Jacob Strijk-
stra, toen hij tot zijn grote ver
bazing in ons jubileumnummer
las, dat wij "nu ook weemoedig
terugdenken aan de heer S. J.
Strijkstra, die (jaren geleden)
voor 't Kleine Krantsje een
reeks artikelen over de vroege
re Houtstraten schreef."
Maar "doad" willen we de heer
S. J. Strijkstra natuurlijk niet
graag hebben: met de heer
Strijkstra, aan wie wij weemoe
dig terugdachten, bedoelden wij
zijn neef, de heer Geert Strijk
stra, die inderdaad al jaren ge
leden overleed. Hij schreef in
dertijd voor onze krant over
verschillende onderwerpen.
En de heer S. J. Strijkstra, nu
nog met zijn vrouw gezond en
wel wonend in Leeuwarden,
was indertijd de auteur van de
verhalen over de Houtstraten,
die wij dus ten onrechte naar
voren brachten. Onze excuses
daan/oor!
FOUT II
"Er worden in dezelfde maand
twee voetbalclubs opgericht,
die beide een lang leven be
schoren zijn. Het zijn de voet
balvereniging Nicator en de
voetbalvereniging Rood Geel
(1921)" schreven wij de laatste
maal in ons overzicht "De twin
tigste eeuw in ons Leeuwar
den"
"Maar dat klopt niet" berichtte
ons onze abonnee de heer Arp
Hiemstra. "Mijn broers hoorden
bij de oprichters van Nicator en
die stichtten de club in 1932".
En zo was het maar net: de
Voetbalvereniging Rood Geel is
in 1921 opgericht en de voet
balvereniging Nicator - ook vol
gens onze archieven! - elf jaar
later in 1932. Alzo: een terech
te correctie van de heer Arp
Hiemstra, die in vroeger jaren
zelf de groenwitte kleuren van
Nicator verdedigde voor hij be
gon te voetballen op een nog
aanzienlijk hoger niveau.