REKLAME DICKVANDERHEIJDE JR EENDEN VOOR DE PRESIDENT 'T KLEINE KKANTSJE VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN pagina 15 adviesbureau voor reklame en publiciteit jozef israëlsstraat 6-10 058-124984 Albert Wernick, Rechnungsführer, verblijvende in het Wehrmachtsheim aan het Zuiderplein, doet aangifte van de vermissing van de Hakenkruisvlag van de vlaggemast van genoemd gebouw. De agent Bonga rapporteert, dat op de muur van het Diaconiehuis aan de kant van de Sint Anthonystraat ge schreven stond: "Staakt allemaal mee. Laat u niet bang maken, laat ze maar pochen die rotmoffen". Dit opschrift is door rapporteur terstond verwijderd. Pieter Coenraad Jan Loopstra, geboren te Leeuwarden 20-11-1919, scholier, Dronrijperstraat 6, doet aangifte, dat sinds ongeveer anderhalve maand geleden driemaal zijn N.S.B. -speldje is ontvreemd- van zijn regenjas, han gende in de gardarobe van de M. T. S. De hoofdagent Tjallingii rapporteert, dat bij de Infanterie- kazerne bij het luchten van Russische krijgsgevangenen een oploop ontstond en het publiek door rapporteur en den agent Smink was verspreid en zij zich nog eenigen tijd in de omgeving ophielden, deden zich geen bijzon derheden meer voor. De rechercheur Roeda rapporteert, dat hij een onder zoek heeft ingesteld bij een van hout opgetrokken ge bouwtje, staande in een weiland aan het voetpad naar de Harlingertrekweg. Dit gebouwtje is een noodwacht van de Duitsche Weermacht. Het bleek rapporteur, dat het slot van de deur was weggebroken, dat ongeveer twintig ruitjes waren vernield en dat de binnenbetimme- ring nagenoeg geheel was weggebroken. Voorts werd vermist een potkacheltje en twee of drie plafondlampen. Herr Friedrich van de Feldgendarmerie was bij dit onder zoek tegenwoordig. De agent Buitenhuis deponeert aan het Bureau het per soonsbewijs van Aaltje Algra, geboren 4-9-1919, dienst bode, 1e Klanderijdwarsstraat nummer 15. Dit persoons bewijs is door Buitenhuis ingenomen, daar dit meisje even tevoren in aanwezigheid van een Duitsche militair was, die zulks aan Buitenhuis rapporteerde, bij het pas seren van een Duitse auto met het kenteken "W.L." had gezegd: "Wir lügen". Op last van de S.S. is bedoeld meisje aan het Bureau van Politie ontboden en ernstig gereprimandeerd. Zij gaf het feit toe en beloofde beter schap. Zij is daarna heengezonden. Tiede Swart, zes en veertig jaar, portier, wonende Ibis- straat 12, klaagt over een hem onbekend persoon, die hem geregeld brieven schrijft met beleedigende inhoud. Naar aanleiding van een telefonische mededeling van den gemeenteopzichter Runia, wonende Greunsweg nummer 80, dat het gezin Smeding in de Woonschepen haven in behoeftige omstandigheden verkeert en dag en nacht buitenshuis vertoeft, rapporteert de denwaarts gezonden agent De Jong, D. T„ dat hij te omstreeks half een 's nachts aan de Woonschepenhaven het gezin Smeding, bestaande uit man, vrouw en drie kinderen, waarvan het oudste kind vijf jaar is, achter een hok onder een vloerkleed op den grond slapende heeft aan getroffen. Volgens verklaring van woonschepenbewoners had dit gezin den vorigen nacht aldaar onder dezelfde verblijf gehouden. Den Directeur van Maatschappelijk Hulpbetoon zal met vorenstaande in kennis worden ge steld, teneinde maatregelen te treffen. De Hoofdagent Tjallingii brengt aan het Bureau: Broer Smeding, geboren te Leeuwarden, 25 Augustus 1915, los arbeider, diens vrouw Maria van der Leij, geboren te Groningen, 11 Juni 1919 en hun beider kinderen: Gerar- dus, geboren 21 Januari 1937, Sytse, geboren 20 Febru ari 1938 en Dirk Jelle, geboren 24 September 1940. Daar zij zwervend op straat waren aangetroffen en geen onderdak hadden, de beide voorgaande nachten met hun kinderen in de open lucht hebben doorgebracht en ook geen enkel logement aan hen onderdak verschaffen kan, is aan hen nachtverblijf op het Politiebureau ver leend. De aannemer Visser te Lekkum geeft telefonisch kennis, dat tengevolge van den harden wind het pand Droeven- dal 24 alhier gevaar oplevert voor het publiek. Politiepost is daar geplaatst en den eigenaar, Visser voornoemd, is aangezegd onverwijld maatregelen voor herstel te tref fen. De Hoofdbrandwacht Walburg rapporteert, dat hij eenig vuur heeft gedoofd in de vloer op de eerste verdieping van het perceel Nummer 9 aan de Heerestraat, bewoond door den pensionhouder Johannes van den Berg. Door dat de schoorsteenpijp niet helemaal in de schoorsteen geleid was en deze afsloot, konden vonkjes met een der steunbalken van de schoorsteen in aanraking komen en is deze balk gaan branden. De vloer om den schoor steen heen moest worden opengebroken. Naar aanleiding van een telefonische mededeling van Berger, Groote Kerkstraat 36, rapporteerden de der waarts gezonden rechercheurs Zijlstra en De Jong, dat ten huize van Engelbertus Johan Berger de Obergefrei- ter van de Duitsche Weermacht, Luftwaffe, Heinrich Klein Vogelpoth, door zich een kogel uit zijn dienstpistool door het hart te schieten, zelfmoord heeft gepleegd. De dood werd geconstateerd door een Duitsch militair arts. Van misdrijf of strafbare schuld is niets gebleken. Sicher- heitspolizei en Fendgendarmerie waren bij het onderzoek tegenwoordig. Lieuwe van der Wal, geboren Hijlaard 3-12-1898, beurt schipper, wonende te Deinum, doet aangifte van de ver missing van een pakje, inhoudende 1Vz kg. shagtabak en 1 kg. rooktabak uit zijn schip, liggende aan het Scha- vemek. Felix Roosenstein, oud zes en twintig jaar, wonende Grote Kerkstraat 55, doet namens de firma Grondsma, kaashandel, gevestigd aan de Schoolstraat, aangifte van de vermissing van een Goudsche kaas, die ter verzending naar Duitschland in een spoorwagon op het emplacement lag opgeslagen. (1943) IJl iMWUMitfl In vroeger jaren heeft er aan de Willemskade een Mr. C. W. Stheeman gewoond, die hier president van de Arrondise- mentsrechtsbank was. De heer Stheeman stond in Leeuwarden bekend om zijn sociale bewo genheid en warmkloppend hart voor het geboefte, dat er iedere week voor zijn tafel verscheen. Eens is het gebeurd, dat hij op een avond onverwacht bezoek kreeg van een notoire ont- spoorder, die hij al verscheide ne malen gevonnist had. "Kijk es, voor meneer!" prevel de het heerschap en hij hield twee kikdode eenden omhoog. "Nou.reageerde de heer Stheeman verrast en bijna tot tranen geroerd noodde hij de pas weer uit gevangenschap ontslagen stadgenoot in zijn huis. "Eenslukje?" Nou, dat sloeg die man niet af en het werd waarempel nog een gezellige avond met die twee. Bij het afscheidnemen beloofde de bezoeker op handslag eeu wige beterschap, "nou nóóit weer voor die tafel, nóóit weer naar 't Blokhuisplein, nóóit weer naast de pot. De volgende morgen ging bij de heer Stheeman al vrij vroeg de telefoon. Een rechercheur van de ge meentepolitie. "Excuus voor de vraag, maar weet meneer ook iets van twee dode eenden? Die zijn gister avond gekneppeld in de Prin sentuin.

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1995 | | pagina 15