Jou 'T KLEINE KRANTSJE ELFHEREN 'e-U in- ole Jien VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN UIT DE OORLOG Het was in de laatste oorlogsja ren dat er bij de Praktische Hulp aan het Oldegalieën te genover ons huis regelmatig Duitse vrachtwagens kwamen met vaak Russische krijgsge vangenen, die in de kazerne gevangen zaten en werkzaam waren op de vliegbasis. Zij werden ontsmet en kaalge schoren. Ook kwamen er vaak auto's met Duitse uniformen, soms onder het bloed en met kogel gaten erin. Die werden in de P.H. gewassen en hersteld en dit kwamen wij te weten van de heer en mevrouw Koelmans, die beheerders waren van deze afdeling. Op een middag kwam er weer een grote vrachtwagen met een generator aan de zijkant, welke gestookt werd met kleine blok jes hout, vol met kleding en re servehout. Tegen de avond, het was al schemerachtig, werd door ie mand de auto opengebroken en werden alle zakken, die er in stonden door de buurtbewo ners meegenomen. Die avond werden er huiszoekingen ver richt, maar er werd maar weinig gevonden, doordat er huis aan huis gewaarschuwd was. De volgende morgen bleek dat er veel van het hout in de Dokku mer Ee lag; één groot plakaat hout doordat het 's nachts flink gevroren had. In de avond wer den alle beschikbare mensen uit huis gehaald en naar de loods van aannemer Van der Veen gebracht. Hier moesten steigers worden stukgezaagd en gekloofd, net zoveel zakken als er uit de auto gestolen was. Mijn vader die bij de bakkerij Zelfstandigheid werkzaam was, maar nu gedwongen werk ver richtte in bakkerij Excelsior, kwam tegen achten naar huis en moest ook meehelpen. Maar na twee uren wachten, mocht hij weer naar huis, omdat hij gezegd had dat hij de volgende morgen om zes uur alweer moest beginnen om de beken de Duitse kuch te bakken. Leeuwarden Jan Rauwerda GEEN HUISJESMELKER! De heer Ganzevoort heeft zich nodeloos druk gemaakt over mijn bijdrage van februari. Door het opheffen van het con servatorium (via het Herenac- coord) verdwenen er twee mu ziekwinkels in Leeuwarden: Albert Hahn en Ganzevoort. Na het voltooien van het win kelgebouw op het Wilhelmina- plein kregen een aantal winke liers het zeer moeilijk... enerzijds door forse huurverho gingen en anderzijds doordat sommige eigenaren er een an dere zaak in wilden hebben (dit kwam ik enkele malen tegen in de Friese dagbladen). Daarmee bedoelde ik niet de verdwenen muziekwinkels. De Gemeente verweet de Pro vincie terecht in verband met de 'kaalslag' van Leeuwarden via het Herenaccoord. Door het gemeentebeleid (win kelgebouw Wilhelminaplein) zette de 'kaalslag' van Leeu warden zich voort. Het spijt me dat de heer Gan zevoort mijn bijdrage anders geïnterpreteerd heeft en daar door naar de pen moest grij pen. Leeuwarden Chris Visser DANSORKESTEN Toch nog weer een aanvulling en verbetering betreffende de knappe dame, die wij met An nie Harms aanduidden. De juis te naam moet zijn Annie Har mens. Vader was niet de loodgieter, moet een oom zijn geweest, neen, de vader van Annie Harmens werkte in ieder geval voor 1940 op de Frico. Zegsman is de heer G. Beeke- ma, die ook tot 1942 op de Fri co werkte. Want, zo kreeg ik telefonisch te horen, in 1938 bestond de Frico veertig jaar en werd er een revue opge voerd, meerdere malen, in de Harmonie. Op het programma staat 12 en 13 oktober 1938 vermeld. De band van Annie Harmens had toen de naam van "The Lucky Stars". Staat allemaal op papier. Prachtig na al die maanden nog even deze verbetering en aanvulling. Wat een communicatie zo door ons Kleine Krantsje. En hartelijk be dankt de heer Beekema. Leeuwarden Ritsko J. van Vliet senior ANNIE HARMS Annie Huisman-Harms, over wie de laatste tijd nogal wat in 't Kleine Krantsje werd ge schreven, is jarenlang concert meester eerste violen geweest bij het Leeuwarder Salonorkest Sinnema. Haar man, Bauke Huisman, was hoofdboekhouder bij de Waterleiding. Enige jaren gele den zijn ze kort naar elkaar overleden. Hopelijk weer een raadseltje opgelost. Leeuwarden A. Kamminga En, hoe is het mogelijk, tóch weer een raadseltje erbij. Want was het nou Harmens of Harms? Zullen we het maar op Harmens houden? Zo hebben we haar ook eer dergenoemd. Red. 'tKI. Kr. JEUGDJAREN Bij Camstraburen, waarover het een en ander werd geschreven, bracht ik mijn jeugd door. Je speelde daar verstoppertje tot ver in de omstreken en ook ik zwom in de Dokkumer Ee, maar dat vond ik altijd wat eng vanwege de ratten, die daar in zaten. De smederij van Olijnsma was een hoofdstuk apart - voor mij als kind was dat het einde. Het is mooi, dat er wat werktuigen van de smederij bewaard zijn gebleven - er verdwijnt al zo veel. Ook denk ik terug aan de speeltuin "Het Rengerspark" met zijn vele clubjes in oorlogs tijd en de ijsbaan. Overal woon den kinderen van je school; tja, wat woonden daar een mensen op een klein stukje grond. Als ik naar mijn moeder ga, die nu acht en tachtig is, rij ik over de Rengersweg en moet ik weer denken aan zo'n zestig jaar geleden. Er zal veel armoe zijn geweest en veel verdriet, maar ook veel plezier en saam horigheid. In de oorlog moesten wij eerst naar School 8 aan het Oldega- lileën en op het laatst naar School 6 bij de Ambachts school, dat was voor ons ver lopen. We zaten daar bij mees ter Ehlhard, dat was een fijne man. We kwamen de klas in en dan speelde Willy Dekker van de Breedeplaats op de fluit en dan zongen wijprachtig Het leren schoot er in de oorlog wel eens bij in, maar ik denk, dat we allemaal wel goed zijn terechtgekomen. Ik vertel mijn kinderen, nu vol wassen mensen, wel van die tijd en zij vinden het best inte ressant. Toen ik er in 't Kleine Krantsje weer alles over las, werd ik er weemoedig van en dan denk je, wat gaat een le ven snel. Maar ik heb een fijne jeugd gehad en denk er met ontzettend veel plezier aan te rug. Grouw Leny v.d. Meulen-Mulder BEENGEBROKEN De Hemelvaartsdag van 1927, nu dus acht en vijftig jaar gele den, zal ik me altijd blijven her inneren. Als juniorenvoetballer van "De Zwaluwen" namen we toen deel aan een toernooi in Dokkum. Daar speelden we een openingswedstrijd tegen de Elf heren die muziek maken in een schuur. In Leeuwarden, op een dorpsfeest? Achter op de kaart staat wel Leeuwarden vermeld in rode inkt. Een zoge noemde Carte Postale, met in het midden een streep, dus van vóör 1901. Neem aan dat ik te jong ben om muzikanten te ont dekken. Staan er personen op, die later bij de straatmuziek waren? Willem Zwart, Engelaar, noem maar op. Of de decorateur Hendrik Giesing? Wie kan hier uitkomst bieden? Een leuk zoekplaatje voor onze abonnees. Maar ik weet het niet. In plaats van een schuur lijkt het ook wel een feesttent. Wij horen het wel weer. Leeuwarden Ritsko J. van Vliet senior pagina 4 organiserende vereniging. Grote kerels, die minachtend neerkeken op ons, veel kleine re knapen. "Met hoeveul wille jimme velieze, met tien of met twintig nul?" "Liefst met twintig nul! antwoordden wij. Niettemin, we wonnen met 2-0 van die grote kerels en ook de volgende wedstrijd wonnen we, waarna we de finale moesten spelen tegen Stiens. Dat waren ook grote kerels. Tot vlak voor het einde stonden we met 1-0 achter. Toen kreeg ik als spil onverwacht een vrije doortocht naar het doel. Nóg zie ik de keeper op mij afstormen - ik kreeg een schop en buitelde voorover. Toen ik me oprichtte zag ik mijn scheenbeen in een hoek van negentig graden lig gen. Gebroken! Als de verdere behandeling normaal was geweest zou ik dit verhaal als heel bijzonder niet geschreven hebben. Vervoer naar Leeuwarden per ...taxi, mijn gebroken been pro visorisch gespalt op de achter bank, over hobbelige straatwe gen, eerst naar mijn huis, toen naar het Diaconessenhuis. Het been werd gezet door dr. Straat, een zeer sympathieke chirurg, die me naderhand steeds "de voetballer" noemde. Ik mocht nog niet naar huis en na enkele dagen kwamen dr. Straat en mijn vader met ernsti ge gezichten bij mijn bed. Mijn been bleek scheef te gaan groeien, waardoor langer ver blijf in het ziekenhuis noodza kelijk was. Later hoorde ik van mijn vader hoe dr. Straat het hem uitlegde: "Als u als schilder een lijn trekt, en hij blijkt niet recht te zijn wat doet u dan?" "Dan veeg ik hem af, en begin opnieuw." Dr. Straat: "Zoe doe ik het met het been van uw zoon ook." Dus opnieuw naar de operatie zaal, waar een pen door mijn hiel kwam, en opnieuw naar zaal voor rekverband. Door ge wichten via katrollen naar pen in mijn hiel werd het been recht getrokken. Na veertien dagen het been opnieuw in gipsver band, zes weken thuis liggen, weer naar het Diaconessenhuis - gips eraf, en tot ieders ver wondering bleek het been nog niet geheeld. Dus opnieuw in het gips, nu met een beugel er onder, zodat ik ermee kon lo pen (hompelen) waarna na een maand het been, zij het niet tot tevredenheid van dr. Straat, ge nezen bleek. Alle verdere ellen de en pijn zal ik maar niet be schrijven, zoals die van het ver voer van ambulance naar operatietafel, doorknippen van het gipsverband door leerling verpleegsters, die met een soort betonschaar al wringend langs knie- en enkel- en breuk gewrichten aan beide zijden het gips trachtten door te knippen, het overbrengen van brancard naar bed, waarbij het onbe schermde gebroken been voor zichtig werd meegetild. Hoor ik vandaag de dag regel matig ambulances met hun si renes langskomen, dan denk ik nog wel aan die dagen terug - maar ik geloof wel, dat de hui dige methoden om zo'n patiënt aan te pakken, een stuk beter zullen zijn dan die van toen. Enschede S. D. Postmus

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1995 | | pagina 4