'T KLEINE KEANTSJE
OOK DIT IS fOF WAS) LEEUWARDEN
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 7
HERINNERING AAN LANG
VERVLOGEN TIJD
Vlakbij de kerk te Huizum ston
den drie boerderijen van Kupe-
rus, Ale Visser en Zuiderveld.
Het waren in het Fries "kouwe-
melkers". Dat waren boeren,
die vrijwel geen eigen land be
zaten, maar het moesten huren
om aan gras en hooi te komen.
In het voorjaar kwamen de ver
huringen onder leiding van no
taris Nanne Ottema. Vooraf
was het dan land bezichtigen,
meteen een gelegenheid om ei
eren te zoeken.
Bij de verhuringen kwam alleen
grasland aan de orde, veeland
was daar niet bij.
GRASHALEN
In het voorjaar kwam het gras
halen, elke morgen drie kwar
tier varen met de boot, zeil, lijn
en vaarboom (kloet) gingen
mee.
De indeling van het werk, op
de boerderij was zwaar, 's Mor
gens half vier melkenr, om ruim
zes uur kwam lepe Keestra de
melk halen, om uit te venten.
Na het theedrinken was het om
zeven uur gras halen, soms
konden wij kinderen mee. Het
ging door de oude Potmarge,
naar de Greuns, bij de Froske-
pölle, door het Woudmansdiep
(it Woudmansje). Aan de linker
kant stond een boerderij "it
Suppehüs'1. In een zomer is die
boerderij door de bliksem ge
troffen en afgebrand. De boerin
is daardoor nooit meer de oude
geworden. Daar is ook een on
geluk gebeurd met een boot,
waarin te veel mensen zaten
en overbelast was. De familie
telde verscheidene doden.
Van het Woudmansdiep, ging
de "schouw", de boot naar het
Oude of het Lange deel. Daar
werd het gras gemaaid om het
mee te nemen naar Huizum,
soms meer dan een uur in re
gen en wind. Als we thuis kwa
men, ongeveer 12 uur, had
moeder het middageten klaar.
Daarna was het even rusten.
Om half vier weer melken,
waarna Keestra de melk uit
ventte. Half zeven alles klaar
en de Leeuwarder krant lezen.
Vader het hoofdblad en moeder
de advertentiekrant met de fa
milieberichten.
Negen uur naar bed, de kinde
ren zeven uur. In de zomer
kwam het hooi halen. Een mier,
grasmaaier, zorgde in zijn een
tje dat het gemaaid werd. Er
stond een "skule" voor het
schuilen.
Met hulp van gehuurde man
nen, werd het gras gekeerd en
bij elkaar geharkt tot oppers.
Met hooistokken werd de opper
naar de praam gesjouwd. Was
de praam vol, dan ging het
vaak met moeite naar huis.
Thuisgekomen, moest het hooi
op de zolder gebracht worden.
Voor de eerste "golle", hooi
vak, moesten we soms helpen
bij het "aanpakken" elk met
een vork. Dat ging wel vlot,
broer Piet was links en ik was
rechts.
WAT EEN WERK
Wat een werk is het geweest,
de wintervoorraad op zijn
plaats te krijgen. Er moest dan
ook nog gemolken worden.
Op het erf stond de oude linde
boom, wat speelden we daar
vaak gelukkig.
Voor het gras en hooi halen,
kwam een verbetering, er kon
een alnhangmotor aangeschaft
worden, nu kwam er verlichting
bij het werk.
We konden zelfs op een mooie
zondagavond naar het Lange
(Deel varen, om de pleziervaar
tuigen van Grouw, Eernewou-
de, Wartena naar huis te zien
varen. En merkwaardig: ieder
een groette iedereen, we waren
gezamenlijk op het water. Dit is
meer dan tachtig jaar geleden.
Daar hebben we heel veel ge
speeld.
Daar heb ik op de Wirdumer-
vaart voor het huis schaatsen
rijden geleerd. Vader hielp me
en 's avonds kon ik het alleen
proberen.
Van ons huis uit konden we bij
strenge goede winters naar
Wirdum, Warga, Grouw en
Drachten! Op Friese doorlo
pers!
Daar was de ijsclub "Tjallinga"
op de Nieuwe Potmarge, achter
het dorp. Daar werden wedstrij
den georganiseerd en voor de
gezamenlijke leden het ringrij-
den. Daar stond Harm Wouters
met zijn ijstent. Een kop choco
la voor 1 cent (kinderen) en vijf
en tien cent. Daarbij een pil
(koek) speciaal op het ijs.
Achter het huis stond met de
boom, het kippenhok (hinne-
hok). 6 kippen en een haan.
Daar kreeg ik, toen ik vier, vijf
jaar was, de ingeving de haan
te "bepissen". Ik naderde het
gaas, maar daar stond de
haan, ook niet van gister, de
aanval op te wachten. Hij pikte
me zo, dat het bloed te voor
schijn kwam en ik huilend naar
mem, roepende de hoanne het
my yn't veltsje pikt. Mem heeft
de eerste hulp verleend!
OUDERHUIS
Dat ouderhuis, wat hebben we
daar een herinneringen aan. Ik
denk hierbij aan de prachtige
vertaling in het Fries van Pieter
Jelles Troelstra:
Yn't beammeskaed besküle,
stiet üs aide went,
In smouder plakje op ierde
Ha'k nearne, nearne kend
Dér hat üs mem my widze
Sasellich yn 'e sus
Dêr boarte ik oan hjar knibbel
Yn dy, myn aldershus.
En nu, het oude huis is opge
ruimd, de linde is weg. Niets is
meer over, het is opgegaan in
de tijd.
Alleen nog herinneringen, maar
die gaan ook op in de tijd.
H. Zuiderveld
Eewal
V
t •-
Korfmakersstraat
Noordvliet
Achter de Hoven
Zaailand
Voorstreek