JAMMER DAT MINNEMAHUIS
NIET WERD GERESTAUREERD
ipi
1 JE
Pfn: FF
f-H
11
fU_
1 r
Üi
HET VROEGERE HOTEL DE DOELEN
pagina 8
F
i>
i
Voor in 1960 hotel "De Nieuwe
Doelen" op de hoek Voor-
streek/Minnemastraat werd ge
sloopt zijn er opmetingen ver
richt en is er van gemeen
tewege nog even gekeken naar
eventuele monumentwaarde.
■Die was er volgens de toenma
lige inzichten niet of nauwelijks,
zodat kon worden overgegaan
tot afbraak. Ongetwijfeld heb
ben ook zakelijke belangen
meegespeeld. Er was op de
plaats van het hotel een super
markt gepland. Die is er nooit
gekomen; wat er wel kwam
was een urinoir dat er jaren
heeft gestaan.
Zoals op de foto is te zien was
het gebouw zes raamvakken
breed, drie bouwlagen hoog en
had het een sterk afgeplat
schilddak. De ingangspartij was
asymmetrisch. Aan de achter
kant was een oostelijke vleugel
zodat het huis een L-vormige
plattegrond had.
Vaak is geschreven dat "De
Nieuwe Doelen" op de plaats
stond van het oude Minnema
huis, dat evenals de Minnema-
straat en het vroegere Minne-
ma-espel genoemd is naar het
laat-middeleeuwse Leeuwarder
hoofdelingengeslacht Minnema.
KERN INTACT
Het hotel stond echter niet op
de plaats van het Minnema
huis, het was dat huis, zij het in
verbouwde vorm. Tijdens de
sloop bleek al snel dat de oude
kern van het gebouw nog vrij
wel intakt was. De zware mu
ren (tot 95 cm dik) waren opge
trokken uit kloostermoppen en
zgn. rooswinkels. Die laatste
werden volgens sloper Postma
aangetroffen in de achtervleu
gel. Deze steensoort is wat
kleiner en jonger zodat daaruit
wellicht kan worden geconclu
deerd dat deze vleugel later is
aangebouwd en dat het huis
oorspronkelijk (15e eeuw) een
rechthoekige zaalstins is ge
weest.
De deels met tegels bedekte
vloeren werden gedragen door
zware balklagen. Het houtske
let bevatte verder gothische
sleutelstukken en (merendeels
verwijderde) korbelen. Op de
begane grond in het hoofdge
bouw kwam een houten kruis-
In 1724 bracht Jacobus Stel
lingwerf het Minnemahuis op
deze wijze in beeld. (Tekening:
Collectie Fenno Schoustra/'t
Kleine Krantsje)
kozijn uit de eerste helft der
15e eeuw te voorschijn. Onder
het huis bevonden zich middel
eeuwse gemetselde kelderge
welven.
De oudste maar helaas ook
zeer kleinschalige en weinig
gedetailleerde afbeelding van
de stins komt voor op de kaart
die de Friese landmeter Johan-
nis Semsz in 1603 van Leeu
warden vervaardigde. Deze
kaart werd gegraveerd door de
Leidenaar Pieter Bast en werd
door Pier Winsemius opgeno
men in zijn Friese kroniek uit
1622. Het Minnemahuis is er
inclusief ommuurd voorpleintje
op te zien, evenals de grote
tuin of hof die zich tot de Eewal
uitstrekte en eerder zelfs tot de
Wortelhaven. Ruimtegebrek
noopte het stadsbestuur later
tot bebouwing van dit terrein.
De belangrijkste afbeelding van
het huis van vóór 1800 is ech
ter de tekening die Jacobus
Stellingwerf er in 1724 van
maakte en die zich thans be
vindt in het Gemeente-archief.
De tekening is er één uit een
grote serie en was bestemd
voor de verzameling van de
collectioneur M. Brouerius van
Nidek. Via de bekende stadsar
chivaris Wopke Eekhoff kwam
een deel van de reeks in het
Leeuwarder archief terecht, en
een ander deel in het Fries Mu
seum als legaat van de verza
melaar Assuerus Quaestius.
Wat direct opvalt is dat het huis
op de tekening smaller en lager
lijkt dan het latere hotel op de
foto. In plaats van zes is het
slechts vijf raamvakken breed
met een symmetrische ingang,
d.w.z. aan beide kanten van de
deur twee ramen i.p.v. links
drie en rechts twee zoals later
het geval was. Het huis is op
de tekening maar twee bouwla
gen hoog en geen drie, en het
hoge dak dat op het eerste ge
zicht èen schilddak lijkt, blijkt bij
nadere beschouwing een za
deldak te zijn; perspectief was
waarschijnlijk niet de sterkste
kant van Stellingwerf.
De tekening heeft als voorbeeld
gediend voor een wandschilde
ring in de hal van "De Nieuwe
Doelen" en Fenno Schoustra
schreef in 1959 reeds dat het
er op leek alsof de schilder te
diep in het glaasje had geke
ken.
In 1877 maakte de Leeuwarder
fotografe mej. G. H. Matthijssen
vanaf de Nieuwe- of Jacobsto-
ren een serie foto's van Leeu
warden. Op één van deze fo
to's is "De Nieuwe Doelen" van
de westelijke zijkant te zien
(Dolk 1975 no. 38). Ook hieruit
blijkt duidelijk dat het huis toen
een zadeldak had. Op een 19e-
eeuwse prent is dit eveneens
zichtbaar. Het is dan ook dui-
deljk dat de hoge kap in of na
1877 werd vervangen door een
tweede-etage en een laag
schilddak. Kap en etage vor
men dus geen probleem, maar
hoe staat het dan met de
breedte?
Het huis zou te oordelen naar
de tekening van Stellingwerf
een raamvak smaller zijn ge
weest. Het is intrigerend dat de
hierboven genoemde foto uit
1877 een detail laat zien dat
een latere verbreding aan de
kant van de Minnemastraat
suggereert, waarmee dan het
verschil tussen de tekening en
de latere situatie verklaard zou
zijn. Op de foto zijn een brede
en regelmatige strook dakpan
nen aan de westelijke kant
donkerder dan de rest, hetgeen
nauwelijks kan worden toege
schreven aan schaduwwerking
o.i.d.
Tijdens de sloop zijn echter
geen sporen zoals b.v. een an
dere steensoort, aangetroffen
welke op een verbreding zou
den kunnen wijzen. In theorie is
het mogelijk dat men tussen
1724 en 1877 de westelijke
muur van het hoofdgebouw
heeft afgebroken en enige me
ters westelijk met dezelfde ste
nen weer heeft opgebouwd en
de te verlengen dwarsmuren
met secundair materiaal heeft
aangevuld evenals het dak.
Een dergelijke operatie zou
toch sporen hebben nagelaten
en daarvan is afgezien van
misschien de dakpannen ver
der niets gebleken. Bovendien
past de asymmetrische ingang
goed bij een middeleeuwse
zaalstins.
ONNAUWKEURIG
Vooralsnog moeten we dus
aannemen dat de tekening van
Stellingwerf in hoge mate on
nauwkeurig is. De documentai
re waarde van zijn werk wordt
door velen niet zeer hoog inge
schat maar in dit geval heeft hij
er dan wel echt "met de pet
naar gegooid", tenzij de obser
vaties tijdens de sloop onnauw
keurig waren en er wel degelijk
een verbreding heeft plaatsge
vonden. De wel eens veronder
stelde vroegere omgrachting
van het huis (zie Eekhoff 1846
p.64, noot) zou daarmee dan
ook aan waarschijnlijkheid win
nen omdat een gracht in de
nauwe Minnemastraat nauwe
lijks denkbaar is, maar eventu
eel wel in geval van een smal
ler Minnemahuis.
Hoe dan ook, het blijft jammer
dat het redelijk gave middel
eeuwse adelshuis werd afge
broken en niet zoals b.v. de
Franeker Camminghastins (la
ter hotel De Valk) werd geres
taureerd en in oude staat terug
gebracht.
Tenslotte nog iets over de Min
nema's, de oorspronkelijke be
woners naar wie het huis (sinds
1837 hotel) werd genoemd.
Reeds in 1406 worden leden
van deze familie in de bronnen
genoemd en volgens sommige
auteurs is het Leeuwarder
(Vervolg op pag. 11)
Ml -
■itfe
Het oude Minnemahuis, zoals het er als het Hotel De Nieuwe Doelen uitzag, kort voor het in 1960
werd gesloopt. FotoFenno Schoustra