MIJN BETROKKENHEID MET
'T KLEINE KRANTSJE
FOTO VAN DE MAAND
'T KLEINE KRANTSJE
VOOR LEEUWARDEN EN DE WIJDE WERELD ER OMHEEN
pagina 12
Wat is mijn betrokkenheid met
de artikelen in 't Kleine Krant-
sje? Wel, heel veel zoals blijkt,
wanneer ik alles eens op een rij
tje zet. Om te beginnen met het
laatste nummer, het verhaal
over "Meijer is leder", rubberzo
len met solution (lijm) voor
onder de schoenen, later kus
sens voor de boot. Boven het
hoekpand links woonde een
Jonkvrouwe van Dedem van
Doesburg. Piet ten Thije, zoon
van de aimabele dr. Ten Thije,
de oogarts Nieuwestad, woon
de naast het voormalige Politie
bureau, zoon Piet was zeer
snelle zwemmer en een beken
de waterpolospeler.
REINSMA
Pag. 5: D. W. Reinsma, haalde
vaak de gonje (halfverrotte)
jutezakken) uit ons steenkolen-
pakhuis en bracht die naar
Cohen, Camstraburen, natuur
lijk voor de handel. L. Scheep
stra van de fam. Scheepstra,
kantoorboekenfabriek BV, Zui-
dergrachtswal 18, fa. Sijses, Pia
no's Weerd, mevrouw Greetje
Sijses, zangeres en pianolera
res van mij. Krammer, Voor
streek, bij wie ik vaak batterijen
kocht voor de zaklantaarn.
Pag. 6: In de Menno v. Coe-
hoornstraat staat een Zwitsers-
aandoend huis waar de fa. Het-
tema, aannemersbedrijf was
gehuisvest.
Pag. 7: Heil- en zegenwensen.
In de dertiger jaren kwam ons
personeel op de eerste dag van
elk jaar bij onze schoonouders
te nieuwjaarwensen. Dat gaf
nogal wat drukte en leven in de
brouwerij. Het ging de mensen
om de borrel en nieuwjaarsrijks
daalder. Deze laatste gaf geen
moeilijkheden, wel de borrel. In
de regel fietsten ze dan niet
meer langs een rechte lijn. O.
Heidinga was onze bouwer van
het "Kolenpark" (F. K. H.)
Pag. 9: Wandelen in bos van
Ypey. Op het dak van Huize
Vijversburg ziet men duidelijk de
klok die hing in de poort van de
Catharijnekerk. Het Rode dorp
waar onze boekhouder, de heer
Linthorst woonde, hij was half
invalide uit W.O. II maar stond
zijn mannetje voor meer dan
honderd procent. Poppebuurt, ik
denk thans: Poppeweg, begint
kruispunt Archipelweg
Esdoornstraat - Poppeweg een
eindigt aan het Noordvlietslot.
Dat Noordvlietslot ging over in
de Lange Negen waar een aan
tal schiphuizen lag aan het
Noordvliet. In een van die schip
huizen bevond zich ons familie
schip De Zwaluw, een Langen-
bergboot, in 1942 verkocht aan
kapper Dorenbos Bleeklaan, in
1943 in vlammen opgegaan.
Pag. 10: Sonnenborgh. In de
dertiger jaren trouwden wij en
kwamen te wonen aan het
Zuiderplein 17. Buurman, de
familie Hooghiem, deurwaarder.
De heer Hooghiem was be
stuurslid van Sonnenborgh. Hij
beloofde ons als goede buur
een plaatsje in Sonnenborgh
voor later dan. Is nog niets van
gekomen, wie weet nog hoe?
Op 15 april '45 intocht van de
Canadezen, we woonden toen
in de Tjerk Hiddesstraat. Ons
oudste kind was toen vijf jaar,
als ex-onderduiker vloog ik de
deur uit naar het Groninger
plein, zoontje meeslepend met
zijn klompjes in de hand.
Moeder boos, die kon niet mee,
op dat moment voedde ze ons
tweede kind. Vreugde en ellen
de in één hand. De Steinvoortes
tegenover ons in de Tjerk
Hiddesstraat, hoek Tjerk Hid-
desdwarsstraat, woonde me
vrouw Banning met haar doch
ter Ali, gymnastieklerares. Deze
was verloofd met een Roelof
Steinvoorte, in onze ogen een
oudere man die een of ander
bedrijfje had.
Pag. 11De tijd van de schuch
tere wedergeboorte van ons
Kolenbedrijf, een wel zeer be
wogen tijd.
Pag. 12: De verloren mensenle
vens bij Wijlaarderburen, het
Kalverdijkje met politie Dekker,
een figuur die aanwezig blijft in
het hoofd.
JEUGDMAKKERS
Pag. 13: Foto's van het Vliet. De
grote huizen daar aan het water
waar een paar jeugdmakkers
woonden, bij name P. A. de
Bruin en M. Huisinga van de
pakhuizen. De benedenfoto
geheel rechts het huis van de
fam. Hollander, suikerwaren-
grossier, vader en moeder
waren neef en nicht van mijn
vrouw.
Pag. 15: Wij woonden vanaf
1938 tot voorjaar 1944 op
Zuiderplein, twee stappen van
ons af de fam. Weistra. Bijna
alle dagen contact met deze
familie. In de oorlog had mevr.
Weistra altijd het zegje: "Wat is 't
een rommeltsje, wat is 't een
rommeltsje" waarmee ze van
haar afkeer van de bezetter dui
delijk blijk gaf. De walging zat
haar boven in de keel, ook al
mede door de gang van zaken
met de "oostfrontganger".
Pag. 16: In de jaren 1926-30
woonden we in de Huizumer-
laan 42, het huis staat er nog.
Moest vaak boodschappen ha
len in Sportlaan nr. 1 bij Jongma
en kreeg steevast een suikertol
letje mee terug. Roken in oorlog.
In de bonnentijd voor kolen, in
de oorlog dus, vaak bezoek
gehad van de oude heer Hero
de Vries, meubelfabrikant. Deze
bracht dan zijn bonnen op het
kantoor en elke keer was het:
"Zeg Lijfering, kom eens even
mee naar buiten, dan zal ik je
mijn nieuwe fiets laten zien."
Buiten gekomen kreeg ik dan
een sigaar van hem cadeau,
een z.g. Barokstijl waarvoor dan
een paar bonnen kolen extra
geleverd moesten worden. Deze
Barokstijl kon alleen buiten ge
rookt worden vanwege zijn bij
zondere geur! De Valckenaer-
straat: De Lekkumerweg (nu
Verzetsstraat) begon waar de
Azaleastraat eindigde. Op die
plaats was het begin van de
Valckenaerstraat, welke lood
recht op de Lekkumerweg, in
noordwestelijke richting was
gepland en nooit werd afge
maakt, in onze tijd 1944-1953
woonden we aan de Lekkumer
weg.
Pag. 17: Met Landwachters
heeft iedereen een vieze smaak
in de mond gekregen, wij ook.
Pag. 18: De Groningerstraat
weg, een eindeloze weg naar
de Grote Wielen. Hard fietsen
om er te komen, in de zomer,
altijd te lang in het water, altijd
snel naar huis terug, en dan net
zo zweterig na als voor de kruis
tocht.
Pag. 19: Vaak onder de schaar
gezeten van kapper Van der
Beek, was een zeer vlotte, open
Leeuwarder. Ik word nu elders
door jonge dames geknipt, niet
onaardig hoor!
Pag. 20: De somberste zijde van
uw uitgave, wel zeer bij de tijd.
Zit zelf, met mijn vrouw, in de
leeftijdsperiode van de lekken
en gebrekken. Wetenschap
pelijk spreekt men van hoog
bejaard, vroeger, maar nu niet
meer.
Op uw lijstje: Anne Lourens, de
man die de zakkenhandel van
de fam. Krammer - Bleeklaan,
overnam. Deze handel was in
vroeger jaren gevestigd:
Emmakade - Dekamastraat -
Engelsestraat. Was een ijverige,
'toeke' man met gezonde zake
lijke ideeën. Hij ruste in vrede.
ADVERTENTIES
De geplaatste advertenties heb
ik niet eens betrokken in dit
spel, zouden nog vele vellen
moeten worden toegevoegd.
Het is een pover afgietsel van
wat er zou komen als al uw
lezers zo gek waren als ik en
ook nog in de pen klommen...
Leeuwarden W. D. Lijfering
Een onbelangrijke gebeurte
nis en een waarschuwing
In den nanacht van zaterdag
op zondag omstreeks vier uur
hoorden twee politiemannen in
burger een plons in het water
aan de Willemskade en het
miauwen van een kat. Twee
kerels namen daarop de bee-
nen. Met behulp van een bootje
mocht het de politie gelukken
het beest, dat vermoedelijk
door beide mannen in het wa
ter was geworpen, weer op den
vasten wal te brengen.
Deze oogenschijnlijk onbelang
rijke gebeurtenis willen we
even aangrijpen om er op te
wijzen, dat de tijd van het kat-
tenmeppen weer aankomt. Hen
wake dus voor poesje's veilig
heid.
(1929)
£1
Onze abonnee de heer A. Harms uit Stiens verraste ons een dezer dagen met een tiental foto's van Leeuwarden
uit de vijftiger en zestiger jaren als een aanwinst voor onze archieven, waarvoor wij hem heel hartelijk dank willen
zeggen. Een van deze opnamen roepen wij graag uit als Foto van de Maand - het is deze afbeelding van een deel
van de Nieuweweg en het Blokhuisplein, die op de dertigste maart 1959 is gemaakt. We zien er nog verschillende
bijzondere 'Leeuwarder zaken' op, zoals het Stadsziekenhuis, het 'pontsje' en dat stokoude vrachtscheepje, dat
hier heel lang heeft gelegen en dat de wel zeer toepasselijke naam 'Nooit Volmaakt' droeg. Het Stadsziekenhuis is
na het voltooien van het Triotel in 1971 afgebroken, het pontsje van pontbaas Jeen Eppinga verdween al eerder
uit de vaart, namelijk in juli 1963, dat was dus een paar jaar nadat deze bijzondere aardige foto werd gemaakt.