CIRCUS BERNUM EN BAILEY EEN GEWELDIGE SENSATIE VIJF EN NEGENTIG JAAR GELEDEN TOEN ZE OLDEHOVE BOUWDEN pagina 7 Vijf en negentig jaar geleden, in deze septembermaand van 1902, beleeft Leeuwar den, ja zeg maar heel Friesland, de grote sensatie van het optreden van het gewel dige Amerikaanse circus Barnum en Bailey. De indrukwekkende onderneming staat hier in verband met een weddenschap, waarbij het er om gaat zo snel mogelijk heel Europa "te doen", maar één dag en zet z'n tenten op ten zuiden van het Nieuwe Kanaal, ongeveer op de plaats, waar later het Emmaplein en de Gysbert Japickxstraat zullen ontstaan. Ongekend is de belangstelling die het circus trekt. Het lijkt wel dat iedereen het wil zien en er komen volgens de circuskassa wel zeven en twintigduizend mensen op af. Eidar biljet geeft recht op een xetplaate en toegang tot alle af deelingen der «ooretelling. Toegangs prijzen folgens rang. Zie verder strooibiljetten. ,Nog voor de allereerste voorstelling op een zondag in Groningen is afgelopen wordt er al met het afbreken van de tenten begonnen en de trein met de eerste wagens moet hier nog binnenkomen, wan neer het bij het station in Leeuwarden al zwart van de mensen ziet. De uitgekookte publiciteitsmannen van het cir cus hebben in de weken voor de komst naar ons land al zoveel ruchtbaarheid aan de op handen zijnde toernee gege ven, dat er tenslotte vrijwel geen kind meer in Friesland is, hetwelk niet weet, dat 's werelds grootste spektakel" in aantocht is. GEHELE NACHT Gedurende de gehele nacht en de halve maandagmorgen duurt het vervoeren van het station naar de nog onbebouw de terreinen, waar het circus in een razendsnel tempo wordt opgebouwd. En het is waarlijk niet weinig, wat er verrijst: een complex van liefst zeventien tenten, een grote circustent met twee tone len en drie maneges en een hip podrome, een manegerietent voor de olifanten, de kamelen, de lama's en de zebra's en een estrade voor de wondermen sen; verder verschillende stallen voor de trekpaarden en de ren paarden en gedresseerde paar den en garderobes, kleedka mers, een eettent, nog een tent voor afzonderlijke voorstellin gen, een aparte tent voor de pers, die men wel graag te vriend wil houden en tenslotte een aantal plaatskaartenbu reaus. Precies op tijd kan het fluitsig naal gegeven worden voor de middagvoorstelling, waarbij dertienduizend bezoekers zich de ogen uit hun hoofd kijken; iets dergelijks is inderdaad nog nooit eerder vertoond. Voor de avondvoorstelling stromen er nog eens veertienduizend men sen naar het Kanaal. Wat is er nu allemaal in het cir cus te bewonderen, wat wordt er vertoond, waaraan kan het publiek zich vergapen? In de vier en veertig pagina's! tellen de programmaboekjes en in de acht en twintig pagina's(!) tel lende circuskranten (formaat 't Kleine Krantsje), staat alles ver meld, waarbij de attracties met alle in de Nederlandse taal voorkomende superlatieven worden aangeprezen. Of... Nederlandse taal is wat te sterk gezegd, want de teksten wemelen zo van de fouten, dat het geheel een heerlijk lach wekkend ratjetoe is - wat dit betreft doet Barnum en Bailey minder vakkundig werk, of is het soms opzettelijk gedaan om de sfeer "buitenlands" te hou den? Van het kunst-wielrijden ("wiel- rieden" staat er) wordt dit gezegd: "Een sierlyk uitge voerd meesterstuk - een in haar soort eenige en hoogst schok kende voorstelling - onbereik bare Behendigheid gepaard met onvergelykelyke waaghal- zing - het is of een Meteoor naar beneden valt!! - een voor stelling waarby men den adem inhoudt - een verbazingwek kende en zenuwspannende Bicycle-toer - als uniek Bravour- stuk in zijn soort bewonderd - in den top van het gebouw aange komen keert hy rustig en behendig om, om dan plotse ling onder ademloze stilte en terwyl het hart van honderden toeschouwers stormachtig klopt, met razende snelheid over het hellend vlak naar beneden te zuizen, men den daverendsten byval van duizen- de kalm begroet: de allergroot ste proeve van moed en onver schrokkenheid". BLOEMPJE En de "Chamion-ryders" op hun ongezadelde paard maken - om nog maar eens een bloempje te plukken uit dit stijlboeket - "hui veringwekkende toeren" en het zijn "de bewendste kunstryders der wereld" en tevens "het degelykste ensemble der we reld", die "hun onbereikbaar bravourstuk getuigen van een volslagen gebrek aan vrees, daarby de routine en de onder vinding van den volmaaksten ruiter die ooit in de arena gere den heft, eischend". Ongetwijfeld een van de hoog tepunten, niet alleen volgens de programma's, maar ook vol gens het publiek, is Mr. Leon La Roche "de gevierde uitvinder van den beroemden automati- schen wonderbar - hij laat zich opsluiten in een kogelronde bol en rolt daarna langs een spi- raalbaan omhoog, voortge stuwd door mysterieuze krach ten. Bijzonder curieus is het mu seum met de "levende gedroch ten en menschelyke monsters - wonderdingen en zeldzaamhe den, afwykingen en spelingen der natuur" het meisje met de, mosharen, de menselijke struisvogel ("Hy kouwt glas, kie zelstenen en andere harde din gen, hy slikt scherpe spykers en draadnagels in, zyn byge- recht bestaat uit ruwe boomwol en als voorgerecht eet hy gewo ne zeep", het menselijke naal dekussen ("Een der numers van zyn voorstelling is, dat hy den een of anderen toeschou wer vergunt een nald met draat door de hand en zyn ontblooten arm te halen"), het hardhoofdi- ge menselijke aanbeeld (Deze merkwaardige man neemt een colosalen steen van het haard- ste graniet op zyn hoofd, dat hy met zyn handen vasthoudt, ter wijl hy iemand van het publick uitnodigt met een zware smids hamer zoolang op het graniet- blok te slaan, tot het aan stuk ken op den grond valt"), het levende geraamte ("Deze man is ongetwyfeld het allerdunste mensch op de wereld en werke- lyk niet veel meer als een geraampte"). Wat op de bezoeker van Barnum en Bailey ook veel indruk maakt is de grote ver scheidenheid van de dierlijke have: het circus volstaat niet met het presenteren van de tra ditionele paarden en olifanten en leeuwen en tijgers, maar showt ook buffels en luipaarden en hyena's, lama's, zebu's, anti lopen, tapiers, kangeroe's, struisvogels, nou ja, het is moeilijk te zeggen welke dier soort er niet vertegenwoordigd is. JAREN NAPRAAT Na één dag, na twee voorstel lingen is het allemaal al afgelo pen met deze "greatest show on earth" en kan het circus weer verder trekken, maar nog jaren zal er alom in de provincie vol vuur over Barnum en Bailey worden gepraat en voor heel veel mensen zal het optreden van dit circus een van de groot ste, zo niet de allergrootste gebeurtenis uit hun leven zijn! nen beraamd om an geld en materialen te kommen. Dit is één vanne "Leeuwad der praatsjes" uut de serie, die't Fenno Schoustra een dikke tien jaar leden voor Radio Fryslan houden het. Het gaat over het meest besproken monument dat Leewadden het, de Oldehove. Je kanne wel nagaan, dat het plan - dik vierhonderdvieftig jaar leden - om de Oldehove te bouwen niet niks weest het. Het must een toren wudde, die wel negentig meter de hoogte instak en minstens su machtig as de Martinitoren, die de Groa- ningers zestig jaar eerder al bouwd hadden. As een Fries monement - so suden je de te bouwen toren mette nije Sint Vituskerk dan oek wel beskouwe kanne en er wudde dus een beroep op alle Friezen deen om inne beurs te tasten. Van alle kanten stroom den er gitten binnen, mar dat alleen het niet voldoende weest - er wudden oek andere plan- So houden se op een gegeven mement op met het opleggen an boeven van geldstraffen en oek de gieselroede leiden se een skoft anne kant - in 't plak daarvan wudde het geboefte sugenaamde "steenboeten" opleid - wie't wat uutvreten hadde en veroordeeld waar kreeg de veplichting een soad- sje stienen te leveren of een pusje kalk of een paar grauwe balken miskien wel. Oek wudt het mogelijk houden, dat se al een jaar of negen voor't de bouwers in aksje kwammen, begonnen met het apat leggen voor de bouw van vieftig precent vanne accijnsen oppe invoer van vreemd bier en van lakenstoffen en wien. Su hewwe se alle prikken in 't werk steld om sugeseid "rond" te kommen en oppe acht en (Vervolg op pag. 11)

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1997 | | pagina 7