DE DROME KRAKTE MEESTER GRAPPENMAKER VOOR FENNO SCHOUSTRA EN DE WIJDE WERELD OM HEM HEEN pagina 3 Fenno Schoustra ontving in 1993 uit handen van burgemeester Te Loo de erepenning van de stad Leeuwarden. Op de foto ook mevrouw Schoustra-Efdée. (Foto Dick van der Heijde) Vervolg van pagina 1 had hem altijd, vooral in de tijd van zijn ziekte goed behandeld. Er was geen weg naar de Friese editie terug. En zo werd Schou stra een ondernemer. Op 1 janu- I ari 1962 vestigde hij het Publici- teitskantoor Fenno Schoustra. Hij had al ervaringen met specia- Ie uitgaven: voor het bureau Alta schreef hij al het boek De Elfste dentocht 1956. Zijn eerste grote eigen uitgave zou het Elfsteden- i logboek 1962 worden want de Elfstedentocht kondigde zich aan. Samen met zijn vrouw bracht hij het direct na de tocht te verschijnen boek in de Groene Weide aan de man en de voorin schrijving liep als het spoor! Schoustra herinnert zich nog het gevoel van verslagenheid toen het bestuurslid van de Elfsteden- vereniging Herman van Slooten op het allerlaatste moment moest meedelen dat de tocht wegens dooi was geannuleerd. Het eer ste grote project liep op een sof uit. Maar de 'valse start' kreeg een succesvol vervolg: de huis aan huiskrant Interieur '62 als aanja ger voor de gelijknamige ten toonstelling in het Beursgebouw. Een adverteerder als Turkstra's Beschuit opteerde direct voor een hele pagina en zelfs een met zes steunkleuren. Schoustra moest de tarieven voor extra kleur staande de onderhandelin gen bedenken! De krant liep van de persen van Erven Koumans Smeding, maar kreeg een kleu- renomslag van drukkerij Keizer mee. Er gingen grote bedragen in om, maar de winst voor de nieuwe onderneming was hoop gevend. Fenno Schoustra vertelt over die opgaande tijd als een smoordruk bestaan. Hij kon niet aan kantoor komen of nieuwe opdrachten stroomden binnen. Het radiowerk voor de VARA op zondag ging ook door en zo was hij geen uur meer vrij. Het was voor Schou stra reden om een rubriek over oud-Leeuwarden in de veel gele zen Leeuwarder Gemeenschap die hij samen met Henny Keikes schreef, op te geven. Maar dat was voor veel lezers nogal zuur. Schoustra werd er op straat over aangesproken. Men miste de verhalen over oud Leeuwarden. En zo rijpte langzaam 'het idee voor een eigen uitgave over de stad die hij meer dan enig ande re lief had. Maar eerst was er nog ander werk aan de winkel: wat in 1962 niet lukte, gebeurde in 1963 wel. Een Elfstedentocht die door ging. En wat voor Elfstedentocht! De heldentocht van Reinier Paping werd door geen ander zo beeldend beschreven als door Fenno Schoustra in zijn logboek. Het boek kwam tot stand in de flat aan de Valeriusstraat maar een verhuizing hing al in de lucht. Een eigen auto werd aange schaft. Na de verhuizing naar de Vredeman de Vriesstraat 1 en het inrichten van zijn kantoor en archief namen de hersenspinsels over een eigen krant steeds vas tere vormen aan. In oktober 1964 kwam het er echt van: 't Kleine Krantsje voor Leeuwarden en de wijde wereld er omheen zag het daglicht. Fenno Schoustra had alles wat hij over oud Leeuwarden in han den kon krijgen altijd al bewaard. In de rubriek in de Leeuwarder Gemeenschap waren al veel interessante verhalen vaak met hulp van het gemeentearchief gepubliceerd. Schoustra en Kei kes, de schrijvers, troefden elkaar af in kennis van de stad. Had de een weer een onbekende steeg ontdekt, dan werd de ander gebeld met de vraag waar hij de Digte Gasthuissteeg, de Bargejagerssteeg of Hoedema- kerssteeg situeerde? Wist de co auteur het niet dan zwalkte die vervolgens vertwijfeld dagenlang door de oude stad. Schoustra gebruikte het spelelement ook jarenlang in 't Kleine Krantsje in de rubriek Leewwadders, waar is dit? Met zijn eigen veertiendaagse krant was Schoustra weer in z'n oude vak van journalist terug al moest de aandacht gedeeld wor den met de commerciële zorg. Andere uitgaven zoals de jaren lang verschenen catalogi voor de Recreana-tentoonstellingen waarvoor hij ook de publiciteit deed, gingen naast de krant gewoon door. 'Skütsjesilen' was zo'n jaarlijkse uitgave. Het publi- citeitskantoor groeide maar door en er kwam zowaar personeel. Marinus de Boer, later vele jaren bij het Friesch Dagblad en hoofd redacteur van Omrop Fryslan tot zijn vroege dood vorig jaar, was de eerste. Schrijver dezes en stadhuisbode Jan Stobbe kwa men en gingen, een leerzame ervaring rijker. 't Kleine Krantsje werd jarenlang bij Bos en Co op de Bleeklaan gedrukt. Toen dat bedrijf ook in Gorredijk een krant de Woud klank) overnam, verslapte de grafische aandacht voor 't KK enigszins. Schoustra zegde het contract op toen hij bij de drukke rij telefonisch met de zetter werd doorverbonden en de directeur met de hand op de hoorn, maar toch duidelijk hoorbaar riep: "Van Lullum aan de lijn". Penninkhof in Stiens werd de tweede drukker van het veelgele zen orgaan. De plastic clichés waarvan de foto's werden gedrukt kwamen van het Friesch Dagblad. Toen Penninkhof onge lukkigerwijze failliet ging, was het FD de logische derde drukker op rij. Deze offsetdrukker maakte vorige week de drieëndertigste jaargang vol met het allerlaatste nummer van 't Kleine Krantsje. Toen Fenno Schoustra precies een jaar geleden merkte dat hij fouten maakte op de schrijfma chine en de eenvoudige bereke ning van de BTW op de telmachi ne niet meer voor elkaar kreeg, bleek er iets mis te zijn. Een 'tia', een licht herseninfarct maakte dat een aantal heel eenvoudige handelingen verstoord waren. Een bekend telefoonnummer werd verkeerd gedraaid, het schrijven leverde vreemde woor den op. Hoewel de verstoring weer langzaam wegtrok, nam hij in januari toch het verstrekkende besluit om met 't Kleine Krantsje te stoppen. Ook zijn leeftijd, acht jaar meer dan de pensioenge rechtigde leeftijd speelde een rol in zijn beslissing. Hij besloot de jaargang vol te maken en er dan een punt achter te zetten. De hoofdredacteur heeft een jaar de tijd gehad om te wennen aan het idee. Tijd om niet in een diep gat te vallen. Hij zal anders naar zijn Leeuwarden gaan kijken. Tot vandaag was dat immers altijd met de blik van de journalist: wat gebeurt hier, wat verandert daar in het stadsbeeld. Is het iets voor de krant, gauw een foto maken! Nu, een jaar na het besluit moet hij er niet aan denken nog door te gaan. De beslissing en het moment van afscheid nemen zijn bij elkaar gekomen. Drieëndertig jaargangen 't Kleine Krantsje res teren. Het is mooi geweest. Jan van der Hoek (1942, voor lichter Gemeente Leeuwarden) Fenno Schousta in zijn laatste dagen als redacteur van de Friese editie van het Vrije Volk in 1960. (Foto Sjoerd Andringa) Fenno Schoustra bij de zonne wijzer in de Hoftuin met de fles sen 'grachtwater'uit de Kei zersgracht die in het Gemeen tearchief worden bewaard. (Foto Jan van der Hoek) het eiland Rottumeroog. Het werd daar zo gezellig dat het tij verliep en de hele reportage- ploeg zes uur moest overblijven. Alleen Sinterklaas moest al die tijd z'n rol blijven spelen voor het kind Schoustra trad nog op als de Olderman Franciscus van Min- nema om te protesteren tegen de afbraak van hotel de Doelen, de voormalige Minnemastins aan de Voorstreek; als negen- tiende-eeuwse stationschef op het perron van Buitenpost toen de burgemeesters van Gronin gen en Leeuwarden daar het honderdjarig bestaan van de spoorlijn met vele gasten vier den. Hij was de scheids rechter/politieman bij voetbal wedstrijden in Leeuwarden en Sneek tussen elftallen van artie sten en journalisten en hij beïn vloedde het spel niet weinig. Lezers van 1 Kleine Krantsje wisten niet wat ze lazen toen op 1 april 1977 hun krant opende met een groot verhaal over de overname door 't KK van de grote Leeuwarder Courant. De redactie van de LC kon de grap niet waarderen, maar oud-direc teur Sietse Jonker, zelf abonnee van 't KK en toenmalig directeur Harke van der Meer wisten het verhaal op waarde te schatten en lieten dat de grappenmaker weten ook! Jan van der Hoek U.G. de Jong, links en F.L. Schoustra als schertsofficieren gefo tografeerd op de 'NATO-flight' van de vliegbasis Leeuwarden na een geslaagde infiltratie. (Foto Leeuwarder Courant) Fenno Schoustra heeft een naam op te houden als practical joker. Met een stalen gezicht kon hij de medemens volkomen op het verkeerde been zetten of de lezer van zijn Kleine Krantsje een (1 april) poets bakken. De mooiste stunt is uit zijn laatste jaar als journalist bij Het Vrije Volk. Samen met LC-collega Ultsje G. de Jong wist hij als operettemajoor verkleed de Vliegbasis Leeuwarden illegaal te infiltreren. Het was juli 1961 en op het vliegveld was een ont moeting van NAVO-officieren uit alle landen van het bondgenoot schap. Voor de kranten waren ook persfotografen op uitnodi ging aanwezig. Die combinatie bracht de heren op het idee. Er werd een auto bij De Zeeuw gehuurd, de nummerplaat ver wisseld voor een gele plaat met het kenteken LAF UG 5761 FS. Met op de mouw van een kaki pak van Gerlach de insignes van de toen populaire melkbri- gadier meldden de heren zich aan de poort. Hun presentatie maakte aan de poort zoveel indruk dat zij vrije doorgang kre gen. De heren maakten een rit over het hele veld en lieten zich nonchalant opgesteld voor een Hawker Hunter fotograferen door persfotograaf Peter Boons tra. De smulverhalen met foto's in de Friese kranten zorgden voor grote opschudding bij de luchtmacht. Pasquino, de chro niqueur van De Telegraaf, zorg de voor een landelijk lachsalvo. Schoustra was altijd te porren voor een verkleedpartij. Hij werd gewoon de persoon die hij uit beeldde. Sinterklaas speelde hij al in het studentensanatorium en later voor een reportage in HVV, ook voor het dochtertje van strandvoogd Toxopeus op

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 1997 | | pagina 3