Boeren bang voor nachtelijke activiteiten in hun land Heksen lieten zuivelbereiding in het honderd lopen >V „Gewone taak..." voor de plafonds ijzerwerken te con strueren, op de vloerelementen kwa men estichvloeren, het loodgietersbe- drijf F. van der Heide uit Leeuwarden begon met het plaatsen van sanitaire installaties en toen werd het langza merhand ook tijd voor het Schilders bedrijf Tjepkema te Leeuwarden om de nieuwbouw in de verf te zetten: de accoustische plafonds, de gangen, de muren en de trappen en ook de ma chines in de technische ruimten in de kelder en op de bovenverdieping. Karrevrachten Tegelijkertijd begon de F.I.B. met het plaatsen van de uniteenheden, er kwa men karrevrachten optiekverlichtings- armaturen van Philips, die door de CCF zelf werden geplaatst, de vloeren werden van linoleum voorzien en dank zij de verplaatsbare wanden van Interwand N.V. te Eibergen begonnen de grote ruimten op de verschillende verdiepingen plotseling op kantoren te lijken. Natuurlijk gingen intussen ook buiten het gebouw de afwerkingswerkzaamhe den door. De gevels werden met sier beton bekleed. De Firma W. J. Oost- dam te Den Haag begon met het ver fraaien van de bordessen en buiten trappen, legde op de begane grond een fraaie natuurstenen vloer en bekleedde ook het basement, de voet van het ge bouw. Het Tuincentrum Repos Ail- leurs te Leeuwarden begon met het aanleggen van een representatieve tuin en het Ingenieursbureau Fehres kwam Er is een tijd geweest, dat er in nach telijke uren in de Friese greiden nog heksen dansten: sommige landerijen gaven vroeger kol- of heksekringen te zien - daar was het lang niet pluis, daar plachten 's nachts de heksen te verkeren. Tsjernpaeden noemden de Friezen die kringen, karnpad, omdat ze zo'n grote gelijkenis hadden met het cirkelvormi ge pad, waarop in die tijd het paard rondliep voor de karnmolen. De kam- pols, die in de karn de boterafschei- ding moest bewerken, werd er door in beweging gebracht. Witte paarden Zo'n kring in het land was soms vol komen onbegroeid, net alsof dat ronde pad zoveel betreden werd, dat het gras eenvoudig geen gelegenheid kreeg om uit Heemstede om er een fontein in te plaatsen. Intussen had de N.V. Nederlandse Huistelefoon Mij. te Den Haag al voor een uitgebreid telefoon-communicatie systeem gezorgd en ook het Advies- en Installatiebureau Waterloo te Leeu warden had toen al z'n installaties ge plaatst om het gebouw tegen bliksem inslag te beveiligen. Toen Woninginrichting J. J. Slauerhoff te Leeuwarden de vloeren van ver schillende kantoren met tapijten had belegd, naderde het moment, dat het personeel kon gaan denken aan het in bezit nemen van de nieuwe vestiging. Maar ock na een spectaculaire verhui zing van het oude naar het nieuwe gebouw bleef de bedrijvigheid van wer kers aanhouden: nu kwam Kunsthan del Van Hulsen te Leeuwarden opzet ten om het rijke schilderijenbezit van het bedrijf in de verschillende kanto ren een juiste plaats te geven en ook Jongstra-Bloemen te Leeuwarden zorg de voor een niet geringe verhoging van de sfeer door de ruimten van bloemen en planten te voorzien. Vijf en dertig maanden En zo zijn er vijf en dertig werkzame maanden voorbijgegaan. Nu zijn de plannen voltooid. Het nieuwe Kantoor gebouw van de Condens staat er kant en klaar. Het is zelfs al in gebruik ge nomen. Het hoeft alleen nog maar officieel geopend te worden. En dat gebeurt dan vandaag, donderdag n april 1968. Voor later: een gedenk waardige dag zich er te ontwikkelen. De boeren dachten dan ook, dat er 's nachts een paard of een veulen in liep, nooit een bruin of een zwart dier, maar een wit. Boeren, die een tsjernpaed in het land hadden waren niet te benijden, want voortdurend werden ze bereden door de angst, dat hun zuivelbereiding in het honderd zou lopen. Want daar was het de boze vijand met z'n nachtelijke cirkelgang om te doen. In de landen tussen Poppingawier en Terzooi moet een karnpad zijn ge weest, waarvan iedereen wist, dat er 's nachts niet alleen een paard of een veulen rondliep, maar dat er boven dien nog werd gekarnd. Dat pad is er nu niet meer, helaas. Van de wonde ren uit de goeie ouwe tijd horen we tegenwoordig ook maar weinig meer. Dit is de heer W. J. Brander- hoist, 63 jaar, hoofd van de Bouwkundige Dienst van de C.C.F., geboren en getogen Leeu warder, wonende aan de rand van de stad in het bungalow park Nieuw Rapenburg. Buiten de leden van de directie is er niemand bij de Condens, die met het totstandkomen van het nieuwe kantoorgebouw zoveel te maken heeft gehad als de heer Branderhorst: jarenlang heeft deze grootste nieuwbouw' in de geschiedenis van de Con dens zijn gedachten beheerst. Met nog maar twee dienstjaren voor de boeg kan de heer Bran derhorst het realiseren van het nieuwe gebouw beschouwen als de kroon op zijn werk voor de Condens, dat hij acht en veertig jaar geleden als broekje van vijftien begon. Toch heeft hij het werk voor dit nieuwe kantoorgebouw nooit als een bijzondere afsluiting van zijn carrière kunnen zien: „Tja, het was natuurlijk het grootste werk, dat ik hier heb meege maakt, maar ik heb het altijd als m'n gewone taak beschouwd, ook al is er wel wat meer tijd in gaan zitten dan in enig an der object". Tot de veelomvattende voorbe reidende werkzaamheden van de heer Branderhorst hoorde ook het - samen met de directie - letterlijk afreizen van stad en land om zich bij vele andere grotere kantoren, zowel binnen als buiten de grenzen van ons land op de verschillende bouw wijzen te oriënteren. „Dat zijn voor ons leerzame reisjes ge weest. De fouten, die wij elders aantroffen hebben we hier kun nen vermijden

Historisch Centrum Leeuwarden

’t Kleine Krantsje, 1964-1997 | 2000 | | pagina 7