104 GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Memorie van Toelichting. BEGROOTING 1873. Sommen Volgno. Hoofdstuk. Afdeeling. Artikel. doorgedragen sommen. over 1872 toegestaan. UITGAVEN. 75 ii III 2 355.— 200.— 76 n II 3 745.— 745.— 78 ii V 1 600.— 600.— 79 li II 2 150.— 150.— 80 n II 3 - 1,000.— 800.— 81 n II 4 150.— Nihil 82 ii VI 1 100.— 100.— 83 n VII 1 100.— 100.— 84 li II 2 900.— 650.— 85 n II 3 880.— 880.— 86 n VIII 1 150.— 50.— 87 ii 2 200.— 50.— 88 ii IX 1 4. 4.— 89 n 1/ 2 400. 350.— 90 ii X 1 750. 750. 91 n 1/ 2 100.— 75. 92 n II 3 450.— 450. 93 n II 4 150.— 150.— 94 n II 5 15».— 150.— 95 n II 6 450.— 380.— 96 97 98 99 n ir III li II II I II 7 8 1 2 200.— 75.— - 7,550. - 3,277.— 120.— 75.— - 7,990.— - 5,793. Het door den architect geraamd bedrag is verhoogd met 225 tot aanschaffing van overgordijnen op de nieuwe zaal. De raming berust op de uitgaaf van 1870 ad J 741.en die over 1871 ad J 778.—. Het tractement van den adjunctcommies le klasse is bij verordening van 8 Fe bruary 1872 bepaald op 1,000. Volgens de bestaande voorschriften moet in 1873 een tienjarige tafel worden opgemaakt. De kosten daaraan verbonden hebben in 1863 ongeveer f 150.be- loopen. In 1871 is 297.10 uitgegeven, als gevolg van eene hermeting van de kadastrale perceelen in de sectiën F en G. Bij gewone omstandigheden is een bedrag van 100.voldoende. Tractement van den adjunctcommies 2e klasse, ingevolge verordening van den 8 Februarij 1872. De toevoeging van een klerk aan het personeel op het bureau voor den bur gerlijken stand is vooralsnog geen vereischte, als in verband staande met eene nadere regeling van de huisnummering binnen deje gemeente waaromtrent voor stellen aan den raad zullen worden gedaan. In afwachting van de nieuwe regeling zal het geraamd bedrag bij de tegen woordige inrigting toereikende zijn. Verhoogd met het oog op de verkiezingen in 1873 tengevolge periodieke aftre ding van raadsleden en leden van de 2e kamer der staten-generaal. In 1871 is op dit artikel uitgegeven 137.53. In 1871 is hierop f 183.83 uitgegeven. Onderdeel b met 50.verhoogd op grond van de uil De uitgaaf in 1871 bedroeg 93.51. over 1871 Het plaatsen van de plans der in 1871 aangegane geldleeningen in de Leeuwar der Courant is vooral oorzaak geweest dat over dat dienstjaar eene som van 340.47^ voor advertentiekosten is vereischt. Men stelt zich voor in het vervolg de leenings-voorwaarden niet in haar geheel in de courant te plaatsenna dat gebleken is dat de uitgevers der Leeuwarder Courant die bekendmakingen niet beschouwen als te zijn begrepen onder die welke kosteloos kunnen worden geplaatst. Met het oog hierop zal eene som van J 150.voldoende zijn. In 1870 is op dit artikel f 109.95 uitgegeven. Bij besluit van burgemeester en wethouders is de gemeente-architect gemagtigd de loonen van de werklieden der stads fabricage en van den copi-ist op zijn bu reau met hoogstens twee cents per uur te verhoogen. In 1871 is hiervoor 229.55 uitgegeven. Conform de door den gemeente-architect voorgedragen sommen met uitzonde ring van het onder lett. C no. 2 uitgetrokken bedrag voor vernieuwing van de brug no. 7 in den Ilarlinger trekwegdat is overgebragt op hoofdstuk 111 afdee ling VII'art. 1 op grond van de bij de behandeling der begrooting over 1872 ge voerde discussiën. Onder het aangebragte cijfer op onderdeel b ad f 1,000.is begrepen f 800.— tot verbetering van den weg naar de begraafplaats. Voor onderhoud van den Lekkumer weg is een som disponibel gesteld, ver mits nog niet is verklaard dat die weg niet meer voor de publieke dienst be stemd zal zijn. Dit bedrag is voldoende gespecificeerd op de ontwerp-begrooting van den ge- GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN. Memorie van Toelichting. 105 BEGROOTING 1873. Sommen -W tb Voorgedragen over 1872 O a .5 JU i!5 1 "ÖJ D tl toegestaan. 2 sommen. JIT( JAVEN. 100 III I 3 j 900.— 900.— 101 a 4 825.— 870. 102 a 5 200.— 200. 103 u a 6 847.— - 1,147 104 n ii 7 75.— 75.— 105 ii n 8 80 140.— 106 ii a 9 350 350.— 107 n ii 10 - 10,800.— - 11,800.— 108 ii a 11 50.— 25.— 109 ii II 1 400.— 530.— 110 ii 2 700.— 900.— 111 ii n 3 - 2,600.— - 2,600.— 112 ii III 1 - 3,645.60 - 3,645.60 113 ii li 2 150. 525.— 114 li IV 1 640. 640.— 115 ii II 2 110. 20.— 116 ii V 1 - 57,920.— - 35,360.— 117 n II 2 - 20,000.— - 18,000.— 118 ii II 3 - 4,300.— - 1,500.— meente-architect. Het totaal cijfer doordien ambtenaar voorgedragen op 4,537. is verminderd met 1,200.voor vernieuwing van de Hoogebrugals zijnde die som overgebragt op hoofdstuk III afd. VIII art. 2 en met 60.voor vernieu wing van het dek der Meekmabrug. De onderdeelen lett. b en d zijn tot hetzelfde bedrag als in 1872 uitgetrokken. Onderdeel c is verhoogd als gevolg van de vermeerdering van het getal secreten en waterplaatsen. In 1872 is voor onderhoud van torens 600.uitgetrokkenwaaronder voor buitengewone herstellingen aan den Oldehoof f 200.en voor het verwen van den toren op het gemeentehuis j 100.Over 1873 zijn er geene buitengewone her stellingen aan de torens te doen. Dit bedrag wordt voldoende geacht tot bestrijding van de kosten van onder houd der tegenwoordige marktplaats en zoo noodig van de nieuwe in 1873 te maken veemarktplaats daar dezealthans in het volgend dienstjaar weinig kosten van onderhoud zal veroorzaken. Voor gewoon onderhoud. In 1872 is eene som van 60.geraamd voor het verwen van het verblijf voor de korenmeters. In 1871 werden er ten behoeve der straatverlichting 99,584 stère gas verbruikt. Door vermeerdering van het getal straatlantaarns en het aantal uren gedurende welke die branden, wordt het gasverbruik ten bedoelden einde over 1873 op 105,000 stère geraamd. Tengevolge de prijsverlaging van de gas isniettegenstaande het vermeerderd verbruik, het geraamd kosten-bedrag van 11,500.tot 10,500 verminderd. In 1871 is op dit artikel J 10,868.87 uitgegeven. Deze som wordt minstens vereischt. In 1871 is uitgegeven 28.50. Kosten voor gewoon onderhoud. Op de begrooting voor 1872 is bovendien eene som van f 130 aangebragt voor buitengewone herstellingen aan de gebouwen. Bezoldiging van de twee doodgravers. Onder het bedrag ad f 900.op de begrooting van 1872 is begrepen het tractement van den directeur der begraaf plaats welke betrekking thans aan den adjunct-commies 2e klasse ter secretarie is opgedragenzonder dat hij daarvoor eene afzonderlijke belooning geniet inge volge raadsbesluit d.d. 22 Februarij 1872 {Gem. Blad no. 6). In 1871 is op dit artikel 2,589.93 uitgegeven. Deze uitgaaf, die afhankelijk is van het getal begravingen, is uit den aard der zaak niet met eenige juistheid te begrooten. Conform het geraamd bedrag over 1872. In 1871 is f 3,476.50 uitgegeven. Deze uitgaaf is wat onderdeelen b en e aangaat, afhankelijk van den meerderen of minderen aanvoer aan de waag. Voor gewoon onderhoud is 120.— en voor aankoop van gordijnen 30.ge raamd. In 1872 is eene uitgaaf beschikbaar gesteld ad 450.voor vernieuwing van den luifel aan de zuidzijde der waag. Met 90.verhoogd voor het verwen van de overdekking enz. der vischmarkt. Deze raming is gebaseerd op een vermoedelijk gasverbruik van 745,000 stère, waarvoor noodig zijn 50,000 hectoliter steenkolen berekend tegen 1.10 per hec toliter maakt55,000. waarbij voor kalk- 1,320. en teerfusten- 1,600. f 57,920.— Het toenemend gasverbruik en de vermeerdering en uitbreiding der straatver lichting vorderen meer personeel en dientengevolge verhooging van dit artikel. Voor 1872 is voor onderhoud van gebouwen geraamd J 700.makende met

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1872 | | pagina 53