Bijlagen tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1872. 155 Bijlage no. 28. VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot wijziging der verordening regelende de in- rigting van het personeel der politie. De burgemeester heeft ons collegie te kennen gegeven dat ZEd. het noodzakelijk acht verandering te brengen in de inrig- ting der politie alhier. Bij die mededecling is ons behalve een voorstel tot wijziging der verordening regelende de inrigting van het personeel der po litieovergelegd een plan der nieuwe inrigting, zooals die wen- schelijk wordt geacht. Zal dit plan uitvoering erlangen dan dient de aangehaalde verordening te worden gewijzigd omdat aan die uitvoering meer uitgaven voor de gemeente zijn verbonden dan de tegenwoor dige inrigting der politie eischt en in genoemde verordening be palingen zijn vervat aangaande het getal en de bezoldigingen der politiebeambten die tot grondslag strekken voor de beschikbaar stelling der fondsen waaruit de kosten van politie worden be streden. Uit dienhoofde hebben wij het aangeboden voorstel zoomede het daarbij omschreven plan in overweging genomen. Wat betreft de noodzakelijkheid eener wijziging der inrigting van het personeel der politiekomt het ons voor dat deze moet worden erkend. In de eerste plaats is het getal dienaren der politie veel tc geringzoodat onmogelijk bij dag in deze gemeente de noodige surveillance kan worden in acht genomen. In de tweede plaats laat de nachtdienst veel te wenschen over, waarin geene verbetering kan worden aangebragt zoolang het politie personeel op den tegenwoordigen voet blijft ingerigt. Thans im mers moet de nachtwachtdienst worden opgedragen aan personen, die hunne betrekking bij de politie, wegeüs de geringe bezoldiging daaraan verbonden, als bijzaak beschouwen en op andere wijze een middel van bestaan moeten zoeken waardoor zij de zelfstandig heid en onafhankelijkheid missen die van een goed politiedienaar kan worden gevorderd. In verband hiermede komt ons het ontworpen plan eener nieuwe inrigting allezins doelmatig voor. Volgens dat plan zal het politietoezigtbehalve aan den com missaris, worden opgedragen aan een inspecteur een onder-inspecteur 3 politiedienaren der le klasse, 9 n u 2e 24 8e terwijl daarenboven zullen worden aangesteld 8 politiedienaren der 4e klassedie bestemd zijn om in geval van ziekte of ont stentenis van politiedienaars van hoogeren rang voor dezen dienst te doen. Wel zal door deze regeling het getal politiedienaren der 3e en 4e klasse respectievelijk van 45 en 12 op 24 en 8 worden ver minderd doch hiertegen staat over dat het in de bedoeling ligt de aan te stellen dieiaaren der 3e klasse zoodanig te bezoldigen, dat zij zich geheel aan hunne betrekking kunnen wijden terwijl de tegenwoordige dienaren der 3e klasse slechts voor den nachtr dienst of ter vervanging van politiedienaars der le en 2e klasse en bij buitengewone gelegenheden in functie zijn. Een getal van 8 politiedienaars der 4e klasse is voldoende ge acht omdat deze alleen in dienst behoeven te treden bij ontsten tenis van een der hoogere klassen of bij buitengewone gelegen heden wanneer zulks noodzakelijk wordt geacht. Intusschen brengt het ontworpen plan van inrigting mede vooral met het oog op den nachtdienstdat er behoefte bestaat aan de aanstelling van een onder-inspecteur, in verband met de verdeeling van de politiedienaars der le en 2e klasse in sectiën cn die der 3e klasse in brigades, welke onder dadelijke leiding van den inspecteur of onder-inspecteur het hun opgedragen toe- zigt zullen uitoefenen. Op die wijze zal het personeel der Bijvoegsel, behoorende bij de Leeuwarder Courant. politie zoodanig kunnen worden zamengesteld, dat een voldoend politietoezigt mag worden verwacht. Ten gevolge van vorenstaande beschouwingen hebben wij ons met het aangeboden voorstel tot wijziging der verordening re gelende de inrigting van het personeel der politie in deze .ge meente behoudens enkele veranderingen en aanvullingen van ondergeschikt belangkunnen vereenigen. Gelijk wij reeds opmerktenzullen evenwel daaruit voor de gemeente meerdere uitgaven voortvloeijen ten aanzien waarvan wij de eer hebben het volgende mede te dcelen De tegenwoordige inrigting der politie eischt eene jaarlijksche uitgaaf van pl. m. ƒ16,050, als: jaarwedde van den commissaris1,800. id. inspecteur- 800. id. 4 politiedienaars der le klasse - 2,000. id. 8 if h 2e - 3,600. id. „45 3e - 6,750.— kleeding der politiedienaars le en 2e klasse - 660. id. van die der 3e klasse- 40. buitengewoon- 400. zamen ƒ16,050. Volgens het plan der nieuwe inrigting zal die uitgaaf bedra gen voor jaarwedde van den commissaris1,800. id. n n inspecteur- 900. id. onaer-inspecteur - 700. id. van 3 politiedienaars le klasse - 1,500. id. 9 2e 4,050.— id. 24 3e - 9,550.— kleeding van den onder-inspecteur en 36 po litiedienaars 37 X 2,035. buitengewoon- 400. zamen 20,985 De nieuwe inrigting zal alzoo der gemeente jaarlijks eene meerdere uitgaaf veroorzaken van ƒ4,905. Deze betrekkelijk aanzienlijk hoogere uitgaaf kan echter niet worden vermeden wanneer men de tegenwoordige regeling van het politietoezigt op doeltreffende wijze wil verbeteren, aange zien het getal beambtendat voor den dienst zal worden aange wezen wel geene vermindering kan ondergaan en ook de be zoldigingen worden voorgedragen tot een cijferdat niet als overdreven is aan te merken. De verhooging der jaarwed de van den inspecteur met 100 mag geacht worden allezins billijk te zijn vooral wanneer wordt aangesteld een onder-inspec teur wien eene jaarwedde van ƒ700 dient te worden toegekend. Voor de bezoldiging van de politiedienaren der 3e klasse kan wel geen minder bedrag dan 400 beschikbaar worden gesteld indien van deze beambten zal worden geeischt, dat zij zich ge heel aan hunne betrekking wijden. Letten wij daarbij op de bezoldigingen die deze titularissen in andere gemeenten genietendan meeuen wij dat ten dezen de billijkheid is in het oog gehouden. Ter vergelijking zoover noodig zij hier vermeld dat in de ge meente Groningen de kosten der politie thans ongeveer bedragen de som van ƒ32,000. Op grond van een en ander hebben wij mitsdien de eer u bij deze voor te stellen de meergemelde verordening te wijzigen zoo als in bijgevoegde nota is vermeld en in verband daarmede die verordeningaldus gewijzigd in haar geheel op nieuw vast te stellen overeenkomstig het ontwerp bij deze overgelegd. Aldus voorgesteld ter raadsvergadering van jden 14 November 1872 door Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden J. BIERUMA OOST1NG. De SecretarisP. A. BERG8MA. 25

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1872 | | pagina 78