Bijlage No. 3. 2 Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, 1888. Art. 2. De in het vorig artikel bedoelde lijsten worden zoo spoedig mogelijk door burgemeester en wethouders vastgesteld en aan den gemeente-ontvanger ter invordering gezonden. v Art. 3. Tegelijk met de toezending-der lijsten geschiedt daarvan door burgemeester en wethouders openbare kennisgeving. Art. 4. De schoolgelden moeten zijn betaald vóór den laatsten dag der eerste maand van het tweemaandelijksch tijdvak waar over ze verschuldigd of waarin ze op de in art. 1 bedoelde lijsten zijn gebragt. Bij nalatigheid of weigering van betaling geschiedt de invor dering overeenkomstig de voorschriften van de art. 258—202 der Gemeentewet. Art5 De gemeente-ontvanger geeft ten minste twee dagen vóór het einde van elk tweemaandelijksch tijdvak aan burgemeester en wethouders berigt van den stand der invordering der school gelden. Art. 6. Deze verordening treedt in werking te gelijk met die tot hef ting van schoolgelden voor het onderwijs op de gemeentelijke bewaarscholen der tweede klasse. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden. Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden 1888. 1 VOORSTEL van burgemeester en wethouders tot vaststelling van verordeningen op de hef fing en op de invordering van eene belasting op tooneelvertoo- ningen en andere openbare ver makelijkheden. Aan den Gemeenteraad Wij hebben de eer u hierbij ter overweging en vaststelling laan te bieden I 1°. een ontwerp-besluit tot het heffen eener belasting lop tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden. I 2°. eene ontwerp-verordening op de invordering dier belas- Iting. I Voor de toelichting verwijzen wij naar de bijgevoegde me- Imoriën. I Aangeboden ter raadsvergadering van 28 February 1888 door Burgemeester en wethouders van Leeuwarden P. LYCKLAMA a NIJEHOLT. De Secretaris P. A. BERGSMA. De raad der gemeente Leeuwarden Overwegende dat het wenschelijk is het besluit tot heffing I eener belasting op tooneelvertooningen en andere openbare ver- Imakelijkheden, vastgesteld den 7n November 1865, te herzien; I Besluitvast te stellen het volgende BESLUIT tot het heffen eener belasting op tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijk heden. Art. 1. I Er wordt ten behoeve der gemeente geheven eene belasting I op alle openbare tooneelvertooningenspellen bals concerten, Ivauxhals, danspartijen en alle vermakelijkheden of tentoonstel- llingen tenzij uitdrukkelijk bij deze verordening vrijgesteld, en onverschillig of die in vaste lokalen tenten in de open lucht, lof langs de straat worden gegeven. I Onder openbare vertooningen vermakelijkheden of tentoon- I stellingen worden verstaan de zoodanige die tegen betaling I in welken vorm overigens voor een ieder of voor bepaalde per- Isonen toegankelijk worden gesteld. Art. 2. I De in het vorig artikel omschreven belasting wordt alleen ge- Iheven voor zoover de tooneelvertooningen vermakelijkheden en tentoonstellingen plaats hebben gedurende de jaarmarkt. Art. 3. Voor de tooneelvertooningen vermakelijkheden en tentoon stellingen die in vaste lokalen of in tenten worden gegeven bedraagt de belasting a. Indien op één dag slechts één voorstelling wordt gegeven, voor eiken dag één procent van de onzuivere opbrengst. b. Voor elke verdere voorstelling op één dag een half pro cent. c. Voor vélocipède-circussen en dergelijke voor eiken dag twee cent pér zitplaats. d. Voor alle verdere doorloopende vertooningen enz., voor eiken dag vier procent van de onzuivere opbrengst. De onzuivere opbrengst wordt berekend naar het getal zit- en staanplaatsen welke de voor het publiek bestemde gedeelten der lokalen of tenten bevattenonverschillig of die bezet wor den of nieten naar den vollen entréeprijs voor elke plaats van eiken rang bepaald. Wordt het entréegeld geheel of gedeeltelijk in vertering aan genomen dan wordt dit voor het berekenen der belasting voor de helft in aanmerking genomen. Voor zoover elke zitplaats niet duidelijk is aangewezen wordt daarvoor genomen eene lengte van 50 centimeter. Voor elke staanplaats wordt genomen eene oppervlakte van een halve vierkante meter. Veertig plaatsen worden, naar den hoogsten entréeprijs, steeds als minimum gesteld. Indien door de toepassing dezer bepa ling de belasting per dag minder dan 20 cent zou bedragen is minstens dit bedrag verschuldigd. Art. 4. Voor alle in de open lucht gehouden wordende vertooningen, vermakelijkheden en tentoonstellingen is verschuldigd a. voor muziekuitvoeringen wedrennen en dergelijketwee procent van de onzuivere ontvangstdoch minstens voor elke uitvoeringeiken wedren enz. f 2.50. b. Voor carousselsgeen grooter middellijn hebbende dan twaalf meter langs den grond gemeten voor eiken dag twee cent per zitplaats. c. voor carroussels van grooter afmeting, voor eiken dag vijf cent per zitplaats. d. voor alle andere vertooningen, vermakelijkheden en ten toonstellingen zooals wegens straatmuziekliedjeszingen met of zonder draaiorgel of ander muziekinstrumentgoochelen gymnastische voorstellingenpoppenkasten enz., het vertoonen van vreemde of zeldzame dieren of andere voorwerpen in kisten, manden of op andere wijze is in eens en onverschillig of dit plaats heeft gedurende den geheelen jaarmarkt of slechts enkele dagen daarvanverschuldigd één gulden indien één persoon de vertooning vermakelijkheid of tentoonstelling geeften in dien meerdere personen daartoe medewerkenvoor eiken per soon bovendien 25 cent. Art. 5. Waar in deze verordening sprake is van een dagwordt daaronder verstaan een tijdperk van vier en twintig uren, aan vangende te middernacht. Voor de toepassing der belasting wordt verder een gedeelte van een dag voor een geheelen dag genomen. Art. 6. Van de belasting zijn vrijgesteld a. Tentoonstellingen van voorwerpen van nijverheid en kunst, niet om gewin gehouden wordende. b. Gewone dansmuziek in herbergen en tapperijen. Art. 7. De belasting is verschuldigd door de ondernemers of bestuur ders der vertooningenvermakelijkheden en tentoonstellingen en bij afwezigheid van deze door degenen, die in hunne plaats optreden. Art. 8. Deze verordening treedt in werking op den lsten Julij 1888, met welk tijdstip het besluit van 7 November 1865 vervalt. De raad der gemeente Leeuwarden Gelet op zijn besluit van heden tot het heffen eener belasting op tooneelvertooningen en andere openbare vermakelijkheden. Besluitvast te stellen de volgende

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1888 | | pagina 28