Bijlage tot het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden 1888.
ten gevolge zal hebben. Volkomen juist. Hoe meer zelfs de
productie toeneemt, hoe grooter het verschil zal worden wan
neer het gas met 7 of met 6 cent betaald wordt.
Waar het echter op aankomt, is op waarschijnlijkheidsgron-
den aan te toonen, dat bij verlaging met één centniet zal be
reikt worden de opbrengst wegens geleverd gas in 1887 ver
kregen.
Burgemeester en wethouders nu bewerendat dit wel het
geval zal zijn althans nagenoeg, en zij geven hiervoor hunne
gronden op. Men kan dus niet uitgaan van eene onderstelling,
dat die ƒ12,197.niet gemist kan worden, of men dient dan toch
aan te toonen, dat men ze door het voorstel zeer waarschijnlijk
zal moeten missen.
De berekening die hier door de commissie van rapporteurs
is opgezet, heeft de gasconsumtie over 1887 ten grondslag. Maai
de voorloopige uitkomsten over 1888 zijn geheel anders. Wij
wezen daar reeds in ons voorstel op. Nog nader deelen wij
mededat volgens opgave van den boekhouder der fabriek
van 1® Januari tot ult° September 1887 aan particulieren, ge
meente-gebouwen en voor abonnementslantaarns werd geleverd
742,180 M3 en over hetzelfde tijdvak van 1888, 818,517 M3.
Eerstgemelde hoeveelheidberekend naar 7 centgeeft een
bedrag van 51,952.60 laatstgemelde hoeveelheid naar 6 cent
ƒ49,111.02, wat een verschil geeft van ƒ2841.58.
Als dus in het verslag wordt gezegd: „kan deze som van
ƒ12,197.— niet worden gemist, om de gewone inkomsten in
verhouding te brengen tot de gewone uitgaven", dan antwoor
den wij daar nogmaals opdat het bedrag naar alle waar
schijnlijkheid niet gemist zal worden. Aannemendedat de
gasconsumtie in 1889 even groot zal zijn als in 1888 dan
moet de mindere ontvangst tengevolge der prijsverlaging op
hoogstens ƒ4000.— worden geraamd. Maar toenemend gas
verbruik mag op den duur toch wel verwacht worden bij verlaging van
prijsen toenemend verbruik zal tengevolge hebben meerdere
productie, waar alleen tegenover staat vermeerdering van grond
stof. En meerdere productie zal weder meer cokes teer en
ammoniakwater opleveren, zoodat deze bijproducten ook zullen
medewerken om de geringe winstderving spoedig te doen ver
dwijnen.
Het gasverbruik over 1888 is tot dusver zelfs grooter dan in
1885, toen het, naar wij meenen het hoogst is geweest, en
het wordt meer en meer tot industriëele doeleinden gebruikt.
Die vooruitgaande beweging krachtig te steunen moetnaar
onze meening thans het doel zijn en er is temeer kans op
vooruitgangnu in de laatste tijden de petroleum in prijs is
gestegen.
Hoe geringer het prijsverschil is tusschen gas en petroleum,
hoe meer op het gebruik van het eerste kan gerekend worden.
Ook vergete men niet de groote verbeteringendie er in de
petroleum-lampen zijn aangebracht. Aan deze en alle andere
concurrentie op dat gebied zal het best het hoofd geboden kun
nen worden, door verlaging van den gasprijs.
In het verslag wordt eene berekening gemaakt van de hoe
veelheid gas in 1887 door particulieren verbruikt, en daaruit
wordt de volgende gevolgtrekking gemaakt„Bij vermindering van
den gasprijs met 1 cent per M3, zal dus aan de gezamenlijke
gasverbruikers een voordeel worden toegekend van ƒ8947.82
en aan verschillende andere gasverbruikers, waarvan de mees
ten op geenerlei andere wijze in de gemeente-belasting bijdra
gen 3249.18."
Onder „die verschillende andere verbruikers" komen ook
voor de sociëteiten en koftiehuishouders en de houders van ker
mistenten.
Al deze dragen echter op andere wijze wel degelijk bij in de
gemeente-belastingen. De sociëteiten en koffiehuishouders in de
opcenten op de grondbelasting en het personeel en juist hunne
aanslagen in de personeele belasting hebben mede krachtig bijge
dragen tot het vaststellen van het bedrag dat in de plaats
is gekomen van het 4/5dat vroeger van de rijksperso-
neele belasting aan de gemeente werd uitgekeerdbeide beta
len voorts vergunningsrecht en de laatsten deelen zeker ook
allen in den hoofdelijken omslag. De houders van kermistenten
betalen marktgeld en tevens belasting voor het houden van
openbare vermakelijkheden.
Het gaat dus niet ophet zóó voor te stellen, alsof bij prijs
vermindering van het gas een som van 3249.18 uitsluitend
ten laste zou komen van de belasting-betalende „particuliere"
ingezetenen.
Verder wordt op bladz. 2 kolom 1 de opmerking gemaakt
dat men allen waarborg mistdatin de eerstvolgende 20
jaren niet op nieuw voor mogelijke vernieuwinguitbreiding of
wat dies meer zij gelden zullen worden opgenomen.
Wij meenen te kunnen verzekeren dat de gasberging aan
de fabriek thans zoodanig is, dat aan eene belangrijk meerdere
consumtie kan worden voldaan. En mocht uitbreiding al noo-
dig zijn dan mag men verwachtendat zelfs bij een prijs van
6 cent zeker nog ruimer winsten zullen worden behaalddan
nu verwacht kunnen worden.
Op bladz. 2 kolom 2 wordt een overzicht geleverd van de
in het jaar 1887 door gasfabrieken aan verschillende gemeen
ten gedane uitkeeringen, teneinde daaruit te doen blijken dat
de winst, die deze gemeente van de exploitatie der fabriek
trektniet overdreven is. Zonder nadere gegevens kan men
moeielijk eenig bepaald oordeel uitspreken over deze uitkee
ringen. Wil men ze beschouwen in verhouding tot de bevol
king dan komt men tot het volgend resultaat.
Amsterdam heeft eene bevolking van 378,666 zielen. De
uitkeering bedraagt ƒ318,130.56 of nagenoeg ƒ0.85 per hoofd.
's Gravenhage heeft eene bevolking van 143,636 zielen. De
uitkeering is ƒ228,409.20 of per hoofd ruim ƒ1.50.
Leiden heeft eene bevolking van 45,511 zielen. De uitkeering
bedraagt ƒ72,610.091 of per hoofd nagenoeg ƒ1.60.
Zwolle heeft eene bevolking van 25,005 zielen. De uitkee
ring is ƒ34,403.— of bijna 1.40 per hoofd.
Arnhem heeft eene bevolking van 47,285 zielen. De uitkee
ring is 69,353.83 of per hoofd nagenoeg 1.50.
Utrecht heeft eene bevolking van 79166 zielen. De uitkee
ring bedraagt 108,000; is dus per hoofd bijna ƒ1.40.
Delft met 27,372 zielen heeft eene uitkeering van ƒ41,496.96;
is per hoofd ongeveer 1.50.
Dordrecht met 30,360 zielen heeft eene uitkeering van ƒ46665.80
of per hoofd ongeveer 1.50.
Groningen met 51,821 zielen, heeft eene uitkeering van
79,887.391 of per hoofd 1.50.
De bevolking van Leeuwarden is 29,472 zielen. De uitkee
ring wordt gesteld op 33,362.264.
Van eene bepaalde uitkeering is echter in deze gemeente
geen sprake. Op de gemeente-rekeningen paraisseeren de ont
vangsten en uitgaven en deze varieeren telken jare.
Neemt men 1887 tot grondslag en trekt men van de ont
vangsten der fabriek de uitgaven aidan komt men tot de
volgende cijfers
ontvangsten150,888.38 j
uitgaven voor de exploitatie 86,448.28
voor rente en aflossing 15,930.—
102,378.28
Rest 48,510.101
Dit is het werkelijk bedrag, dat volgens de gemeenterekening
van 1887 aan de gemeente is uitgekeerd en dit bedrag is per
hoofd der bevolking f 1.60.
Van meer belang schijnt de opgave van de gasprijzen in
sommige gemeenten. Volgens die opgave zijn van de 13 ge
meenten die thans een prijs van 7 cent per stère hebben5
voornemens om den prijs op 6 cent te bepalen, waaronder Til-
met 32,000 en Breda met zelfs 20,000 zielen.
Utrecht met zijn lage gasprijs van 5 cent heeft zijn getal
verbruikers van 1883 af zien klimmen van 4563 tot op 4992
zijnde alzoo eene vermeerdering van 9 pCt.en desniettemin
wordt tot verdere verlaging overgegaan.
Het getal gasverbruikers in deze gemeente was in 1883
1298 on in 1887, 1309, zoodat hier geene noemenswaardige
vermeerdering heeft plaats gehad. Lager prijs zal voorzeker
ook hier gunstig werken.
Met verwondering hebben burgemeester en wethouders voorts
uit het verslag (bladzijde 3) vernomen, dat de meerderheid der
Commissie van rapporteurs op grond van den toestand van de
gemeente-finantiën in het algemeen en op den stand van de
Bijlage tot hel verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden 1888.
thans ingediende ontwerp-begrooting in het bijzonder verlaging van
den gasprijs ernstig meent te moeten ontraden.
Om dien ongunstigen toestand te doen uitkomen wordt eene
vergelijking gemaakt van de gewone en buitengewone ontvang
sten en uitgaven volgens de aangeboden begrooting.
Daarbij wordt het saldo van 1887 ad ƒ33,800.331 eenvoudig
in zijn geheel als eene buitengewone ontvangst beschouwd
Met uitzondering van een bedrag van 14,000 die ook door
ons als eene buitengewone inkomst is aangemerktis het re
stant ad 19,800.331 afkomstig van meerder gewone ont
vangsten of minder gewone uitgaven dan waarop was gere
kend zooals de gemeente-rekeningen die sedert een reeks van
jaren altijd hebben opgeleverd.
Dat die overschotten niet zouden mogen worden aangewend
tot dekking van gewone uitgaven is eene leer, die tot dusver
nooit door den raad is gehuldigden te veronderstellendat
die niet zullen terugkeerenverraadt een pessimisme, dat door
de ervaring wordt gelogenstraft.
Groote voorzichtigheid heeft burgemeester en wethouders er
toe geleidom weinig af te wijken van de cijfers door de
commissie voor de gasfabriek voor de ontvangsten en uitgaven
wegens de exploitatie dier fabriek geraamd en eveneens uit
voorzichtigheid is niet voorgesteld, om de bewuste 14,000. - tot
buitengewone aflossing te bestemmen.
Tegenover de voorstelling van de meerderheid der commissie
van rapporteurs wijzen wij er nogmaals op, dat de ontwerp-
begrooting sluit met een leening 5500.— tegenover eene bui
tengewone uitgaaf van ƒ15,000.
De commissie van rapporteurs verwacht in het vervolg nog
grooter verschil tusschen gewone inkomsten en uitgaven (blad.
3 kolom 2) wegens mindere opbrengst van pacht enz., doch
wij zouden de vraag willen stellen, of vermindering van ont
vangsten of meerdere uitgaven gedekt moeten worden door
meerdere overschotten van de exploitatie der fabriekdie ook
nog uit hun aard wisselvallig zijn en of men die exploitatie
gesteld dat dit mogelijk ware mag beschouwen als een be
lastingsmiddel, waaruit men naar willekeur kan en mag putten.
Wij meenen, dat de gemeente-linanciën in een zeer gezonden
toestand verkeeren al is het ook, dat sommige belastingen se
dert een paar jaar zijn verhoogd.
Op de drie laatste begrootingen komt geen geldlecning voor
want ook die welke op de begrooting voor 1889 is uitgetrokken
zal wel achterwege kunnen blijven. En daarentegen komen op
de begrootingen van 1887 1889 aflossingen voor tot een
bedrag van ongeveer 150,000.
Tegen enkele mogelijke meerdere uitgaven staat dan een
krachtige aflossing en eene belangrijke rentevermindering die
successievelijk zich op volgende begrootingen meer en meer zal
doen gevoelen.
Ook volgens de tegenstanders van het voorstel van burge
meester en wethouders zoo wordt in het verslag gezegd
verdient het overweging, om op den prijs van het gas, dat voor
industriëele doeleinden wordt gebruikteene korting toe te
staan.
Wij achten dit minder wenschelijk. Het zou aanleiding
geven tot meer omslag in de administratiemaar bovenal is
het moeielijk, de juiste grens te trekken. Velen toch die ge
bruik maken van gaslicht kunnen geacht worden het voor hun
bedrijf noodig te hebben.
Het werd beter geacht den prijs voor allen te verlagen.
Vele voorstanders van verlaging van den gasprijs waren vol
gens het verslag], van oordeel dat de 14,000.in het voorstel
van burgemeester en wethouders aangeduid niet als bate van
de fabriek kan worden beschouwd-
Ook wij beschouwen het niet als zoodanig.
Die ƒ14,000.— is een ongebruikt bedrag van eene aangegane
leening, doch wij hebben in het voorstel de reden opgegeven,
waarom wij meenden dat zij niet voor buitengewone aflossing
behoeft te worden aangewezen. Wij verwijzen ten deze naar
ons voorstel.
In deze zelfde zinsnede wordt gezegd dat de geraamde winst
van 50,000.— naar het schijnt te hoog is opgevoerd. Wan
neer de prijs op 7 cent blijft bepaald, dan gelooven wij dat
op die winst vrij wel gerekend kan worden. Ook hieromtrent
verwijzen wij naar de berekening, in ons voorstel voorko
mende.
De tegenstanders gaven hunne verwondering te kennen, dat
burgemeester en wethoudersnoch door den raad noch van
buiten daartoe aangezochteen voorstel doen tot vermindering
van den gasprijswaartegen zij zich nog slechts twee jaar
geleden met kracht hebben verzet.
Wij zouden hier de vraag willen stellen, ol het dagelijkseh
bestuur steeds op aandrang van den raad of van buiten voor
stellen moet doen tot eene vermindering van den gasprijs.
Het meende datnu de consumtie toenam en de industrie
meer en meer van het gasook als beweegkracht, gebruik
maakteene prijsverlaging gewenscht was.
Hun voorstel is ook op dit punt behoorlijk gemotiveerd.
Zij zijn dus zoo vrij daarnaar te verwijzen.
Ook is reeds hiervoren gezegdwaarom het dagelijkseh be
stuur twee jaar geleden tegen verlaging was. Laat ons hier
nog aan toevoegendat, ondanks toen het vooruitzicht bestond
dat die verlaging van zeer beduidenden invloed zou zijn op
de gemeente-finantiënde uitkomst nog zeer bevredigend is
geweest. Een reden te meer, om onder de thans gunstige
vooruitzichten ter zake de gasconsumtie niet te angstvallig te
zijn.
Op bladz. 4 kolom 1 van het verslag wordt verder gezegd,
dat het aan rapporteurs gebleken is, dat de bewuste 14,000.—
niet vrijvallenmaar nog moeten strekken tot verdere voltooi
ing van het buizennet.
Dit is echter niet het geval. De daar genoemde werken
worden geleidelijk uitgevoerd en kunnen bestreden worden
uit de uitgaven voor de fabriekzooals die op de begrooting
der commissie voor dit jaar zijn uitgetrokken.
Ten einde ons van de juistheid dezer zienswijze te verge
wissen hebben wij ons tot den Directeur der fabriek gewend
met de vraag, of de werken tot verbetering der kanalisatie van
de Harmonie langs het Groot Schavernek Harlingerend, Kleine
Kerkstraat, Deinumer Zuupmarkt (alle vallende onder het plan
tot uitbreiding) uit die posten kunnen bestreden worden. Ten
aanzien van den aankoop van grondstoffen antwoordt de Direc
teur „dat die 2J0Songeveer voldoende zal zijn", en dat de
arbeidsloonen uit den post: „Bezoldiging van het personeel"
zullen kunnen worden bestreden.
Er is trouwens veel voor te zeggen om deze uitbreiding ge
leidelijk te voltooienvooral omdat op die wijze de uitkomende,
nog deugdzame materialen weer kunnen gebruikt worden.
Het zoude niet wel te verdedigen zijn om, waar kleine gas
buizen door grootere worden vervangen de eerstgenoemde
waar zij nog deugdzaam zijnniet meer te gebruiken.
Aan het einde van die kolom wordt gezegd, dat de commissie voor
de gasfabriek het winstcijfer voor 1889 niet 10,000.— hooger
zou hebben geraamd dan voor 1888maar zelfs 1557.80
lager.
De juiste cijfers laten wij hier volgen.
De raming voor 1888 was:
in ontvang 146,019.
in uitgaaf - 132,360.
vermoedelijk saldo 13,659.
De raming voor 1889 is
in ontvang ƒ156,223.20
in uitgaaf -132,835.
vermoedelijk saldo 23,388.20
Het verschil is inderdaad dus bijna 10,000.
Eindelijk nog een enkel woord over de mededeeling, dat de
grondenwaarop burgemeester en wethouders de winstcijfers
over de jaren 1888 en 1889 op ƒ50,000.— hebben geraamd,
zoowel voor- als tegenstanders van hun voorstel weinig aanne
melijk voorkomen, te meer omdat in de aangeboden ontwerp-
begrooting die winst slechts op het meer bescheiden cijfer
van 13,730.— berekend wordt.
De leden die deze opmerking hebben gemaaktzien over
het hoofd, dat van een winst van ongeveer 50,000.— is ge-
v^UCBEZHDJiaf