liijlat/e No. 38.
Bijlage tol het verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden1893.
I
VOORSTEL van burgemeester en
wethouders tot wijziging van do
verordening op de gemeentelijke
bewaarscholen.
Mijne Heer en
De commissie voor de gemeentelijke bewaarscholen heeft ons,
bij schrijven van den 7 November 1893 no 28! ter overwe
ging aangeboden o.a. eenige wijzigingen van de verordening op
de gemeentelijke bewaarscholen.
De motieven die haar hebben geleidzijn opgenomen in de
bijgevoegde toelichting.
Wij kunnen ons met de meeste der voorgestelde verande
ringen vereenigen.
Alleen in de verandering van art. 9 hebben wij eene wijzi
ging aangebrachtwaardoor o.i. de bepaling vollediger zal zijn.
Het voorstel der commissie om het maximum van de jaar
wedden van de kweekelingen van ƒ200 tot ƒ250 te verhoogen,
meenden wij niet te moeten overnemen. Het bestaand cijfer
achten wij voldoende.
Onder overlegging van en verwijzing naar de aangehaalde
missive der commissie voor de gemeentelijke bewaarscholen
hebben wij de eer u voor te stellen te besluiten
De verordening op de gemeentelijke bewaarscholen, vastge
steld den 9 November 1886 (gemeenteblad no. 24), gewijzigd
bij raadsbesluiten van 7 Februari 1888 (gemeenteblad no. 5)
en van 23 Juli 1889 (gemeenteblad no. 10), op nieuw te wij
zigen als volgt
1. de le en 2e alinea van art. 9 te doen vervangen door
het volgende
Aan iedere school is eene hulponderwijzeres verbonden, met
uitzondering van de vierde bewaarschoolwaar twee hulpon
derwijzeressen werkzaam zullen zijn.
Bij ongesteldheidafwezigheid of ontstentenis van de hoofd
onderwijzeres treedt de hulponderwijzeres aan de vierde be
waarschool de daartoe door burgemeester en wethouders aan
gewezene in hare plaats op.
2. artikel 21, a en b le lezen:
a. van de hoofdonderwijzeres aan de vierde bewaar
school 1000.-
van die der andere scholen - 800.—
b. van de hulponderwijzeressen - 300.—
ófzoo deze eene akte van toelating als bewaar-
schoolhouderes bezitten en als eenig hulponderwijze
res aan eene school zijn verbonden - 400.—
3. in art. 26:
lo. te doen vervallen.
2o. te nummeren „lo" en in plaats van de woorden „dat
artikel" te lezen „art. 6" en te doen vervallen de woorden
„hem en" en „tweede".
3o. te nummeren „2o" en te doen vervallen de tweede ali
nea „waar verder in deze verordening wordt gesproken van
hoofdonderwijzeressen is hieronder de hoofdonderwijzer der te
genwoordige vierde bewaarschool begiepen".
4. in de eerste twee regels van art. 27 te doen vervallen
de woorden „in het vorig art. genoemde hoofdonderwijzer
zoomede de."
Voorgesteld ter raadsvergadering van den 14 November 1893
door
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
VAN HARINXMA, burgemeester.
P. A. BERGSMA secretaris.
Leeuwarden, 7 November 1893.
No. 281.
De commissie voor de gemeentelijke bewaarscholen heeft de
eer U de volgende veranderingen van de verordening van 9
November 1886 (gemeenteblad no. 24), ter overweging aan te
bieden
I. a. artikel 9 alinea 1 te lezen
Aan iedere school is ten minste eene hulponderwijzeres ver
bonden.
b. artikel 21 a b en c te lezen
a. van de hoofdonderwijzeres aan school 4 1000.
van die der andere scholen - 800.—
b. van de hulponderwijzeressen - 300.
of, zoo deze eene akte van toelating als
bewaarschoolliouderes bezitten en als eenig
hulponderwijzeres aan eene school zijn
verbonden 400.
c. van de kweekelingen van 50 tot - 250.
c. in art. 26
lo. te schrappen.
2o. te nummeren „lo" en in plaats van de woorden „dat
artikel" te lezen „art. 6" en te schrappen de woorden
„hem en" en „tweede".
3o. te nummeren „2o" en te schrappen de tweede alinea
„waar verder in deze verordening wordt gesproken van
hoofdonderwijzeressenis hieronder de hoofdonderwijzer
der tegenwoordige vierde bewaarschool begrepen."
d. m de twee eerste regels van art. 27 te schrappen „in
het vorig art. genoemde hoofdonderwijzerzoomede de".
Ii. Te schrappen art. 9 der verordening van orde en tucht
(gemeenteblad no. 5 van 1887.)
TOELICHTING.
De voorgestelde wijzigingen van artikelen 26 en 27 (sub c
en d) zijn wenschelijk tengevolge het overlijden van den hoofd
onderwijzer aan school 4 en vereischen geene nadere toelich
ting.
De voorstellen om artikel 9 alinea 1 aan te vullen met de
woorden „ten minste" en om in artikel 21a de jaarwedde voor
hoofdonderwijzeres te bepalen op ƒ1000, staan beide in ver
band met de vergrooting van bewaarschool no. 4 na die ver
grooting met drie nieuwe lokalen is deze school eigenlijk eene
dubbele school geworden en zal zij ruim 300 leerlingen kun
nen opnemen.
Het is noodignaast de hoofdonderwijzeres en ééne hulpon
derwijzeres aan deze schoolten minste nog eene hulponder
wijzeres aan te kunnen stellen een salaris van 300 schijnt
onze commissie voor haar voldoende daarom is artikel 9b
aangevuld zóó, dat alleen een eenig hulponderwijzeres aan eene
schooltevens in het bezit een er akte van bewaarschoolliouderes,
eene jaarwedde zal genieten van 400.
Door deze wijzigingen zal de gelegenheid openslaan, om, door
bevordering tot hulponderwijzeres, het vertrek van gewaardeeide
onderwijs-krachten te voorkomen.
Wat de jaarwedde van de hoofdonderwijzeres aan school 4
betreftmerken wij op dat het overleden hoofd eene wedde
van ƒ1550 genoot; de bedoeling der verordening is geweest,
om tc zijner tijdvoor alle scholen dezelfde jaarwedde te be
palen. De jaarwedde van 1550 schijnt ons te hoog evenwei