Bijlage No. 23. Bijlage tot het verslag der handelingen van don gemeonteraad te Leeuwarden, 1895. VOORSTEL der raadscommissie voor het ontwerpen van straf verordeningen tot aanvulling der verordening houdende algemee ne bepalingen van politie. Ons is door burgemeester en wethouders mededeeling ge daan van een, door Gebr. Marcus en andere bewoners van hui zen aan en bij de Korfmakerspijp alhier bij hun college op 4 April j.l. ingediend adres, in hoofdzaak inhoudende dat de veiligheid bij en de doelmatigheid van het in de laat ste jaren zeer toegenomen verkeer met voertuigen van en naar de Korfmakerspijp veel te wenschen overlaten en dringend voorziening vereischen dat voor eenigen tijd een buitenman door het aldaar haas tig rijden met handkarren in het nauw gebrachtdit met den dood heeft moeten bekoopen dat op Vrijdag 29 Maart 1895 een platte goederenwagen met krommen dissel bij het afrijden van die pijp, tegen den voor gevel van den winkel van Gebr. Marcus is terechtgekomen, de onderpui aldaar belangrijk beschadigd en een spiegelruit ver brijzeld heeftterwijl den voerman ernstige wonden werden toegebracht dat adressanten van oordeel zijn, dat in den thans onhoud- baren toestand de gewenschte verbeteringen zouden zijn te bren gen door 1°. verlenging van de Korfmakerspijp naar den kant van de Kelders en van de Voorstreek en eene verlaging van hare tegenwoordige onnoodige hoogte, in verband met die van de voormalige Vischmarkt 2°. een verbod om in de straten gebruik te maken van voertuigen, voorzien van den zoogenaamden krommen dissel omtrent welke beide punten zij verzoeken dat aan den raad de noodige voorstellen mogen worden gedaan, terwijl zij einde lijk vragen, dat, in afwachting daarvan politiemaatregelen ter bereiking van het beoogde doel mogen worden genomen. Bij onze Commissie heeft deze aangelegenheid een punt van ernstige beraadslaging uitgemaakt. Wat betreft de verzochte onmiddellijk uit te vaardigen po- litie-maatregelen zij het voldoende te wijzen op de in de ar tikelen 77 —85 der algemeene politieverordening gegeven voor schriften, terwijl ons door den burgemeester is verzekerd dat door hem, krachtens artikel 82 dier verordening en zonder het aldaar niet te stremmen verkeer al te zeer te hinderen, reeds voor geruimen tijd de noodige maatregelen zijn genomen. Ten opzichte van de aangegeven verandering van de Korfma kerspijp, moeten wij er op wijzen, dat bij uw besluit van 24 en 27 October 1891 (Verslag der handelingen van den gemeente raad van dien dag, bl. 98 en 111) een voorstel van bur gemeester en wethouders om te besluiten: „in 1892 over te gaan tot verandering van de Korfmakerspijp overeenkomstig het overgelegd plan en, in verband daarmede, op de gemeen- tebegrooting voor 1 892 voor dat werk uit te tiekken een post ad 6300.— en het cijfer der geldleening, op die begrooting aan te brengen met dat bedrag te verhoogen", is verworpen. Een voorstel, om op dat besluit reeds nu terug te komen, zou zeker weinig kans van slagen hebben. Onze commissie gevoelt echter veel voor het verzoek van adressanten, om het gebruik van den krommen disselboom bij vervoermiddelen in onze straten te verbieden. Het is een feit, dat het gebruik van voertuigen in onze stad in de laatste jaren aanzienlijk is toegenomen, zeer zeker mede een gevolg van het dempen van verscheidene grachten, die het verkeer te water mogelijk maakten. Door het in genoemde strafverordening o.a. beperken van de wijze, waarop en van den kant, van welken de straten slechts door voertuigen mogen worden gebruikt wordt zooveel mogelijk getrachtongelukken, schade en hinder te voorkomen. Het gebruik van den krommen dissel blijft echter altijd gevaarlijk, dewijl de wagens, die daarvan zijn voorzien, slechts zeer onvoldoende kunnen worden bestuurd. Vooral in niet wijde of hellende straten en bij het afrijden van bogen en bruggen leveren die wagens groot gevaar voor het verkeer op terecht wordt daarop ir. het betrekkelijk adres gewezen en daar om met aandrang verzocht, „dit middel van vervoer, hetwelk in geen gemeente van ons land van eenige beteekenis meer wordt geduldvan onze straten te verbannen." Wij zijn bereid, daartoe het initiatief te nemen al ontvein zen wij ons nietdat de landbouwende bevolkingdie in onze omgeving woontvan een dergelijk verbod wel eenig ongerief zal ondervinden. Om dit echter tot een minimum te reducee- renzijn wij te rade geworden, u voor te stellen, het gebruik van dergelijke wagens alleen daar te verbieden, waar het be lang bij een veilig verkeer dit eischt. Daartoe strekt de bijgevoegde ontwerp-verordening. Voorgesteld ter raadsvergadering van den 10 December 1 895. De commissie voor het ontwerpen van strafverordeningen VAN HARINXMA. A. DUPARG. J. L. VAN SLOTERDIJCK. J. C. MEIJER. VAN KETWICH VERSCHUUR. ONTWERP VERORDENING tot aanvulling der verordening, hou dende algemeene bepalingen van politie. De raad der gemeente Leeuwarden Overwegende, dat er noodzakelijkheid bestaat tot aanvulling van de verordening, houdende algemeene bepalingen van po litie voor de gemeente Leeuwarden vastgesteld bij raadsbesluit van 8 Januari 1895 (Gemeenteblad no. 5); Gezien artt. 135 en 161 der gemeentewet; Besluit: Aan genoemde verordening een nieuw artikel toe te voegen, luidende Art. 82a. Hij, die op de openbare straat, voor zoover deze binnen de buitengrachten is gelegenrijdt met een bespannen wagen met krommen disselwordt gestraft met geldboete van ten hoogste vijftien gulden. Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1895 | | pagina 99