Bijlage tot het verslag der handolingon van den gemeenteraad to Leeuwarden, 1896.
1
Bijlage No. 12.
VOORSTEL van burgemeester en
wethouders tot vaststelling van
voorwaarden van verpachting
van standplaatsen voor carrous
seis, draaimolens, hippodromes
en dergelijke inrichtingenge
durende de kermis.
Mijne Heeren!
In uwe vergadering van den 10 December 1895 werd door
uop voorstel van ons collegebesloten het besluit tot hef
fing van eene belasting op tooneelvertooningen en openbare
vermakelijkheden te wijzigen in dien zin, dat aan de belasting
zijn onttrokken de carousselsdraaimolens, hippodromes en
andere daarmede gelijk te stellen inrichtingen.
Het motief voor die wijziging was, om in het belang van de
gemeente-fmanciën de plaatsen door die inrichtingen op de
kermis in te nemen, publiek te verpachten.
Wij verzochten den commissaris van politie ons een voorstel
te doen omtrent de voor dat doel aan te wijzen plaatsen.
Bij missive van den 14 Maart j.l. no. 109 stelde hij voor, de
plaatsen te verpachten, zooals die in de ontwerp-voorwaarden
van verpachting opgenomen en op de overgelegde teekening
aangegeven zijn.
Het zijn in hoofdzaak dezelfde plaatsen, die tot dusver door
bedoelde inrichtingen werden ingenomen.
Wij hebben derhalve de eer, u de hierbij overgelegde voor
waarden van verpachting van standplaatsen voor carroussels
draaimolens hippodromes en andere daarmede gelijk te stel
len inrichtingengedurende de kermister overweging en
vaststelling aan te bieden.
Voorgesteld ter raadsvergadering van 31 Maart 1896 door
Burg emeester en wethouders van Leeuwarden
VAN HARINXMA, Burgemeester.
P. A. BERGSMA, Secretaris.
VOORWAARDENwaarop door
burgemeester en wethouders
van Leeuwarden zullen worden
verpacht zeven standplaatsen
waarvan drie voor stoomcar-
roussels, één voor een hippo
dröme of manége en drie voor
draaimolens, gedurende de ker
mis te Leeuwarden in 1896
Art. 1.
De te verpachten plaatsen zijn gelegen op het Wilhelmina-
I plein als volgt
voor drie stoomcarroussels en één hippodrome of eene
manégehet gedeelte gelegen ten Zuiden en op ongeveer 25
meter afstand van de huizen in het Ruiterskwartier en wel
de eerste standplaatsaanvangende op 42 meter afstand
Westwaarts van hel plantsoen op de Oude Veemarkt over
eene breedte van hoogstens 22 meter en de overigen over
eene ongeveer gelijke breedte in Westelijke richting tot onge
veer tegenover de Westelijke grenslijn van den tuin achter
het huis Nieuwestad no. 108.
b. voor drie draaimolens het gedeelte van het plein gele
gen vóór het Old Burger eeshuis, aanvangende op ongeveer
20 meter afstand Westwaarts van het plantsoen op de Oude
Veemarkt.
De juiste plaatsen nader door den commissaris var. politie
aan te wijzen.
Art. 2.
De verpachting geschiedt voor het tijdvakaanvangende
Maandag 13 Juli 1896 en eindigende Woensdag 22 Juli daar
aanvolgende.
Niet eerder dan vijf werkdagen vóór eerstgemelde dagteeke-
ning zullen de terreinen in gebruik mogen worden genomen
lot opslag van de inrichtingen.
Het afbreken en wegvoeren der inrichtingen zal binnen drie
werkdagen na den laatstgenoemden dag moeten geschieden.
Op Zaterdag 25 Juli 1896 zullen de terreinen geheel ont
ruimd en verlaten, in den toestand waarin zij zijn aanvaard
weder ter beschikking der gemeente moeten worden gesteld.
Bij in gebreke blijven daarvan geschiedt de ontruiming of
het weder in den vorigen toestand brengen van gemeentewege
voor rekening van den nalatigen pachter.
Art. 3.
De verpachting geschiedt bij enkele inschrijving op geze
gelde biljetten ingericht overeenkomstig het daartoe ter ge
meente-secretarie verkrijgbaar model.
Er zal voor elke standplaats afzonderlijk moeten worden
ingeschreven.
De inlevering der biljetten moet geschieden ter gemeente
secretarie, in eene aldaar aanwezige bus, vóór
des namiddags te uur.
De opening der biljetten heeft plaats onmiddellijk na even-
gemeld tijdstip.
Art. 4.
Burgemeester en wethouders beslissen omtrent de toewijzing
der plaatsen uiterlijk binnen drie dagen na de opening der
biljetten. De inschrijvers zijn gedurende dien tijd aan hunne
inschrijvingen gebonden.
Burgemeester en wethouders behouden zich vooruit de
gedane aanbiedingen eene keuze te doen of deze in het geheel
niet aan te nemen zonder eenige reden van hun besluit te
vermelden.
Art. 5.
De verpachte plaats mag alleen worden gebruikt door hem,
aan wien zij is toegewezen.
Afstand of vervreemding van de pacht aan anderen ruilen
of verwisselen van plaatsen mag niet geschieden zonder ver
gunning van burgemeester en wethouders.
Art. 6.
De betaling van het ingeschreven bedrag, verhoogd met 696
tot dekking der op de verpachting vallende onkostenmoet
plaats hebben bij de onderteekening van het procesverbaal
van toewijzing der plaatsen. Wordt aan deze bepaling niet
voldaan, dan zal de plaats aan een anderen inschrijver worden
toegewezen.
Voor verplichte latere openstelling der inrichtingen op Zon
dag wordt geen restitutie of schadevergoeding toegekend.
Bij sluiting, op bevel van het gemeentebestuur, wordt even
min schadevergoeding toegekend. De pachter zal echter in
dit geval aanspraak kunnen maken op eene evenredige resti-